Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
wk 41: les 1 + 2 - 13 Bijvoeglijk naamwoord
Dinsdag 10 oktober - 1HA
6e uur
10 minuten stillezen
Terugblik vorige les: 12 Meervoudsvormen
13 Bijvoeglijk naamwoord
Aan de slag!
7e uur
10 minuten stillezen
Een sprookje schrijven in 3 rondes
timer
10:00
Vrijdag 27 okt:
repetitie sprookje schrijven
1 / 27
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
In deze les zitten
27 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
50 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Dinsdag 10 oktober - 1HA
6e uur
10 minuten stillezen
Terugblik vorige les: 12 Meervoudsvormen
13 Bijvoeglijk naamwoord
Aan de slag!
7e uur
10 minuten stillezen
Een sprookje schrijven in 3 rondes
timer
10:00
Vrijdag 27 okt:
repetitie sprookje schrijven
Slide 1 - Tekstslide
Vorige les heb je geleerd...
...hoe je een meervoudsvormen goed moet schrijven.
Slide 2 - Tekstslide
Deze les ga je leren...
...hoe je het bijvoeglijk naamwoord goed moet spellen.
Slide 3 - Tekstslide
Bijvoeglijke naamwoorden en woorden die ’kleur’ geven aan een verhaal
De prins gaf de prinses een kus.
De
dappere
prins gaf de
mooie
prinses een
dikke
kus.
De kabouter woont in een huis.
De
stoere
kabouter woont in een
klein huisje aan de rand van het bos.
De heks keek naar Hans en Grietje.
De
enge, lelijke
heks
loerde met hongerige ogen
naar de
vrolijk spelende
Hans en Grietje.
De tovenaar ging naar de grot.
De
stokoude, mysterieuze
tovenaar
rende bliksemsnel naar de grot die verscholen lag in de donkere bossen.
Bijvoeglijke naamwoorden en woorden die ’kleur’ geven aan een verhaal
Slide 4 - Tekstslide
13 Taalverzorging: het bijvoeglijk naamwoord (blz. 54)
De foto is klein De
kleine
foto
De foto is vergroot De
vergrote
foto
De foto is gestolen De
gestolen
foto
De foto is van papier De
papieren
foto
Slide 5 - Tekstslide
Aan de slag!
Lees blz. 54
Maak opdr. 1, 2, 3, 4, 6
Klaar?
Drillster 13, 25 of maak de vragen op de volgende slides
Slide 6 - Tekstslide
gebakken broden
A
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
B
bijvoeglijk naamwoord gemaakt van een werkwoord
Slide 7 - Quizvraag
linnen broeken
A
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
B
bijvoeglijk naamwoord gemaakt van een werkwoord
Slide 8 - Quizvraag
gevlochten haren
A
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
B
bijvoeglijk naamwoord gemaakt van een werkwoord
Slide 9 - Quizvraag
strooien hoeden
A
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
B
bijvoeglijk naamwoord gemaakt van een werkwoord
Slide 10 - Quizvraag
gevouwen lakens
A
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
B
bijvoeglijk naamwoord gemaakt van een werkwoord
Slide 11 - Quizvraag
Vul in:
het .... meisje (aardig)
Slide 12 - Open vraag
Stoffelijk bijvoeglijk
Bijvoeglijk naamwoord
Gouden
Bijzondere
Kartonnen
Stoute
Grandioze
Houten
Mooie
Plastic
Rode
Metalen
Slide 13 - Sleepvraag
Maak een zin met een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
Slide 14 - Open vraag
Wat is een voorbeeld van een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord?
A
grote
B
plastic
C
kleurige
D
koude
Slide 15 - Quizvraag
In welke zin staat een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord?
A
De aardige jongen lacht om haar grapjes.
B
Dat is de normaalste zaak van de wereld.
C
Morgen wordt het een mooie dag.
D
Die houten stoel lijkt me niet zo stevig!
Slide 16 - Quizvraag
De kinderen waren verdwaald. De ........ Kinderen
Slide 17 - Open vraag
Het uur is verzet. Het ...... uur.
Slide 18 - Open vraag
De sleutel is gezocht. De ..... sleutel.
Slide 19 - Open vraag
Het ijsje is gesmolten. Het .... ijsje.
Slide 20 - Open vraag
De crisis werd verwacht. De ..... crisis.
Slide 21 - Open vraag
Er is veel geld aan besteed. Het ..... geld.
Slide 22 - Open vraag
Het gebouw is verwoest. Het .... gebouw.
Slide 23 - Open vraag
Einde van deze les
Slide 24 - Tekstslide
Slide 25 - Tekstslide
Alinea-indeling/opbouw
Inleiding - de hoofdpersoon krijgt een opdracht of probleem
Middenstuk - er komen andere personages bij (tegenstanders en helpers), het probleem wordt groter en groter, de opdracht wordt moeilijker/tegenslagen
Slot - alles komt goed, er komt een oplossing, de opdracht lukt
Slide 26 - Tekstslide
Aan de slag: een sprookje in 4 rondes
Ronde 1 - Begin met ‘Er was eens…’ (inleiding) (5 minuten)
Ronde 2 - Na 7:30 minuten wissel je je blaadje met dat van je buurman (middenstuk)
Ronde 3 – Na 7:30 minuten schuif je je blaadje door naar je buurman (slot). Eindig met ‘En ze leefden nog lang en gelukkig’.
Ronde 4 – doorschuiven en enkele verhalen voorlezen
--> Zit er een vaste structuur en opbouw in deze verhalen?
Slide 27 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
wk 44: les 3 - sprookje: bijvoeglijk naamwoord
November 2022
- Les met
26 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
wk 44: les 2+3 - sprookje (moraal, alinea-indeling, bijvoeglijk nw)
November 2022
- Les met
14 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Creatief schrijven & spelling les 3: overeenkomsten/bijvoeglijke naamwoorden
Oktober 2023
- Les met
22 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Creatief schrijven & spelling les 3: overeenkomsten en verschillen sprookjes
September 2022
- Les met
18 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
wk 35: les 2+3
Augustus 2020
- Les met
10 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Les 6 Creatief schrijven & spelling: bezitsvormen
September 2024
- Les met
42 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
les 4: Lezen en sprookjes
Augustus 2021
- Les met
10 slides
Middelbare school
Les 6 Creatief schrijven & spelling: bezitsvormen
3 dagen geleden
- Les met
42 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1