2. Waarom de buitenlandse handel belangrijk is voor Nederland
3. Wat een betalingsbalans is
Je oefent:
1. in- en uitvoerwaarde berekenen
2. importquote en exportquote berekenen
Slide 3 - Tekstslide
Weet jij welke producten Nederland produceert en verkoopt aan het buitenland?
Slide 4 - Woordweb
Slide 5 - Tekstslide
Nederland is een handelsland
We exporteren (uitvoer): we verkopen goederen en diensten aan buitenlandse bedrijven en personen.
We importeren (invoer): we kopen goederen en diensten uit het buitenland.
De import van goederen en diensten kost ons geld. Die import kunnen we betalen met de opbrengst van onze export.
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Redenen om te importeren
producten buitenland goedkopergemaakt kunnen worden
als buitenlandse producten een betere kwaliteithebben
als bepaalde grondstoffenniet /weinig voorkomen in NL
als we bepaalde landbouwgewassen niet kunnen verbouwen omdat ons klimaat er niet geschikt vooris
omdat Nederlandse consumenten de keuze willen hebbentussen verschillende producten en merken
Slide 9 - Tekstslide
Wederuitvoer
"goederen die we eerst invoeren en daarna doorverkopen aan het buitenland"
De ingevoerde producten zijn dan maar kort in Nederland
haven Rotterdam
Slide 10 - Tekstslide
Uitvoerwaarde
Uitvoerwaarde is het bedrag dat we in totaal met de export verdienen.
Uitvoerwaarde = uitgevoerde hoeveelheid x prijs per eenheid
Bijvoorbeeld: Nederland verkoopt 2 miljoen kazen voor € 35 euro per stuk = 2.000.000 x € 35= € 70.000.000
Slide 11 - Tekstslide
Invoerwaarde
Invoerwaarde is wat we in totaal betalen voor de import van goederen en diensten
Invoerwaarde = ingevoerde hoeveelheid x prijs per eenheid
Voorbeeld: Nederland koopt 400 miljoen liter wijn in voor € 2,- per liter = 400.000.000 x € 2 = € 800.000.000
Slide 12 - Tekstslide
Betalingsbalans
Overzicht van de totale uitvoerwaarde (ontvangsten van het buitenland) en de totale invoerwaarde (uitgaven aan het buitenland)
Slide 13 - Tekstslide
Internationale handel belangrijk?
Als je wil bepalen hoe belangrijk de internationale handel is voor ons land dan vergelijk je de invoerwaarde of de uitvoerwaarde met het nationaal inkomen.
Nationaal inkomen = het inkomen van alle inwoners van Nederland bij elkaar opgeteld
Slide 14 - Tekstslide
Importquote
importquote = totale invoerwaarde : nationaal inkomen x 100%
we kijken dus hoeveel % is alles wat we importeren/invoeren van ons nationaal inkomen
Voorbeeld: Nationaal inkomen is 680 miljard en de totale invoer is
485 miljard euro.
Dan is de importquote = 485 miljard : 680 miljard x 100% = 71,3 %
Slide 15 - Tekstslide
Exportquote
exportquote = totale uitvoerwaarde : nationaal inkomen x 100%
we kijken dus hoeveel % is alles wat we exporteren/uitvoeren van ons nationaal inkomen
Voorbeeld: Nationaal inkomen is 680 miljard en de totale uitvoer is
540 miljard euro.
Dan is de exportquote = 540 miljard : 680 miljard x 100% = 79,4 %
Slide 16 - Tekstslide
Nu jij!
Het nationaal inkomen in een land is 560 miljard. De totale uitvoerwaarde bedraagt € 400 miljard en de totale invoerwaarde € 310 miljard.
Bereken de importquote en de exportquote
Slide 17 - Tekstslide
Het nationaal inkomen in een land is 560 miljard. De totale uitvoerwaarde bedraagt € 400 miljard en de totale invoerwaarde € 310 miljard. Bereken de importquote.
Slide 18 - Open vraag
Het nationaal inkomen in een land is 560 miljard. De totale uitvoerwaarde bedraagt € 400 miljard en de totale invoerwaarde € 310 miljard. Bereken de exportquote.
Slide 19 - Open vraag
Wat zegt een import- of exportquote nou eigenlijk?
Aan de quotes kun je zien of internationale handel belangrijk is voor een land. Nederland heeft een hoge importquote en een hoge exportquote. Dit noem je ook wel een OPEN ECONOMIE
Landen die weinig invoeren en uitvoeren ten opzichte van hun nationaal inkomen hebben meer een GESLOTEN ECONOMIE
Slide 20 - Tekstslide
Aan de slag
Maak de vragen van paragraaf 8.1 t/m 8.3
Slide 21 - Tekstslide
Leerdoelen
Weet je het nog?
1. Waarom is er handel met het buitenland?
2. Waarom is buitenlandse handel belangrijk voor Nederland?
3. Wat is een betalingsbalans ?
Slide 22 - Tekstslide
Wat neem je mee uit deze les?
klik op de link voor de vragenlijst of scan de QR code