Je kunt op basis van een tekst een voedselketen/voedselweb maken.
Je kunt inschatten hoe een verandering in de populatiegrootte van 1 soort de andere soorten in een keten/web zou kunnen beinvloeden.
Je kunt verschillende relaties tussen organismen herkennen en benoemen:
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5
In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Doel
Je kunt op basis van een tekst een voedselketen/voedselweb maken.
Je kunt inschatten hoe een verandering in de populatiegrootte van 1 soort de andere soorten in een keten/web zou kunnen beinvloeden.
Je kunt verschillende relaties tussen organismen herkennen en benoemen:
Slide 1 - Tekstslide
0
Slide 2 - Video
welke relaties zag je tussen soorten?
Slide 3 - Woordweb
voedselrelaties
competitieve relaties
Slide 4 - Tekstslide
typen relaties
voedsel
competitief
symbiotisch
Slide 5 - Tekstslide
Soorten relaties
intraspeciefieke relaties
- concurrentie, ziekteverspreiding
+ voortplanting, veiligheid
interspecifieke relaties
- concurrentie
-/+ voedselrelaties
-/+ symbiotische relaties
Slide 6 - Tekstslide
Wat voor soort relatie zie je afgebeeld op het plaatje?
Slide 7 - Open vraag
Wat voor soort relatie zie je afgebeeld op het plaatje?
Slide 8 - Open vraag
DOEL
Je kunt voedselrelaties juist weergeven in een voedselweb of voedselketen en aan de hand van een voedselketen of voedelweb voorspellen wat het effect is van verstoringen (jacht, gebruik van insecticiden, maaien etc)
Je kunt de verschillende termen voor trofische (=voedsel) relaties herkennen en gebruiken
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Voedselketen
Slide 11 - Tekstslide
Hoe wordt de in deze bron weergegeven voedselrelatie tussen de zeester en de zeeslak genoemd?
Slide 12 - Open vraag
Welk van de organismen in dit voedselweb behoort of welke behoren zowel tot de consumenten van de vierde als tot die van de vijfde orde?
Slide 13 - Open vraag
Symbiose
Mutualisme +/+
Commensalisme +/0
Parasitisme +/-
Slide 14 - Tekstslide
mutualisme
Beide soorten hebben voordeel bij de relatie.
Slide 15 - Tekstslide
Commensalisme
Eén van de twee heeft voordeel, de ander geen voordeel en geen nadeel
Koereiger
Epifyt
Slide 16 - Tekstslide
parasitisme
Een soort heeft voordeel, de ander nadeel.
Slide 17 - Tekstslide
Bij veldonderzoek in Afrika is gebleken dat de mestkevers huisvesting bieden aan allerlei andere diersoorten, waaronder mijten. De mijten laten zich door de mestkevers transporteren naar een nieuwe hoop mest. Daar verspreiden de mijten zich in de mest waaruit zij hun voedsel halen. Door sommige onderzoekers wordt de symbiose tussen mestkevers en mijten parasitisme genoemd, anderen menen dat de mestkever alleen als transportmiddel voor mijten dient.
Aan welke voorwaarde moet zijn voldaan om deze relatie parasitisme te noemen?
Slide 18 - Open vraag
Slide 19 - Tekstslide
Huiswerk
zie planner
Moeilijk? Oefenvragen maken, en in KWT de toetsvragen