Complemento directo e indirecto

El complemento directo e indirecto 
Het lijdend en meewerkend voorwerp
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

El complemento directo e indirecto 
Het lijdend en meewerkend voorwerp

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel: ik weet hoe je het lijdend en meewerkend voorwerp kunt vinden in een zin
No

Slide 2 - Poll

Leerdoel: ik weet door welke Spaanse persoonlijke voornaamwoorden je de voorwerpen kunt vervangen
No

Slide 3 - Poll

Leerdoel: ik kan zowel het lijdend als meewerkend voorwerp in een zin vervangen door een persoonlijk voornaamwoord
No

Slide 4 - Poll

El complemento directo e indirecto
1. Un complemento directo is een lijdend voorwerp
2. Un complemento indirecto is een meewerkend voorwerp
3. Hoe vind je het lijdend en meewerkend voorwerp in een zin?

Slide 5 - Tekstslide

Wat is het lijdend voorwerp in de zin: "Ik schrijf haar een brief"?
A
ik
B
schrijf
C
haar
D
een brief

Slide 6 - Quizvraag

Wat is het meewerkend voorwerp in de zin: "Ik schrijf haar een brief"?
A
ik
B
schrijf
C
haar
D
een brief

Slide 7 - Quizvraag

Mira en la página 16

Slide 8 - Tekstslide

¿Cuáles son los pronombres personales de complemento directo?
Me = mij
Te = jou
Lo/la = hem/haar/u/het
Nos = ons
Os = jullie
Los/las = ze/u meervoud 

Slide 9 - Tekstslide

¿Cuáles son los pronombres personales de complemento indirecto?
Me = (aan) mij
Te = (aan) jou
Le = (aan) hem/haar/u enkelvoud
Nos = (aan) ons
Os = (aan) jullie
Les = hun (aan hen)/ u meervoud 
*Aan denk je erbij, maar schrijf je er niet bij

Slide 10 - Tekstslide

Plaatsing persoonlijke voornaamwoorden
1. Direct voor de persoonsvorm of achter een infinitief (heel werkwoord) of gerundio
2. MV + LV + PV
3. Bij le(s) + lo/la/los/las wordt le(s) > se


Slide 11 - Tekstslide

¿Preguntas? Vamos a practicar.

Slide 12 - Tekstslide

Beantwoord de vraag en vervang het lijdend voorwerp: ¿Has visto mi mochila?

- Sí, ... he visto.

Slide 13 - Open vraag

Vul in: Me gustan estos zapatos. Quiero comprar...

Slide 14 - Open vraag

Beantwoord de vraag en vervang het lijdend voorwerp en meewerkend voorwerp: ¿Quieres comprar unas manzanas para mí?

- Sí, ... ... quiero comprar. (alleen invullen)

Slide 15 - Open vraag

Je kunt ook zeggen: quiero comprártelas

Slide 16 - Tekstslide

Herschrijf de volgende zin:
"Voy a dar los libros a Juan".

Slide 17 - Open vraag

¿Preguntas?

Slide 18 - Tekstslide

Leerdoel: ik weet hoe je het lijdend en meewerkend voorwerp kunt vinden in een zin
No

Slide 19 - Poll

Leerdoel: ik weet door welke Spaanse persoonlijke voornaamwoorden je de voorwerpen kunt vervangen
No

Slide 20 - Poll

Leerdoel: ik kan zowel het lijdend als meewerkend voorwerp in een zin vervangen door een persoonlijk voornaamwoord
No

Slide 21 - Poll