Kapitel 5 Grammatik A De uitgangen van ein- en kein-

Kapitel 5
A De uitgangen van ein- en kein-
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Kapitel 5
A De uitgangen van ein- en kein-

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Link

Samenvatting
mannelijk
vrouwelijk
onzijdig
meervoud
Persoonlijk voornaamwoord 
Nominativ
er
sie
es
sie
Bepaald lidwoord 
Nominativ
der Mann
die Frau
das Kind
die Leute
Onbepaald lidwoord
Nominativ
ein Mann
eine Frau
ein Kind
keine Leute

Slide 3 - Tekstslide

Samenvatting
Het onbepaalde lidwoord ein- en het woord kein- (=geen) krijgen bij vrouwelijke woorden de uitgang -e. 
Het woord kein- krijgt ook de uitgang -e in het meervoud. 

Slide 4 - Tekstslide

Hoe zeg je 'een glas' in het Duits?
Maak gebruik van de Lernliste op blz. 168
A
ein Glas
B
eine Glas

Slide 5 - Quizvraag

Hoe zeg je 'een rekening' in het Duits?
Maak gebruik van de Lernliste op blz. 168
A
ein Rechnung
B
eine Rechnung

Slide 6 - Quizvraag

Hoe zeg je 'geen aardappels' in het Duits?
Maak gebruik van de Lernliste op blz. 168
A
ein Kartoffeln
B
eine Kartoffeln
C
kein Kartoffeln
D
keine Kartoffeln

Slide 7 - Quizvraag

Hoe zeg je 'geen frietjes' in het Duits?
Maak gebruik van de Lernliste op blz. 168
A
ein Restaurant
B
eine Restaurant

Slide 8 - Quizvraag

Hoe zeg je 'geen frietjes' in het Duits?
Maak gebruik van de Lernliste op blz. 168
A
ein Pommes
B
eine Pommes
C
kein Pommes
D
keine Pommes

Slide 9 - Quizvraag

Hoe zeg je 'een bord' in het Duits?
Maak gebruik van de Lernliste op blz. 168
A
ein Teller
B
eine Teller

Slide 10 - Quizvraag

Hoe zeg je 'een cola' in het Duits?
Maak gebruik van de Lernliste op blz. 168
A
ein Cola
B
eine Cola

Slide 11 - Quizvraag