H4/5 argumenteren hoofdstuk 2A KE

1 / 15
volgende
Slide 1: Video
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Video

Juncker: mensen willen zomertijd (Finland)
het gaat weer sneeuwen
geen winterkleren aandoen
Lubach: zomertijd is stom
FvD: vrolijke mensen
Lubach: tijdzones aangepast aan landsgrenzen
12 uur: zon staat niet op zn hoogst bij ons
wintertijd is normale tijd
zomertijd in de winter: zon komt pas om 10 uur op
ongezond: slechter slapen met veel gevolgen: obesitas oa,
biologische klok; zonlicht is nodig
Duitsland wil zomertijd
politici: niet iets anders doen dan buurlanden




Wat is een standpunt?
A
Een mening
B
Een standpunt neem je in over een bepaalde kwestie.
C
Een feit
D
Bewijs voor een mening

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een argument?
A
Bewijs voor een standpunt
B
Feiten
C
Redenen voor een mening
D
Dooddoener

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een weerlegging?
A
Een argument dat een standpunt onderuithaalt.
B
Een argument dat een ander argument onderuithaalt.

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een tegenargument?
A
Een argument dat een standpunt onderuithaalt.
B
Een argument dat een ander argument onderuithaalt.

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Argumentatieschema's 
- oorzaak en gevolg
- kenmerk of eigenschap
- voor- en nadelen
- voorbeelden
- vergelijking
- autoriteit

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de oorzaak? Wat het gevolg?
Het zou mij niet verbazen als we straks allemaal buikpijn hebben. Het
vlees was namelijk nog helemaal rood van binnen, zo slecht doorbakken was het.
A
Oorzaak: slecht doorbakken Gevolg: buikpijn
B
Oorzaak: buikpijn Gevolg: slecht doorbakken

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de eigenschap?
Jeroen is eigenlijk nog een groot kind , want het liefst speelt hij nog met zijn
piratenlego .
A
Een groot kind zijn
B
Kinderen spelen met piratenlego

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ik zou het proberen in havo 5
Als je 4 havo overdoet, dan krijg je wel een goede basis om in 5 havo met goede cijfers te slagen.
Voordeel
Nadeel 
 maar dat je
toch ook een kans hebt dat je meteen slaagt 
Daar staat tegenover dat je het weliswaar heel zwaar krijgt als je overgaat naar 5 havo,

Slide 9 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het voorbeeld?
Je kunt absoluut niet op hem rekenen. Zo kwam hij gisteren zonder af te bellen niet
opdagen en toen hij dat verjaardagscadeautje zou kopen, was hij dat ook vergeten.
A
Je kunt absoluut niet op hem rekenen
B
Zo kwam hij gisteren zonder af te bellen niet opdagen en toen hij dat verjaardagscadeautje zou kopen, was hij dat ook vergeten.

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat wordt met elkaar vergeleken?
De Eerste Kamer heeft het verbod op de rituele slacht tegengehouden. Het
wetsvoorstel van de Partij voor de Dieren over de vleestaks zal het dus ook niet halen .

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wie is de autoriteit?
Het Ministerie van Buitenlandse Zaken heeft een negatief reisadvies voor Syrië gegeven
Ik zou als ik jou was niet op vakantie gaan naar Syrië.

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Van welke twee argumentatieschema's is hier sprake?

In het kader van de strijd tegen de vrouwenhandel zou de overheid het bezoek aan een prostituee strafbaar moeten stellen. Niet de prostituee, maar de klant, de hoerenloper, moet aangepakt worden. Je zult zien dat het aantal slachtoffers van gedwongen prostitutie lager zal worden, net zoals dat in
Zweden het geval was nadat daar de bezoekers van prostituees strafbaar werden.
A
Voor-en nadelen en kenmerk
B
Kenmerk en voorbeelden
C
Autoriteit en vergelijking
D
Oorzaak-gevolg en vergelijking

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In het kader van de strijd tegen de vrouwenhandel zou de overheid het bezoek aan een prostituee strafbaar moeten stellen. Niet de prostituee, maar de klant, de hoerenloper, moet aangepakt worden (=oorzaak). Je zult zien dat het aantal slachtoffers van gedwongen prostitutie lager zal worden (=gevolg), net zoals dat in Zweden het geval was nadat daar de bezoekers van prostituees strafbaar werden (=vergelijking). 

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nut van argumenteren

Slide 15 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies