3.2 koningstijd, Republiek en Keizertijd

3.2 Koningstijd, Republiek, Keizertijd






1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

3.2 Koningstijd, Republiek, Keizertijd






Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel
Aan het einde van deze les kan je uitleggen hoe het Romeinse Rijk een monarchie, een republiek en uiteindelijk toch weer een monarchie werd

Slide 2 - Tekstslide

Nooit meer een koning! (1)
509 v. Chr.: de Romeinen hadden de Etruskische koning Tarquinius Superbus verjaagd

De monarchie werd afgeschaft

Rome wordt een republiek

Elk jaar kozen de Romeinen twee nieuwe personen als hoogste machtshebbers: consuls
Tarquinius Superbus

Slide 3 - Tekstslide

Nooit meer een koning! (2)
Na hun ambstermijn komen bestuurders in de senaat

De senaat bestond uit 300-600 leden

De senaat gaf de consuls advies


Slide 4 - Tekstslide

Geef een definitie van het begrip republiek

Slide 5 - Open vraag

Geef een definitie van het begrip consuls

Slide 6 - Open vraag

Geef een definitie voor het begrip senaat

Slide 7 - Open vraag

Hoeveel leden had de senaat vanaf 80 v.Chr.?
A
300
B
400
C
500
D
600

Slide 8 - Quizvraag

Waarom denk jij dat de familie van Marcus Brutus zo trots was dat een verre voorvader een hoofdrol had gespeeld bij de oprichting van de Republiek?

Slide 9 - Open vraag

Patriciërs en plebejers (1)
De oude adellijke families die de koning hadden verjaagd, kregen de macht in Rome

Adellijke families zaten in de senaat, waren consuls en andere bestuurders en waren rechters en priesters

De rest van het Romeinse volk had nauwelijks invloed

De stemmen van plebejers telden minder mee dan die van patriciërs

Slide 10 - Tekstslide

Patriciërs en plebejers (2)
Grote verschillen in rijkdom tussen plebejers

Tussen de rijkste plebejers en patriciërs weinig verschil

Rijke plebejers vonden het oneerlijk dat zij niet dezelfde rechten hadden als patriciërs

287 v.Chr.: rijke plebejers krijgen dezelfde rechten als patriciërs


Slide 11 - Tekstslide

Patriciërs en plebejers (3)
Ze kregen zelfs meer macht dan de patriciërs

Ministens één consul moest plebejer zijn, eigen plebejer bestuurders en tien volkstribunalen om de plebejers te beschermen

Patriciërs konden geen volkstribuun worden. Wel belangrijke priesterfuncties

Politieke invloed van patriciërs blijft erg hoog

Slide 12 - Tekstslide

Geef een definitie van de begrippen patriciërs en plebejers

Slide 13 - Open vraag

Leg uit waarom er een verschil ontstond tussen de rijkdom van plebejers

Slide 14 - Open vraag

Wat kan een volkstribuun? Een volkstribuun kan beslissingen:
A
maken
B
tegenhouden
C
beantwoorden
D
beschermen

Slide 15 - Quizvraag

Burgeroorlogen
In de 1e eeuw v.Chr. waren veel legercommandanten machtiger geworden dan de senaat. Steeds vaker vochten de legercommandanten tegen elkaar

Dit veroorzaakte burgeroorlogen. De overwinners van deze oorlogen kwamen aan de macht

De overwinnaars benoemden zichzelf tot consul of dictator


Slide 16 - Tekstslide

Leg uit waarom de overwinnaars zichzelf uitriepen tot consul of dictator

Slide 17 - Open vraag

Wie benoemde zichzelf tot 'dictator voor het leven'?

Slide 18 - Open vraag

Hoe lang was Julius Caesar aan de macht?
A
6 maanden
B
1,5 jaar
C
1 jaar
D
2 jaar

Slide 19 - Quizvraag

Een keizer (1)
Na de moord op Caesar breken er opnieuw burgeroorlogen uit

Octavianus wint de burgeroorlog. Hij brengt de senaat weer aan de macht.

De senaat geeft Octavianus de eretitel (naam) Augustus en allerlei rechten

Hij was opperbevelhebber van het leger, consul, hoogste priester en beheerde de schatkist

Keizer Augustus

Slide 20 - Tekstslide

Een keizer (2)
Daarnaast kreeg Augustus dezelfde rechten als een volkstribunaal

Egypte werd zijn privébezit

In naam was het Romeinse Rijk een republiek, maar eigenlijk had één man alle macht

Na het overleiden van Augustus wilden weinig mensen terug naar de tijd van de Republiek. De Romeinse Keizertijd begint


Slide 21 - Tekstslide


Wat betekent de titel 'Augustus'
A
De verhevene
B
Dictator voor het leven
C
Keizer van het Romeinse rijk
D
Redder van de Republiek

Slide 22 - Quizvraag

Welke burgeroorlog brak er als eerste uit na de moord op Caesar?

Slide 23 - Open vraag

Kijk naar de tekst in het vak 'Feiten en meningen' op p. 56. Leg in eigen woorden uit wanneer iets een feit en wanneer iets een mening is:

Slide 24 - Open vraag

Octavianus krijgt dezelfde rechten als een volkstribunaal. Wat had dit tot gevolg?

Slide 25 - Open vraag

Waarom wilden mensen na de dood van Augustus niet meer terug naar de tijd van de Republiek?

Slide 26 - Open vraag

Geef de definitie van het begrip keizertijd:

Slide 27 - Open vraag

De keizertijd (1)
Na de dood van Augustus komt de Republiek niet meer terug

Senaat, consul en volkstribunaal blijft bestaan, maar de keizer heeft de macht

De keizer werd steeds vaker vereerd als god


Slide 28 - Tekstslide

De keizertijd (2)
De meeste keizers hadden een goede relatie met de senaat en het leger

Ze waren (vaak) geliefd bij het volk

De volksvergadering had geen macht meer

Het volk kon zijn mening laten horen tijdens de populaire gladiatorspelen en wagenrennen

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Video

Wie vind jij de gekste keizer. Leg je antwoord uit:

Slide 31 - Open vraag


Julius Caesar was de eerste keizer van het Romeinse Rijk
A
Waar
B
Niet waar

Slide 32 - Quizvraag



Hoe heet de eerste keizer van het Romeinse Rijk?

Slide 33 - Open vraag


Wat is de juiste volgorde over het bestuur van het Romeinse Rijk?
A
koninkrijk-republiek-keizerrijk
B
republiek-keizerrijk-koninkrijk
C
keizerrijk-koninkrijk-republiek
D
koninkrijk-keizerrijk-republiek

Slide 34 - Quizvraag


Wie waren er machtiger:
De 2 consuls of de senatoren?
A
De consuls
B
De senatoren

Slide 35 - Quizvraag

Feedback
Denk hierbij aan: wat vind je van (de) LessonUp/geschiedenislessen? Wat zie jij graag tijdens de online lessen terugkomen? Aan welk deel van de stof wil je graag extra aandacht besteden? etc.

Slide 36 - Open vraag

Je bent klaar met de LessonUp. Keer terug naar het virtuele klaslokaal :)

Slide 37 - Tekstslide