Gebeurtenissen die in het verleden begonnen zijn en waar we nog steeds iets van merken
VS
Gebeurtenissen die in het verleden gebeurd zijn en voorbij zijn.
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2
In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Present Perfect VS Past Simple
Gebeurtenissen die in het verleden begonnen zijn en waar we nog steeds iets van merken
VS
Gebeurtenissen die in het verleden gebeurd zijn en voorbij zijn.
Slide 1 - Tekstslide
Hoe kunnen we in een zin zien dat een gebeurtenis voorbij is? (signaalwoorden Past simple)
Slide 2 - Woordweb
Gebeurtenissen die voorbij zijn (past simple)
We worked there.
My sister walked to school.
The boys talked too much in class.
We slept on the floor.
The friends bought a new car.
Peter broke his leg on holiday.
Slide 3 - Tekstslide
Hoe kunnen we in een zin zien dat een gebeurtenis nog steeds bezig is? (signaalwoorden present perfect)
Slide 4 - Woordweb
Gebeurtenissen waar we nog steeds iets van merken.
(Present Perfect)
We have worked there.
My brother has walked to school.
Peter has talked to his father.
My teacher has bought a new car.
The parents have left the building.
I have chosen a new dress.
Slide 5 - Tekstslide
Wanneer gebruik je wat?
Gebeurtenissen die voorbij zijn:
last week / last year / two minutes ago / when I was young
Gebeurtenissen die nog bezig zijn:
for / yet / never / ever / just / already / since
Slide 6 - Tekstslide
Voorbeelden
John bought a new car 6 months ago.
John kocht een nieuwe auto 6 maanden geleden.
Peter has worked at the Burger King since 2015.
Peter werkt al sinds 2015 bij de Burger King.
Slide 7 - Tekstslide
Oefenen
Vul bij de volgende zinnen de juiste vorm van het woord tussen haakjes in. Kijk eerst goed naar de zin en bepaal of de gebeurtenis is afgelopen of dat deze nog steeds bezig is.
Slide 8 - Tekstslide
John _____ President of the US in 2011. (to become)
Slide 9 - Open vraag
We _____ a real lion before. (never / to see)
Slide 10 - Open vraag
My parents ____ home very late last night. (to come)
Slide 11 - Open vraag
Write short sentences about what you did in the holiday.
Slide 12 - Woordweb
Write short sentences about things you've done since you were 4 years.