Zouten in oplossing: bijvoorbeeld natriumcyanide oplossing (NaCN)
1. Geef eerst de oplosverg. van het vaste zout
NaCN (s) --> Na+ (aq) + CN- (aq)
2. Check of 1 van de ionen in T49 staat als zuur/base
3. Geef de ionisatie vergelijking
CN- (aq) + H2O (l) <--> HCN (aq) + OH- (aq)