5.5.1. Gaswisseling

Biologie
Mevr. Zwijns (zwn@sgdc.nl)
WELKOM!
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Biologie
Mevr. Zwijns (zwn@sgdc.nl)
WELKOM!

Slide 1 - Tekstslide

Biologen houden zich bezig met de levende natuur.
Een levend wezen noem je een organisme

Slide 2 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het wereld record adem inhouden?

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Mededelingen:

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we deze les doen?
Huiswerk bespreken
Oefen examenvraag
Uitleg Thema 5, basisstof 1: gaswisseling
Lezen en vragen maken

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk bespreken

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!
Wat?
Oefen examenvraag in classroom
Hulp nodig?
zoek op in je boek, thema 4, basisstof 3: het hart
Klaar?
Lees Th 5 bs 1 Gaswisseling
Aan de slag!
timer
7:00

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

LEERDOELEN
5.1
* je kunt delen van het ademhalingsstelsel de functies en kenmerken noemen
* je kunt uitleggen hoe het interne milieu min of meer constant wordt gehouden door de longen
* je kunt de werking van organen voor gaswisseling bij planten beschrijven

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Basisstof 1: gaswisseling
Boek 5, Thema 5: Gaswisseling en uitscheiding

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Gaswisseling: alle organismen doen aan gaswisseling 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gaswisseling vind plaats in de longen

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Als er een plek gevuld is, verandert het molecuul van vorm. Daardoor heeft het meer affiniteit om zuurstof te binden.

When hemoglobin has no bound oxygen, nor bound carbon dioxide, it has the unbound conformation (shape). The binding of the first oxygen molecule induces change in the shape of the hemoglobin that increases its ability to bind to the other three oxygen molecules.
In the presence of dissolved carbon dioxide, the pH of the blood changes; this causes another change in the shape of hemoglobin, which increases its ability to bind carbon dioxide and decreases its ability to bind oxygen. With the loss of the first oxygen molecule, and the binding of the first carbon dioxide molecule, yet another change in shape occurs, which further decreases the ability to bind oxygen, and increases the ability to bind carbon dioxide. The oxygen bound to the hemoglobin is released into the blood's plasma and absorbed into the tissues, and the carbon dioxide in the tissues is bound to the hemoglobin.
Gaswisseling, via welk transportproces?

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Diffusie
Diffusie is het proces waarbij opgeloste stoffen in een waterig milieu zich verplaatsen (diffunderen) van een gebied met een hoge concentratie opgeloste stoffen naar een gebied met een lage concentratie opgeloste stoffen.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gaswisseling, via welk transportproces?

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gaswisseling in de longblaasjes
Diffusie wordt veroorzaakt door verschil in zuurstofspanning (pO2) en koolstofdioxidespanning (pCO2)

Oftewel:
Er is een concentratieverschil

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Video

Deze slide heeft geen instructies

en dan nu...
 nog meer action in de taxion!

maak opgave 5 t/m 7
mensen thuis... maak het online!
Hb = hemoglobine
HbO2 = oxyhemoglobine = hemoglobine geladen met zuurstof
zuurstof wil van waar een hoge pO2 is naar waar een lage p02 is

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

afb. 9

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 Hoeveel zuurstofmoleculen er vrij komen in een weefsel 
is afhankelijk van de pO in een weefsel 
Hoe hoger de druk (pO2), 
hoe meer zuurstof aan hemoglobine 
gebonden zit

Hoe actiever een cel, hoe lager de pO2
BINAS
TABEL
83D

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Transport van koolstofdioxide (CO2)
In weefsels vindt dissimilatie plaats waarbij O2 wordt verbruikt en CO2 vrij komt. 
1. CO2 diffundeert van het weefsel naar het bloedplasma
2. Vervoer van CO2 gaat op drie manieren:
    - CO2 gebonden aan hemoglobine (23%)
    - Waterstofcarbonaationen (HCO3-) in het bloedplasma (70%)
    - Als CO2 in het bloedplasma (7%)
3. CO2 diffundeert van het bloedplasma naar het vocht in de longblaasjes.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!
Wat?
Boek 5, thema 5, Basisstof 1: gaswisseling
Lees blz. 60 t/m 68
- Noteer alle moeilijke woorden
- Schrijf een vraag op, waar wil je meer over weten.
Hulp nodig?
schrijf je vraag op
Klaar?
Begin met het maken van de opdrachten
 1,3,5,6,7,10
Aan de slag!
timer
20:00

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

LEERDOELEN behaald?
5.1
* je kunt delen van het ademhalingsstelsel de functies en kenmerken noemen
* je kunt uitleggen hoe het interne milieu min of meer constant wordt gehouden door de longen
* je kunt de werking van organen voor gaswisseling bij planten beschrijven

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waardoor kan er snel gaswisseling plaatsvinden in de longen?

A
de wand van de luchtpijp is erg dun
B
er zit een laagje slijm in de longblaasjes
C
Het oppervlak van de longblaasjes is groot
D
alle antwoorden zijn goed

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

longblaasjes
long
bronchi
Luchtpijptakje
luchtpijp

Slide 26 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zuurstof wordt in het bloed vervoerd door het rode eiwit hemoglobine, evenwichtreactie: Hb + O2 <-> HbO2

Naar welke kant verloopt deze reactie in de weefsels en wat verandert als de pH daalt?
A
Naar rechts, gaat sneller bij lagere pH
B
Naar links, gaat sneller bij lagere pH
C
Naar rechts, gaat langzamer bij lagere pH
D
Naar links, gaat langzamer bij lagere pH

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In welke bloedvaten vindt gaswisseling plaats met cellen?
A
Haarvaten
B
Slagaders
C
Aders
D
Bij allemaal

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de invloed van de een lage pH op deze reactie?

Slide 29 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de invloed van de aanwezigheid van veel CO2 op deze reactie?

Slide 30 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk
5.5.1 Gaswisseling Opdr. 1,3,5,6,7,10
5.5.2 Longventilatie Opdr 13 t/m 18

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Functies slijmvlies 
(keel en neus)
  1. De ingeademde lucht wordt schoner, doordat stofjes en bacteriën in het slijm plakken. Dit slik je uiteindelijk door. 

  2. De ingeademde lucht wordt opgewarmd. 

  3. De ingeademde lucht wordt vochtig. (waardoor diffusie beter gaat)

  4. Lucht wordt geroken door geurzintuigcellen (bescherming)

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Link

Deze slide heeft geen instructies