BIG auditoren PICC

Praktijktoetsing pilot locaties
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 4

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 25 min

Onderdelen in deze les

Praktijktoetsing pilot locaties

Slide 1 - Tekstslide

Wat?
Het toetsen in de praktijk, bij een bewoner, van alle op de afdeling voorkomende verpleegtechnische handelingen. ( inclusief medicatie en ACT)

Slide 2 - Tekstslide

Voor wie, door wie?
Voor: alle zorgmedewerkers vanaf niveau 3 en over ruim een jaar ook de HZW plus medewerkers.
Door: geschoolde en bekwame verpleegkundigen
Frequentie: elke drie jaar worden alle handelingen getoetst
Verantwoordelijkheid: bij de medewerker zelf om een afspraak te maken met een praktijktoetser
Verantwoordelijkheid check e-learning: Leidinggevende

Slide 3 - Tekstslide

Hoe?
Voorafgaand aan het toets moment wordt:
  • Gevraagd of de collega de e-learning heeft behaald ( deze moet altijd worden gemaakt, ook als is het een jaar geleden, het gaat om de koppeling theorie-praktijk)
  •  De parate kennis getoetst:
Welke voorlichting/welk advies/instructie moet er aan de bewoner gegeven worden.
Indicatie voor deze handeling, contra indicaties
Relatie ziektebeeld t.o.v. handeling
Specifieke aandachtspunten waarop gelet moet worden bij de handeling

Slide 4 - Tekstslide

Hoe? Vervolg
Is de parate kennis voldoende dan kan gestart worden met de praktijktoetsing:
1.De bewoner wordt om toestemming gevraagd
2.Aan de hand van het Vilans protocol wordt de medewerker getoetst
3. Is ook de praktijk voldoende dan is de medewerker bekwaam dit wordt in Pynter afgevinkt.

Slide 5 - Tekstslide

Hoe? Vervolg 2
Is de parate kennis onvoldoende, dan volgt een herkansing. Zonder voldoende kennistoets, geen praktijktoetsing.
(de kennistoets kan eerder worden afgenomen, bijv. eerder die week)
Is de praktijktoets onvoldoende, dan wordt gerichte feedback gegeven en volgt een herkansing. Dat kan evt. met een andere praktijktoetser.

Slide 6 - Tekstslide

Toetsen en beoordelen: Voorwaarden
WACKER methode ( zit in je mapje)
Waarnemen: Observeren zonder te interpreteren ( dat weet ze toch echt wel/vorige week zag ik het haar nog wel goed doen)
Aantekeningen maken: Opschrijven van waargenomen gedrag, concreet en feitelijk
Classificeren: Aantekeningen koppelen aan criteria in toetsformulier
Kwalificeren: Oordelen vellen/Beoordelen per criterium
Evalueren: Vergelijken van jouw oordeel met medebeoordelaar(s) en vaststellen van een gezamenlijk oordeel. ( geldt alleen wanneer je met meerdere mensen bent, dit kan echter wel in een intervisie besproken worden)
Rapporteren: Invullen en onderbouwen van de beoordeling op het beoordelingsformulier

Slide 7 - Tekstslide

Voldoende-Onvoldoende
De vaardigheid is voldoende: Wat vertel je?
De vaardigheid is onvoldoende: Hoe pak je dat aan?

Slide 8 - Tekstslide

Wat kunnen mogelijke problemen zijn die kunnen optreden bij en na het toetsen van collega's ?
( steekwoorden en licht straks toe)

Slide 9 - Open vraag

Feedback geven
Is de toetsing voldoende, vertel dit dan direct, vergeet niet de tops en tips!
Is de toetsing onvoldoende? Direct de 'klap' uitdelen, het is onvoldoende. En dan uitleggen, niet vergoelijken etc.
Geef evt. tips: welke bijv.?
Maak een afspraak voor een herkansing

Slide 10 - Tekstslide