In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Gelijkvormige driehoeken
Pak je schriften, rekenmachine en Ipad
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Welke driehoek is de gelijkvormig met driehoek ABC?
A
PQR
B
KLM
C
DEF
D
Geen
Slide 4 - Quizvraag
Notatie gelijkvormigheid
Driehoek ABC is gelijkvormig met DEF, dus de hoeken zijn even groot.
De hoeken die even groot zijn staan op dezelfde plek.
ΔABC
ΔDEF
Slide 5 - Tekstslide
ΔABC
ΔDEF
Slide 6 - Tekstslide
ΔABC
Slide 7 - Tekstslide
ABC is gelijkvormig met?
ΔABC
ΔABC
ΔABC
A
DEF
B
DFE
C
FED
D
FDE
Slide 8 - Quizvraag
Rekenen in gelijkvormige driehoeken
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Rekenen met gelijkvormigheid
Om lengtes in gelijkvormige driehoeken uit te rekenen gebruiken we een vergrotingsfactor. 20 : 8 = 2,5. Dus alle zijden uit DEF zijn 2,5 keer zo groot als in driehoek ABC