examentraining 4a

Examen-Koken 4A
Wat kan ik verwachten van het examen?
Wat moet ik leren?
Terugblikken naar de vorige lessen
Begrippen en termen uit de keuken
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
Consumptieve techniekMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 9 videos.

Onderdelen in deze les

Examen-Koken 4A
Wat kan ik verwachten van het examen?
Wat moet ik leren?
Terugblikken naar de vorige lessen
Begrippen en termen uit de keuken

Slide 1 - Tekstslide

Tijdens het examen
  • haar in staart
  • sieraden af
  • schort aan
  • stilte!!!

Slide 2 - Tekstslide

keuken hygiëne
  • zorg voor de juiste materialen
  • werk netjes en schoon
  • maak regelmatig tussendoor je werkplek schoon
  • ruim alles netjes weer op

Slide 3 - Tekstslide

Welke kleur snijplank gebruik je voor vlees?
A
groen
B
blauw
C
geel
D
rood

Slide 4 - Quizvraag

Welke kleur snijplank gebruik je voor kip?
A
rood
B
geel
C
bruin
D
groen

Slide 5 - Quizvraag

kooktechnieken

Slide 6 - Woordweb

Belangrijke kooktechnieken
  • blancheren
  • roux maken
  • snijden
  • paneren
  • fruiten


Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Slide 9 - Video

Slide 10 - Video

Slide 11 - Video

Slide 12 - Video

Slide 13 - Video

Coderen en verpakken
Eten verpakken of een verpakking opengemaakt?
Dit ga je weer verpakken en opnieuw opslaan. 
Je verpakt het product op een schone en goede manier en plakt een sticker op de verpakking.

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Slide 16 - Video

Wat is FIFO?
A
alle nieuwe producten vooraan zetten?
B
alle nieuwe producten achteraan zetten
C
een kooktechniek
D
het coderen van eten

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Video

Organoleptische keuring
Wat moet je weten?

• Bij een eindcontrole beoordeel je een product
als het klaar is.
• Een eindcontrole wordt ook wel
organoleptische keuring genoemd.
• Je keurt een eindproduct met je zintuigen:
ogen, neus en mond.
• Bij een eindcontrole let je op uiterlijk, kleur,
geur en smaak.
Wat ga je doen?

• Neem een eindproduct, bijvoorbeeld een
broodje of slagroomgebakje.
• Beoordeel of het uiterlijk van het product bij
het product past.
• Beoordeel of het product er smakelijk uitziet.
• Beoordeel of de kleur van het product past bij
het product.
• Beoordeel of het product ruikt zoals het hoort
te ruiken.
• Beoordeel of de smaak van het product hoort
bij het product.
• Noteer je bevindingen duidelijk en
overzichtelijk in een tabel.
• Alleen als alle beoordelingen goed zijn, is het
product goedgekeurd.

Slide 19 - Tekstslide

Nog vragen?
Wat moet je doen bij een orgaleptische keuring?
De vijf kooktechnieken die we deze les hebben besproken?

Slide 20 - Tekstslide