Oefentoets Steden

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Oefentoets Steden 

Havo 2  

In de loop van de 19e eeuw verstedelijkt Nederland. Welk (ander) begrip gebruiken we hiervoor?

1. suburbanisatie
2. reurbanisatie
3. renovatie
4. Urbanisatie

Wat was de oorzaak voor de urbanisatiefase in Nederland

Wereldstad

Megastad

Hoofdstad

a. Bestuurscentrum van een land

b. grote stad belangrijk op wereldniveau

c. stad met meer dan 10 miljoen inwoners

Geef het verband aan tussen verstedelijkingsgraad & verstedelijkingstempo. Gebruik hiervoor een 'hoe-hoe zin'.

Lees de vier uitspraken over het verband tussen welvaart, verstedelijkingsgraad en verstedelijkingstempo. Welk verband is juist? Kies het juiste antwoord.

1. Hoe armer een land, hoe lager de verstedelijkingsgraad en hoe hoger het verstedelijkingstempo.
2. Hoe rijker een land, hoe hoger de verstedelijkingsgraad en hoe hoger het verstedelijkingstempo.
3. Hoe rijker een land, hoe lager de verstedelijkingsgraad en hoe lager het verstedelijkingstempo.
4. Hoe armer een land, hoe hoger de verstedelijkingsgraad en hoe hoger het verstedelijkingstempo.

Bekijk de kaart en bestudeer de ligging van de stad Ho Chi Minh.

Noem 2 kenmerken uit de kaart die de ligging van Ho Chi Minh kan verklaren.

4.Wat voor een soort wijk is
nummer 1 op de kaart?

1. Een woonwijk met veel hoogbouw uit 1945-1970.
2. Een negentiende-eeuwse arbeiderswijk.
3. Huizen gebouwd in de middeleeuwen.
4. Een woonwijk met veel eengezinshuizen uit 1970-1980.

Bekijk de afbeelding.

Elke stad heeft wijken uit verschillende bouwperiodes.
Waar staan de wijken op de foto’s in de afbeelding in de juiste volgorde vanuit het centrum naar de buitenwijk?

1. P – Q – R – S
2. R – P – S – Q
3. R – Q – S – P
4. R – S – Q - P

In welke periode werden in Nederland wijken met veel flats gebouwd?

1. 1940 - 1950
2. 1960 - 1970
3. 1970 - 1980
4. 1990 - nu

Noteer de letters van de kenmerken die bij een cbd horen.
A. ligging buiten het centrum E. smalle, kronkelige straten
B. geen openbaar vervoer F. veel hotels
C. kantorenflats G. veel winkels
D. rechthoekig stratenpatroon H. vooral armere inwoners

In welke periode was er
suburbanisatie in Amsterdam?
zie bron klik om te vergroten

In welke periode was er vooral
suburbanisatie in Amsterdam?

1. 1960-1965
2. 1965-1985
3. 1985-1994
4. 1994-2000

Rond primate cities worden nieuwe steden gesticht.
a. Geef het begrip dat hoort bij dergelijke steden.
b. Geef de voornaamste reden waarom dergelijke steden worden gesticht.

Welke 3 verschillen tussen een dorp en stad

Waardoor gingen de steden tijdens de suburbanisatie fase verpauperen?

Hoe noemen we het proces dat veel mensen uit de randstad wegtrekken naar het platteland of omliggende steden of dorpen.

Hoe noemen we de verandering die ervoor zorgt dat de verpauperde wijken naast het stadscentrum gelegen, aantrekkelijk gemaakt door jonge werkende mensen. Zodat de huizen weer opknapten en in zijn waarde gingen stijgen.

In welke van de volgende wijken vindt het meest waarschijnlijk gentrificatie plaats?

1. Negentiende-eeuwse arbeiderswijken.
2. Vinex-wijken
3. Woonwijken met veel hoogbouw.
4. Woonwijken met veel dezelfde eengezinshuizen.

Nederlandse steden vormen een stedelijk netwerk.

Waar kun je dat aan zien?

1. Er zijn wegen, spoorwegen, waterwegen en vliegvelden.
2. De plaatsen zijn verbonden door een goede infrastructuur.
3. De mensen zijn welvarend, bijna iedereen heeft een auto.
4. Nederland is dichtbebouwd, dichtbevolkt en sterk verstedelijkt.

Beschrijf in vier stappen het ontstaan van zelfbouwwijken in Zuid-Amerika.

Begin met:
1. In de steden in Zuid-Amerika is veel werk, op het platteland is veel werkeloosheid.

Opbouw van een Amerikaanse stad

Sleep de onderdelen op de juiste plaats!

CBD = Central Business district

Middenklassewijk

CBD

Suburbs

Het percentage stedelingen in een land noem je...

1. verstedelijkingsgraad
2. verstedelijkingstempo
3. verstedelijkings migratie
4. urbanisatiegraad

Steden en dorpen die aan elkaar zijn gegroeid tot een stedelijk geheel, noem je .....

1. Overgangsgebied
2. Agglomeratie
3. Stadsgewest
4. Stedelijk netwerk

Noteer twee kenmerken van de woningen in suburbs

Het groeikernen beleid had als doel

1. de suburbanisatie te stoppen
2. voorkomen dat het platteland helemaal werd volgebouwd
3. de suburbanisatie te bevorderen
4. re-urbanisatie op gang te brengen

Noem twee doelstellingen van Vinex

Geef de oorzaak waarom het Vinex-beleid duurzamer is dan het groeikernenbeleid

Wat is geen overeenkomst tussen stadsvernieuwing en herstructurering?

1. Oplossing voor vervallen woningen
2. er vindt renovatie plaats
3. er vindt sanering plaats
4. Er komen mensen met hogere inkomens wonen

Er is hier sprake van:

1. Renovatie
2. Transformatie
3. Herstructurering
4. Stadsvernieuwing

Geef een negatief gevolg van gentrificatie voor de oorspronkelijke bewoners

Gebruik de bronnen. De gemeente Groningen
heeft de eerste stappen gezet om duurzame stad te worden.
Geef met de bronnen 22 en 23 een voorbeeld waaruit blijkt dat
Groningen een duurzame stad wil worden.