3.2: Koningstijd, Republiek, Keizertijd

3.2: Koningstijd, Republiek, Keizertijd
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

3.2: Koningstijd, Republiek, Keizertijd

Slide 1 - Tekstslide

Deze les:
  • Afronden 3.1 Julius Caesar.
  • Start 3.2, uitleg over de verschillende bestuursvormen van het Romeinse rijk.
  • Aan de slag met werkblad 1 en werkblad 2

Slide 2 - Tekstslide

Aan het einde van deze les
... weet je wie Julius Caesar was en waarom je hem zou moeten kennen.
... Kun je uitleggen welke vormen van bestuur het Romeinse Rijk gehad heeft.
...weet je hoe de Romeinse republiek bestuurd werd.

Slide 3 - Tekstslide

Julius Caesar:
Presentaties.

Slide 4 - Tekstslide

3.2: Koningstijd, Republiek, Keizertijd
deelvraag: Hoe werd het Romeinse Rijk een monarchie, een republiek en uiteindelijk toch weer een monarchie?

Slide 5 - Tekstslide

Koningstijd
laatste koning verjaagd in 509 v.Chr. 

- nooit mag meer één persoon zoveel macht krijgen.
- macht mag niet meer overgaan van vader op zoon

Slide 6 - Tekstslide

Republiek

elk jaar kozen de Romeinen twee personen als hoogste machthebbers: de consuls


na hun ambtstermijn komen deze bestuurders in de senaat: adviesraad van 600 rijke en machtige Romeinen.


 In de republiek bepaalde de senaat de Romeinse politiek

Slide 7 - Tekstslide

Republiek
- adellijke families hebben de macht in Rome, patriciërs.

- plebejers ( alle burgers die geen patriciër zijn) mogen stemmen maar hun stemmen tellen minder dan die van de patriciërs.

- gelijkheid, minstens 1 consul moet plebejer zijn.

- volkstribunen (10) beschermer van de plebejers, kunnen met vetorecht beslissingen tegenhouden.

Slide 8 - Tekstslide

keizertijd:
- Senaat geeft advies, dat vaak wordt opgevolgd door de keizer.

- consul en volkstribuun blijven bestaan maar keizer had de macht.

- keizer benoemd zelf mensen om provincies te besturen, voor financiën en rechtspraak en om legers te leiden.

- keizer vaak vereerd als een god

Slide 9 - Tekstslide

aan de slag:
www.gs-werkbladen.nl 
--> Werkblad 2: ontstaan Rome tot koningstijd (opdr 1, 2 en 3 hoeven niet)
--> werkblad 3: van koningstijd tot republiek

Slide 10 - Tekstslide

Wat was de eerste periode van Rome?
A
Keizerrijk
B
Koningstijd
C
Republiek
D
Privébezit Mr. Custers

Slide 11 - Quizvraag

Wie bestuurden er de Republiek?
A
De Koning en de Senaat
B
De Senaat en de burgers
C
De Senaat en de Consuls
D
De Keizer

Slide 12 - Quizvraag

Waar of niet waar: Patriciërs zijn de rijke romeinen van adel
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quizvraag

Waar of niet waar: Plebejers zijn de gewone, niet adelijke romeinse burgers
A
waar
B
niet waar

Slide 14 - Quizvraag

Waar of niet waar: Minimaal 1 consul moest een Plebejer (gewone bevolking) zijn
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quizvraag

Wat was de functie van de Senaat tijdens de Keizertijd?
A
Nog steeds het wetgevende orgaan
B
Een adviesorgaan voor de Keizer
C
De Senaat bestond niet meer

Slide 16 - Quizvraag

Om de gewone niet adellijke Romeinen (Plebejers) te beschermen werden er ieder jaar 10 volkstribunen gekozen. Deze hadden VETO recht. Wat is dit?
A
Veto: Je kan zelf een nieuwe Senator benoemen
B
Veto: Je kan een beslissing van de Senaat tegen houden
C
Veto: Je hebt stemrecht
D
Veto: Je mag advies geven aan de Keizer

Slide 17 - Quizvraag

Noem minimaal 2 dingen die je over de Romeinen geleerd heb vandaag

Slide 18 - Open vraag