Arm en Rijk in Nederland

 Arm en rijk in Nederland
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

 Arm en rijk in Nederland

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
- Ik weet welke verschillen er zijn tussen arme en rijke wijken in Nederlandse steden en hoe ze met elkaar samenhangen. (3.1)
- Ik kan uitleggen welke factoren van invloed zijn op verschillende wijken in de Nederlandse steden. (3.2)
- Ik kan uitleggen hoe gemeenten armoede aanpakken in de stad. (3.4)
- Ik kan voorbeelden geven van armoedebeleid. (3.4)

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Welke verschillen zijn er tussen arme en rijke wijken In Nederlandse steden?
Eindhoven
Doornakker                                                              De Karpen

Slide 4 - Tekstslide

Verschillende soorten wijken
Een wijk = deel van de stad
Historisch centrum
  • Vaak gebouwd bij een kruispunt van wegen of water
  • Smalle niet recht lopende straten
  • Vaak geen tuin
  • Winkels beneden en studenten boven
Jaren 30 woning
  • Arbeiderswijk
  • laagbouw, geen of kleine tuin
  • Smalle straten



Slide 5 - Tekstslide

Verschillende soorten wijken
Een wijk = deel van de stad
Arbeiderswijk
  • gebouwd na WO2
  • kleine huizen, goedkoop materiaal
  • rijtjeshuizen en hoogbouw (4 verdiepingen)
  • smalle straten, kleine tuintjes
  • mensen met laag inkomen, laag opgeleid
Villawijk
  • laagbouw, goed materiaal
  • grote huizen met een grote tuin, brede straten
  • mensen met goed betaalde baan, hoog opgeleid


Slide 6 - Tekstslide

Welke verschillen zijn er tussen arme en rijke wijken In Nederlandse steden?
Welvaart
Koopwoningen
Huurwoningen

WOZ-Waarde ->
De gemeente bepaalt de waarde van een gebouw om te bepalen hoeveel belasting er moet worden betaald voor dat gebouw volgens de Wet Onroerende Zaakbelasting (WOZ).

Slide 7 - Tekstslide

Welvaart in de wijk
Welvaart = genoeg geld hebben om voedsel, huis, onderwijs en gezondheidszorg te kunnen betalen.

Hoe kun je welvaart in een woonwijk meten?
  • inkomen: hoog of laag
  • woningen: koop- of huurhuis 
  • WOZ- waarde van de huizen

Bekijk het kaartje over de welvaart in Nederland. Welke conclusie kun je trekken?

Slide 8 - Tekstslide

Welzijn in de wijk
Welzijn = mate waarin het goed met je gaat, veiligheid, gezondheid, gelukkig zijn enz.

Hoe kun je welzijn in een woonwijk meten? => je kijkt naar de leefbaarheid.
  • Bebouwingsdichtheid: veel of weinig huizen per km2
  • Groenvoorzieningen: zijn er veel parken en sportvelden
  • Autodichtheid: aantal auto's per km2 hoog of laag
  • Voorzieningen: scholen, winkels, huisarts, bushaltes, sporthal
  • Veiligheid: geluk en criminaliteit kun je niet zien, de gemeente heeft cijfers

Welvaart en welzijn hangen sterk met elkaar samen.

Slide 9 - Tekstslide

kaartje leefbaarheid NL: wat valt je op? In welke delen van NL zijn de mensen het meest tevreden over hun kwaliteit van leven?

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Slide 12 - Video

Waarom gaat het met sommige wijken beter dan met andere wijken?
Gestegen armoede in de wijk:

  • Problemen met de leefbaarheid
  • Sociale cohesie of samenhang gaat achteruit.
  • Weinig onderhoud huizen en tuinen
  • Verveling
  • Sociale onveiligheid

Slide 13 - Tekstslide

Waarom gaat het met sommige wijken beter dan met andere wijken?
Structurele werkloosheid -> Laag opgeleiden

Eindhoven:
Vertrek van fabrieken van Philips 

Slide 14 - Tekstslide

Hoe ziet het leven van laagopgeleide en beginnende werknemers eruit in Nederland?
Nederland is rijk, maar het leven wordt ook duurder.

Minder vaste banen voor mensen met laag opleidingsniveau -> Minder zekerheid.

Open grenzen van EU -> komst van arbeiders die voor minimumloon werken.

Laagopgeleide Nederlands steeds moeilijker om een baan te vinden.

Slide 15 - Tekstslide

Ongezonde welvaart
Armoede in NL vergeleken met armoede in Nigeria:

  • In Nigeria is honger omdat er geen eten is
  • In NL kun je naar de voedselbank -> toch willen mensen dat liever niet -> goedkoop voedsel uit de winkel -> vaak ongezond (teveel vet + suikers)
  • Laag inkomen -> ongezond voedsel + weinig sporten = overgewicht
  • Slechte leefstijl -> hart- en vaatziekten, suikerziekten = welvaartsziekten
  • Welvaartsziekte -> minder kans op werk -> laag inkomen enzovoort...
  • Deze problemen komen veel voor in achterstandswijken

In Nigeria EN Nederland: cirkel van armoede

Slide 16 - Tekstslide

Moeizame integratie
Integratie = opnemen van bevolkingsgroepen in de maatschappij

  • Veel gastarbeiders kwamen naar NL om eenvoudig werk te doen. Zij wonen vaak bij elkaar in oude arbeiderswijken. Ze intergeerden niet goed, spraken de Nederlandse taal niet goed genoeg. Ze vinden daardoor moeilijk ander werk.
  • Ook nu is het moeilijk voor jongeren met een Turkse of Marokkaanse achtergrond om werk te vinden. Ze worden vaak gediscrimineerd bij solliciaties.
  • Veel oude arbeiderswijken worden bewoond door mensen met een Niet-Nederlandse achtergrond. 

Slide 17 - Tekstslide

Hoe pakken gemeenten armoede aan?
Alle plannen van de gemeente -> bestemmingsplan

Wijkverbetering door:
  • Renovatie
  • Sanering



Armoedebeleid -> verminderen van de armoede bij de inwoners

Slide 18 - Tekstslide

Welke verschillen in arm en rijk zijn er tussen de verschillende delen van Nederland?
1. Armoede in aatallen
2. Armoede in percentage van de bevolking
3. Bevolkingsontwikkeling

Slide 19 - Tekstslide

Welke verschillen in arm en rijk zijn er tussen de verschillende delen van Nederland?
Sociaal-economische status: Het aanzien dat iemand heeft in de samenleving en dat vooral afhankelijk is van inkomen, opleiding en beroep.



Zegt niks over het geluk van de mensen!

Slide 20 - Tekstslide