Les 5 - Grammatica (ZD)

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Les 5 grammatica

Programma:

- Doelen bespreken - samen

- Opfrissen kennis - samen

- Uitleg lijdend voorwerp - samen

- Opdrachten - individueel

- Bespreken - samen

Lesdoelen

- Je kunt de persoonsvorm in een zin vinden;

- Je kunt het werkwoordelijk gezegde in een zin vinden;

- Je kunt het onderwerp in een zin vinden;

- Je kunt het lijdend voorwerp in een zin vinden.

Jouw huiswerk... 'Jouw' is een..

1. Aanwijzend voornaamwoord
2. Persoonlijk voornaamwoord
3. Bezittelijk voornaamwoord

Ik heb mijn huiswerk goed gemaakt. 'Ik' is een ...

1. Aanwijzend voornaamwoord
2. Persoonlijk voornaamwoord
3. Bezittelijk voornaamwoord

Van Nederlands is spelling het saaiste onderdeel. 'Saaiste' is een...

1. Bijvoeglijk naamwoord
2. Zelfstandig naamwoord
3. Voorzetsel
4. Bepaald lidwoord

Noem twee begrippen die te maken hebben met zinsontleding.

Waar of niet waar:
In een vraagzin staat de persoonsvorm altijd vooraan

1. Waar
2. Niet waar

Waar of niet waar:
Een persoonsvorm hoort altijd bij je gezegde

1. Waar
2. Niet waar

Wat is/zijn de persoonsvormen in de volgende zin: Jasper heeft een stukje kaas gejat.

1. heeft
2. heeft gejat
3. gejat
4. hebben

Waar of niet waar: als je persoonsvorm enkelvoud is, is je onderwerp dat ook.

1. Waar
2. Niet waar

Wat is het onderwerp uit de zin: Naast het pad liepen paarden met pasgeboren veulentjes.

Wat is het onderwerp uit de zin: Mij wordt dat nou nooit gevraagd!

Vul de volgende zin aan met een woordsoort: een lijdend voorwerp begint nooit met een .....

Kies het lijdend voorwerp: Kees vertelde hem veel vieze mopjes.

1. Kees
2. vertelde
3. hem
4. veel vieze mopjes

Kies het lijdend voorwerp: De koe van buurman Visser viel in het water.

1. De koe
2. De koe van buurman Visser
3. in het water
4. X er is een lv

Vul de zin aan: Als een werkwoord te maken heeft met ... of .... kan in de zin een meewerkend vw zitten

Kies het meewerkend vw:
Zij vertelden aan vrienden het verhaal binnen twee dagen al door.

1. Zij
2. aan vrienden
3. het verhaal
4. binnen twee dagen

Op welk vraagwoord kan een bijwoordelijke bepaling antwoord geven?

Waar of niet waar: er is altijd een bijwoordelijke bepaling in de zin

1. Waar
2. Niet waar

Zoek de bijwoordelijke bepaling: Tevens heeft zij gisteren de buren niet benaderd met haar vraag.

1. Tevens + gisteren
2. gisteren + niet
3. niet + met haar vraag
4. Tevens + gisteren + niet + met haar vraag

Over welk onderdeel van zinsontleding wil je nog extra uitleg?

Omschrijf twee manieren om de persoonsvorm te vinden.

Het werkwoordelijk gezegde bestaat uit...

Omschrijf het begrip onderwerp.

Persoonsvorm, onderwerp, werkwoordelijk gezegde

Persoonsvorm (pv): 1) Zin vragend maken 2) Andere tijd 3) EV <> MV.

Werkwoordelijk gezegde (wwg): pv + alle ww in de zin.

-------------

Onderwerp: Iets of iemand die een 'handeling uitvoert'.

Wie/wat + werkwoordelijk gezegde?

Meneer Hendriks heeft dit weekend FIFA gespeeld.

In de zonneschijn dekte hij de picknicktafel. Het onderwerp van de zin is...

Lijdend voorwerp

• Iets of iemand met wat/wie er iets gebeurt;
• Wie/wat + werkwoordelijk gezegde + onderwerp?
• Start NOOIT met een voorzetsel!!!!!

Meneer Hendriks maakt elke dag zijn bed op.

De docent heeft tijdens zijn laatste werkdag een stinkbom afgepakt. Het lijdend voorwerp is...

Maken opdrachten

Zie Classroom voor de opdrachten. We bespreken enkele opdrachten na. De res