Week 9: Marketing 2C

Guten Tag
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Guten Tag

Slide 1 - Tekstslide

Programm
In deze les leer je iets over schriftelijk bedanken en verontschuldigen in het Duits. 

Slide 2 - Tekstslide

Ziel:
Aan het eind van deze les...
- heb je woorden en standaard zinnen verzameld waarmee je je dank en je verontschuldigingen kan uiten in het Duits,
- kun je zelf een Duits bericht schrijven waarin je je verontschuldigt en waarin je je dankbaarheid toont. 

Slide 3 - Tekstslide

Met welke woorden kun je in het Duits bedanken?

Slide 4 - Open vraag

Met welke woorden kun je je in het Duits verontschuldigen?

Slide 5 - Open vraag

Opdracht
Jullie vinden in Teams onder lesmateriaal/ Duits/ week 8 
een oefening omtrent dit lesthema.
Open die opdracht en lees de vier voorbeeldteksten door.

Slide 6 - Tekstslide

Hoe schrijf je:
Veel dank voor uw bestelling

Slide 7 - Open vraag

Hoe schrijf je:
Wij bevestigen uw bestelling

Slide 8 - Open vraag

Hoe schrijf je:
De bestelling wordt binnen 3 dagen geleverd

Slide 9 - Open vraag

Hoe schrijf je:
Het spijt ons

Slide 10 - Open vraag

Hoe schrijf je:
De goederen zijn helaas niet op voorraad.

Slide 11 - Open vraag

Hoe schrijf je:
We hopen op uw begrip.

Slide 12 - Open vraag

Hoe schrijf je:
Dank voor de uitnodiging, ik verheug me erop.

Slide 13 - Open vraag

Hoe schrijf je:
Wat gaan we doen?

Slide 14 - Open vraag

Hoe schrijf je:
Misschien kunnen we wat drinken

Slide 15 - Open vraag

Hoe schrijf je:
Wanneer zal ik komen en hoe laat ontmoeten we elkaar?

Slide 16 - Open vraag

Hoe schrijf je:
Het spijt me, maar ik kan niet komen, want ik ben ziek.

Slide 17 - Open vraag

Hoe schrijf je:
Ik vind het heel jammer. Ik had veel zin om je te zien.

Slide 18 - Open vraag

Opdracht
Verzamel vervolgens woorden en standaard zinnen m.b.v.de sleepoefening en schrijf daarna zelf twee korte berichtjes waarin je je dank schrijvend uit en je verontschuldigingen schrijvend aanbiedt. 

Slide 19 - Tekstslide

Instructie bezittelijk voornaamwoord
Bezittelijke voornaamwoorden geven aan 
dat iets van iemand is: 
Dat boek is van mij: dat is mijn boek
Die telefoon is van jou: dat is jouw telefoon
Die ov kaart is van hem: dat is zijn ov kaart
Die tas is van haar: dat is haar tas



Slide 20 - Tekstslide

Die woning is van ons: dat is onze woning
Die pen is van u: dat is uw pen

Ga naar https://sterkinduits.nl/voornaamwoorden/bezittelijke-voornaamwoordenhtm  
en bekijk het schema van het bezittelijk voornaamwooord.
Valt er wat op? Kun je dingen met het Nederlands vergelijken? 

Slide 21 - Tekstslide

Hoe zeg je in het Duits:
wat is jouw achternaam

Slide 22 - Open vraag

Wat is zijn adres?

Slide 23 - Open vraag

Wat is uw postcode

Slide 24 - Open vraag

Wat is haar telefoonnummer

Slide 25 - Open vraag

Hoe heet onze opleiding

Slide 26 - Open vraag

Welke naam heeft jullie school

Slide 27 - Open vraag

Wat is uw klantnummer

Slide 28 - Open vraag

Zelf een bericht schrijven.
Casus 1:
Je wordt gebeld door de Heer Schumacher. Hij heeft posters besteld, maar deze zijn te klein. Hij wil grotere posters. Jouw collega die hierover gaat is er niet. Jij schrijft een notitie waarin je het volgende verwerkt:

Slide 29 - Tekstslide

- Betreff: verkeerde bestelling, 
- Formele groet,
- Meneer Schumacher heeft gebeld,
- Het probleem uitleggen (formaat posters klopt niet),
- Meneer wil grotere posters bestellen,
- Vraag naar de kosten, 
- Vragen of hij/ zij meneer Schumacher kan terugbellen
- Formele afscheidszin

Slide 30 - Tekstslide

Uitwerking casus 1:

Slide 31 - Open vraag

Casus 2:
Je krijgt een kaartje van je collega's waarmee je tot voor kort hebt samengewerkt in de Mac. 
Je bent voor een opleiding verhuisd naar Amsterdam en je moest daardoor stoppen met je bijbaan. 
Je mist hen best wel, want het was altijd supergezellig.
Je bent dan ook blij met hun kaartje.
Je stuurt een appje naar de groepsapp. 

Slide 32 - Tekstslide

- Informele groet aan je collega's,
- Zeg dat het goed met je gaat,
- Vraag hoe het op het werk is,
- Bedank je collega's voor het kaartje,
- Vertel hoe het in Amsterdam is en hoe de opleiding is,
- Nodig je collega's uit om naar Amsterdam te komen,
- Stel voor om uit te gaan,
- Informeel afscheid

Slide 33 - Tekstslide

Uitwerking casus 2:

Slide 34 - Open vraag

Casus 3:
Je werkt op de marketingafdeling van Zalando.
Er komen banners binnen in de verkeerde kleur.
Ze zijn rood, maar ze moesten oranje zijn. 
Je stuurt een mailtje naar het bedrijf waarin je aangeeft dat de bestelling niet klopt en of dit kan worden opgelost.
Verwerk de volgende zaken in de mail:

Slide 35 - Tekstslide

- Formele aanhef (kies of de mail voor een heer of mevrouw is)
- Geef aan dat je van bedrijf Zalando is,
- Geef aan dat je banners besteld hebt,
- Geef aan dat de kleur verkeerd is,
- Je wilt oranje i.p.v. rode banners,
- Vraag of dat mogelijk is,
- Je kijkt uit naar een reactie,
- Formele afsluiter

Slide 36 - Tekstslide

Casus 3:

Slide 37 - Open vraag