Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
wk 44: les 3 - sprookje: bijvoeglijk naamwoord
Vrijdag 4 november - 1AT1
10 minuten stillezen
Terugblik vorige les: moraal en alinea-indeling
Bijvoeglijk naamwoord
Aan de slag!
timer
10:00
1 / 26
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
In deze les zitten
26 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
50 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Vrijdag 4 november - 1AT1
10 minuten stillezen
Terugblik vorige les: moraal en alinea-indeling
Bijvoeglijk naamwoord
Aan de slag!
timer
10:00
Slide 1 - Tekstslide
Vorige les heb je geleerd...
...wat de moraal van een sprookje is.
...wat een goede alinea-indeling is.
Slide 2 - Tekstslide
Deze les ga je leren...
...hoe bijvoeglijke naamwoorden en woordgroepen 'kleur' kunnen toevoegen aan een verhaal.
...wat de regels zijn voor het schrijven van het bijvoeglijk naamwoord.
Slide 3 - Tekstslide
Terugblik: moraal, wijze (levens)les
Sprookje
Moraal
Roodkapje
Je moet luisteren naar wat je ouders zeggen
Sneeuwwitje en de 7 dwergen
Je moet niet zomaar aanwijzingen van vreemden opvolgen
Het lelijke eendje
Je moet nooit alleen naar de buitenkant van iemand kijken. Juist door naar de binnenkant te kijken zie je hoe mooi iemand is.
Hans en Grietje
Je moet nooit zomaar vreemde mensen vertrouwen
De nieuwe kleren van de keizer
Als je zo ijdel bent dat je geen weloverwogen beslissingen meer kunt nemen dan zul je daar uiteindelijk voor gestraft worden.
Assepoester
Als je goed bent voor anderen, dan krijg je dit vanzelf een keer terug. Tegelijkertijd laat het sprookje ook zien dat valsheid wordt bestraft
Slide 4 - Tekstslide
Terugblik: 25 Schrijfvaardigheid: alinea-indeling (blz. 102)
Alinea-indeling
Witregel
Inspringen
Tussenkopje
Opbouw alinea
Kernzin
Uitleg/voorbeeld/toelichting
Slide 5 - Tekstslide
Bijvoeglijke naamwoorden en woorden die ’kleur’ geven aan een verhaal
De prins gaf de prinses een kus.
De
dappere
prins gaf de
mooie
prinses een
dikke
kus.
De kabouter woont in een huis.
De
stoere
kabouter woont in een
klein huisje aan de rand van het bos.
De heks keek naar Hans en Grietje.
De
enge, lelijke
heks
loerde met hongerige ogen
naar de
vrolijk spelende
Hans en Grietje.
De tovenaar ging naar de grot.
De
stokoude, mysterieuze
tovenaar
rende bliksemsnel naar de grot die verscholen lag in de donkere bossen.
Bijvoeglijke naamwoorden en woorden die ’kleur’ geven aan een verhaal
Slide 6 - Tekstslide
13 Taalverzorging: het bijvoeglijk naamwoord (blz. 54)
De foto is klein De
kleine
foto
De foto is vergroot De
vergrote
foto
De foto is gestolen De
gestolen
foto
De foto is van papier De
papieren
foto
Slide 7 - Tekstslide
Aan de slag!
Lees blz. 54
Maak opdr. 1, 2, 3, 4, 6
Klaar? Drillster 13, 25 OF maak de vragen op de volgende slides
Lukt inloggen via Leermiddelen, KERN niet?
Ga naar mijn.boomvo.nl
Log in met je schoolaccount
Slide 8 - Tekstslide
gebakken broden
A
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
B
bijvoeglijk naamwoord gemaakt van een werkwoord
Slide 9 - Quizvraag
linnen broeken
A
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
B
bijvoeglijk naamwoord gemaakt van een werkwoord
Slide 10 - Quizvraag
gevlochten haren
A
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
B
bijvoeglijk naamwoord gemaakt van een werkwoord
Slide 11 - Quizvraag
strooien hoeden
A
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
B
bijvoeglijk naamwoord gemaakt van een werkwoord
Slide 12 - Quizvraag
gevouwen lakens
A
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
B
bijvoeglijk naamwoord gemaakt van een werkwoord
Slide 13 - Quizvraag
Vul in:
het .... meisje (aardig)
Slide 14 - Open vraag
Stoffelijk bijvoeglijk
Bijvoeglijk naamwoord
Gouden
Bijzondere
Kartonnen
Stoute
Grandioze
Houten
Mooie
Plastic
Rode
Metalen
Slide 15 - Sleepvraag
Maak een zin met een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
Slide 16 - Open vraag
Wat is een voorbeeld van een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord?
A
grote
B
plastic
C
kleurige
D
koude
Slide 17 - Quizvraag
In welke zin staat een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord?
A
De aardige jongen lacht om haar grapjes.
B
Dat is de normaalste zaak van de wereld.
C
Morgen wordt het een mooie dag.
D
Die houten stoel lijkt me niet zo stevig!
Slide 18 - Quizvraag
De kinderen waren verdwaald. De ........ Kinderen
Slide 19 - Open vraag
Het uur is verzet. Het ...... uur.
Slide 20 - Open vraag
De sleutel is gezocht. De ..... sleutel.
Slide 21 - Open vraag
Het ijsje is gesmolten. Het .... ijsje.
Slide 22 - Open vraag
De crisis werd verwacht. De ..... crisis.
Slide 23 - Open vraag
Er is veel geld aan besteed. Het ..... geld.
Slide 24 - Open vraag
Het gebouw is verwoest. Het .... gebouw.
Slide 25 - Open vraag
Einde van deze les
Slide 26 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
wk 44: les 2+3 - sprookje (moraal, alinea-indeling, bijvoeglijk nw)
November 2022
- Les met
14 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
wk 41: les 1 + 2 - 13 Bijvoeglijk naamwoord
Oktober 2023
- Les met
27 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Creatief schrijven & spelling les 3: overeenkomsten/bijvoeglijke naamwoorden
Oktober 2023
- Les met
22 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
wk 35: les 2+3
Augustus 2020
- Les met
10 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Creatief schrijven & spelling les 3: overeenkomsten en verschillen sprookjes
September 2022
- Les met
18 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Les 6 Creatief schrijven & spelling: bezitsvormen
September 2024
- Les met
42 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
les 4: Lezen en sprookjes
Augustus 2021
- Les met
10 slides
Middelbare school
Les 7 Sprookje en spelling V1e
Augustus 2020
- Les met
25 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1