Je kan de verschillende beroepssectoren benoemen en uitleggen.
Lesdoelen
Slide 4 - Tekstslide
Arbeidsmarkt
De arbeidsmarkt
De markt van vraag en aanbod.
Bijvoorbeeld:
Janine verkoopt schroeven. Door een productiefout zijn er veel minder schroeven te koop. Er zijn alleen wel veel bedrijven die deze specifieke schroeven nodig hebben.
Stijgt / daalt de prijs van het product?
Slide 5 - Tekstslide
In de markt van vraag en aanbod gaat het niet alleen over producten, maar ook over werknemers.
Vraag en aanbod
Vraag naar arbeidskrachten
Aanbod van arbeidskrachten
Alle mensen die nodig zijn om het werk in de samenleving uit te voeren. De totale behoefte aan werknemers wordt werkgelegenheid genoemd.
Alle personen tussen de 15 en 75 jaar die minimaal 12 uur per week werken of voor werk beschikbaar zijn.
Slide 6 - Tekstslide
In de arbeidsmarkt zijn verschillende beroepen en bedrijven. Er wordt dan gesproken van arbeidsverdeling: Het verdelen van het werk over personen, beroepen, functies, bedrijven en bedrijfstakken.
Arbeidssectoren
Slide 7 - Tekstslide
Je kunt de beroepen onderverdelen in vier arbeidssectoren:
Arbeidssectoren
Primaire sector: Zorgt voor grondstoffen en voedsel.
Secundaire sector: De industrie waar de grondstoffen van de primaire sector wordt verwerkt tot producten.
Tertiaire sector: Hierin worden de producten van de secundaire sector verkocht.
De quartaire sector:Overheidsinstanties en andere vormen van niet-commerciële diensten
Slide 8 - Tekstslide
Arbeidssectoren
De tertaire en quartaire sector worden samen de dienstensector genoemd. In Nederland werken de meeste mensen in de dienstensector. Daarom wordt Nederland ook wel de post-industriële samenleving genoemd.
Slide 9 - Tekstslide
Er bestaan grote verschillen tussen beroepen. Het ene beroep heeft meer status dan het andere beroep. Meestal hebben hoogopgeleide mensen een goede status.
- Goede opleiding (=kennis)
- Goed salaris (=inkomen)
- Een fuctie met kans op leidinggeven (=macht)
Bij status gaat het erom hoe de maatschappij naar jouw functie kijkt.
Maatschappelijke klasse
Slide 10 - Tekstslide
De status van jouw beroep bepaalt jouw maatschappelijke status.Door deze status behoor je tot een bepaalde maatschappelijke klasse:Een groep mensen met ongeveer dezelfde maatschappelijke positie binnen de samenleving.
Er bestaat grote ongelijkheid in status en klasse. Dit wordt ook wel sociale ongelijkheid genoemd.
Wij gebruiken cookies om jouw gebruikerservaring te verbeteren en persoonlijke content aan te bieden. Door gebruik te maken van LessonUp ga je akkoord met ons cookiebeleid.