klas 5 DLC 1.1 afronding: de leerdoelen

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
Middelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen voor DLC 1.1: Waardoor brak er een opstand uit in de Nederlanden, 1515-1572?  
(Een Kennen&Kunnen dus) 
 
Je moet kunnen uitleggen/je moet begrijpen: 
1. Wat de aard was van het gebied dat “De Nederlanden” genoemd werd (denk aan de positie van de Stedelijke Burgerij en de privileges die daarbij hoorden) 
2. Hoe het bestuur van de Nederlanden in elkaar stak onder Karel V en Filips II 
3. Op welke manieren Karel V en Filips II de Nederlanden wilden centraliseren  
4. Wat de Reformatie was, en wat die betekende voor en veroorzaakte in het (heilige Roomse) Duitse Rijk en wat de gevolgen er van waren (m.n. de kreet “Cuius Regio Eius Religio”)  
5. Wat de denkbeelden van de hervormders Luther en Calvijn waren, welke verschillen er tussen hen waren, en welke invloed Calvijn had in de Nederlanden. 
7. Hoe de Nederlandse Opstand ontstond tussen 1566 en 1572 (m.n. de rol van de Beeldenstorm, Hagenpreken, de Hertog van Alva, Raad van Beroerten) 
8. De rol die Willem van Oranje ging spelen in de Nederlandse Opstand. 
 


Slide 2 - Tekstslide

Wat zijn "De Nederlanden"?

Slide 3 - Woordweb

Leerdoelen voor DLC 1.1: Waardoor brak er een opstand uit in de Nederlanden, 1515-1572?  
(Een Kennen&Kunnen dus) 
 
Je moet kunnen uitleggen/je moet begrijpen: 
1. Wat de aard was van het gebied dat “De Nederlanden” genoemd werd (denk aan de positie van de Stedelijke Burgerij en de privileges die daarbij hoorden) 
2. Hoe het bestuur van de Nederlanden in elkaar stak onder Karel V en Filips II 
3. Op welke manieren Karel V en Filips II de Nederlanden wilden centraliseren  
4. Wat de Reformatie was, en wat die betekende voor en veroorzaakte in het (heilige Roomse) Duitse Rijk en wat de gevolgen er van waren (m.n. de kreet “Cuius Regio Eius Religio”)  
5. Wat de denkbeelden van de hervormders Luther en Calvijn waren, welke verschillen er tussen hen waren, en welke invloed Calvijn had in de Nederlanden.
7. Hoe de Nederlandse Opstand ontstond tussen 1566 en 1572 (m.n. de rol van de Beeldenstorm, Hagenpreken, de Hertog van Alva, Raad van Beroerten) 
8. De rol die Willem van Oranje ging spelen in de Nederlandse Opstand. 
 


Slide 4 - Tekstslide

Landsheer
landvoogd
Staten Generaal
stadhouder van gewest
17 gewesten
vertegenwoordigers van adel, burgers, geestelijkheid
collaterale raden

Slide 5 - Sleepvraag

Leerdoelen voor DLC 1.1: Waardoor brak er een opstand uit in de Nederlanden, 1515-1572?  
(Een Kennen&Kunnen dus) 
 
Je moet kunnen uitleggen/je moet begrijpen: 
1. Wat de aard was van het gebied dat “De Nederlanden” genoemd werd (denk aan de positie van de Stedelijke Burgerij en de privileges die daarbij hoorden) 
2. Hoe het bestuur van de Nederlanden in elkaar stak onder Karel V en Filips II 
3. Op welke manieren Karel V en Filips II de Nederlanden wilden centraliseren  
4. Wat de Reformatie was, en wat die betekende voor en veroorzaakte in het (heilige Roomse) Duitse Rijk en wat de gevolgen er van waren (m.n. de kreet “Cuius Regio Eius Religio”)  
5. Wat de denkbeelden van de hervormders Luther en Calvijn waren, welke verschillen er tussen hen waren, en welke invloed Calvijn had in de Nederlanden. 
7. Hoe de Nederlandse Opstand ontstond tussen 1566 en 1572 (m.n. de rol van de Beeldenstorm, Hagenpreken, de Hertog van Alva, Raad van Beroerten) 
8. De rol die Willem van Oranje ging spelen in de Nederlandse Opstand. 
 


Slide 6 - Tekstslide

Noem steekwoordsgewijs een aantal voorbeelden van centralisatie door Karel V en Filips II.

Slide 7 - Woordweb

De kern van de onvrede van de inwoners van de Nederlanden over het beleid van Filips II lag in de hun ogen voortdurende schending van hun oude …… (vul aan)

Slide 8 - Open vraag

De volgende bijbehorende Kenmerkende Aspecten:  
KA: De opkomst van de stedelijke burgerij en de toenemende zelfstandigheid van steden (tijdvak 4) 1  
KA: Het begin van staatsvorming en centralisatie (tijdvak 4) 2,3  
KA: De protestantse reformatie die splitsing van de christelijke kerk in West-Europa tot gevolg had (tijdvak 5)5,6  
KA: Het conflict in de Nederlanden dat resulteerde in de stichting van een Nederlandse staat (tijdvak 5)   
  

De volgende bijbehorende voorbeelden:  
Luther verschijnt voor de Rijksdag in Worms (1521)  
Instelling drie Collaterale Raden (1531) 

Slide 9 - Tekstslide

Maarten Luther
Filips II
Willem van Oranje
Hertog van Alva
Karel V

Slide 10 - Sleepvraag

Van welke van deze personen weet je niet welke rol die in het HC spelen?

Slide 11 - Woordweb

Leerdoelen voor DLC 1.1: Waardoor brak er een opstand uit in de Nederlanden, 1515-1572?  
(Een Kennen&Kunnen dus) 
 
Je moet kunnen uitleggen/je moet begrijpen: 
1. Wat de aard was van het gebied dat “De Nederlanden” genoemd werd (denk aan de positie van de Stedelijke Burgerij en de privileges die daarbij hoorden) 
2. Hoe het bestuur van de Nederlanden in elkaar stak onder Karel V en Filips II 
3. Op welke manieren Karel V en Filips II de Nederlanden wilden centraliseren  
4. Wat de Reformatie was, en wat die betekende voor en veroorzaakte in het (heilige Roomse) Duitse Rijk en wat de gevolgen er van waren (m.n. de kreet “Cuius Regio Eius Religio”)  
5. Wat de denkbeelden van de hervormders Luther en Calvijn waren, welke verschillen er tussen hen waren, en welke invloed Calvijn had in de Nederlanden. 
7. Hoe de Nederlandse Opstand ontstond tussen 1566 en 1572 (m.n. de rol van de Beeldenstorm, Hagenpreken, de Hertog van Alva, Raad van Beroerten) 
8. De rol die Willem van Oranje ging spelen in de Nederlandse Opstand. 
 


Slide 12 - Tekstslide

Welk belangrijk verschil was er tussen de opvattingen van Luther en die van Calvijn dat van belang was voor de Nederlandse Opstand?

Slide 13 - Open vraag

Wat was de reformatie?

Slide 14 - Woordweb

Leerdoelen voor DLC 1.1: Waardoor brak er een opstand uit in de Nederlanden, 1515-1572?  
(Een Kennen&Kunnen dus) 
 
Je moet kunnen uitleggen/je moet begrijpen: 
1. Wat de aard was van het gebied dat “De Nederlanden” genoemd werd (denk aan de positie van de Stedelijke Burgerij en de privileges die daarbij hoorden) 
2. Hoe het bestuur van de Nederlanden in elkaar stak onder Karel V en Filips II 
3. Op welke manieren Karel V en Filips II de Nederlanden wilden centraliseren  
4. Wat de Reformatie was, en wat die betekende voor en veroorzaakte in het (heilige Roomse) Duitse Rijk en wat de gevolgen er van waren (m.n. de kreet “Cuius Regio Eius Religio”)  
5. Wat de denkbeelden van de hervormders Luther en Calvijn waren, welke verschillen er tussen hen waren, en welke invloed Calvijn had in de Nederlanden. 
7. Hoe de Nederlandse Opstand ontstond tussen 1566 en 1572 (m.n. de rol van de Beeldenstorm, Hagenpreken, de Hertog van Alva, Raad van Beroerten) 
8. De rol die Willem van Oranje ging spelen in de Nederlandse Opstand. 
 


Slide 15 - Tekstslide

1
2
3
4
5
6
7
Bloedplakkaten
Smeekschrift der edelen
Hagenpreken
Beeldenstorm
Alva naar de Nederlanden
Protestanten vluchten weg
De Opstand begint

Slide 16 - Sleepvraag