Nakijken en herhalen
1 / 27
Lesduur is: 60 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Zet de gebeurtenissen op de goede volgorde
1
2
3
4
Boeren produceren meer voedsel
De bevolking verdubbelde
Een betere ploeg werd uitgevonden
Mensen hadden de keuze om meer kinderen te nemen
Slide 3 - Sleepvraag
Markt
Vraag
Aanbod
Een plaats waar mensen handelen
Alle spullen wat iemand wil verkopen
Alle spullen wat mensen willen kopen
Slide 4 - Sleepvraag
Wie waren het bestuur van de stad?
A
Burgers en schouten
B
Schepenen
C
Burgers
D
Schouten en schepenen
Slide 5 - Quizvraag
Wat was het voordeel van stadsrechten?
A
Stad mocht een eigen bestuur hebben
B
Alle burgers hadden veel vrijheid
Slide 6 - Quizvraag
Graaf Floris was edelman van het gewest Holland.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 7 - Quizvraag
Wat past bij staatvorming?
A
De graaf van Holland en Gelre hebben verschillen straffen.
B
De graaf van Zeeland geeft zijn ridders meer loon dan in Holland.
C
Je betaalde meer belasting als je in Gelre woonde dan in Utrecht.
D
Iedereen in het land kreeg dezelfde straf bij het vermoorden van iemand.
Slide 8 - Quizvraag
Het land besturen vanaf één plek noemen we:
A
staatsvorming
B
centralisatie
C
bestuur
D
Inspraak
Slide 9 - Quizvraag
Hertogen en graven (edelen) vonden het goed dat er centralisatie was.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 10 - Quizvraag
Burgers wilden inspraak in het bestuur. Wat is inspraak?
A
Dat je mag stemmen
B
Dat je mag meebeslissen
C
Dat je de leider bent
D
Dat je mag praten zonder je hand op te steken
Slide 11 - Quizvraag
Waarom gaven mensen in de middeleeuwen geld aan de kerk?
A
Om zo in de hemel te komen
B
Om zo niet gevangen genomen te worden
C
Om zo niet in het leger te moeten
D
Om zo in de stad te mogen wonen
Slide 12 - Quizvraag
Welke uitspraak over de middeleeuwse steden is juist?
A
De kerk was het grootste gebouw in de middeleeuwse stad.
B
Jaarmarkten duurden een jaar.
C
Steden werden altijd door de adel gesticht.
D
Het marktplein lag vaak aan de rand van de stad.
Slide 13 - Quizvraag
Hoe komt het dat de kerk zoveel macht had over de bevolking in de middeleeuwen?
A
De kerken en kathedralen dienden als schuilplaats voor daklozen.
B
Het leven op aarde was belangrijker dan het leven na de dood in de hemel.
C
Koningen waren ongelovig waardoor de mensen de kerk meer vertrouwden.
D
Mensen waren bang om in de hel te komen en waren dus gehoorzaam aan de kerk.
Slide 14 - Quizvraag
Wat is een kruistocht?
Slide 15 - Open vraag
Wat was het doel van een kruistocht?
Slide 16 - Open vraag
Wat zijn voorzieningen?
Slide 17 - Open vraag
Dit zijn twee voorbeelden van voorzieningen:
Slide 18 - Open vraag
Wat is een kenmerk van een stad ?
A
Er wonen weinig mensen
B
Er is veel ruimte tussen gebouwen
C
Er is weinig werk
D
Er zijn veel voorzieningen.
Slide 19 - Quizvraag
Wat is urbanisatie?
A
Groei van steden
B
Soort kinderarbeid
C
Groei van het aantal werklozen
D
Meer mensen moeten reizen voor hun werk
Slide 20 - Quizvraag
Hoofdstad
Megastad
Wereldstad
Meer dan 10 miljoen inwoners.
Stad bekend over heel de wereld. Veel internationale bedrijven en banken.
Vaak zit de regering daar.
Slide 21 - Sleepvraag
Waar ligt de Randstad?
Sleep het woord naar het juiste gebied.
de Randstad
Slide 22 - Sleepvraag
Het Groene hart
De Randstad
Indeling van een stad
Slide 23 - Sleepvraag
Amsterdam
Rotterdam
Zuid-Limburg
Randstad
Slide 24 - Sleepvraag
Vinex-wijk
Hoogbouwwijken
Laagbouwwijken
Binnenstad
19e eeuwse wijk
Bedrijventerrein
