Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Woordenschat H4 en 5, les 3, 6e editie 2021
Programma
1) Herhaling stijlfouten/versierende stijlfiguren
2) Bespreken huiswerk
3) Opdracht
4) Huiswerk
1 / 16
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
In deze les zitten
16 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
45 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Programma
1) Herhaling stijlfouten/versierende stijlfiguren
2) Bespreken huiswerk
3) Opdracht
4) Huiswerk
Slide 1 - Tekstslide
Hij groeit op voor galg en rad.
A
contaminatie
B
pleonasme
C
tautologie
Slide 2 - Quizvraag
Ik ga altijd twee uur van tevoren naar de vluchthaven.
A
contaminatie
B
pleonasme
C
tautologie
Slide 3 - Quizvraag
Hij loopt zijn benen onder de wagen uit.
A
contaminatie
B
pleonasme
C
tautologie
Slide 4 - Quizvraag
Zij slaakte een gil toen ze het raam opendeed en de witte sneeuw zag.
A
contaminatie
B
pleonasme
C
tautologie
Slide 5 - Quizvraag
De net gevallen witte sneeuw vermengde zich met de grijsbruine sneeuwresten.
A
pleonasme stijlfout
B
pleonasme versierend stijlfiguur
C
tautologie stijlfout
D
tautologie versierend stijlfiguur
Slide 6 - Quizvraag
Ondanks de korte fietstocht kwam hij doorweekt en nat aan op het perron.
A
pleonasme stijlfout
B
pleonasme versierend stijlfiguur
C
tautologie stijlfout
D
tautologie versierend stijlfiguur
Slide 7 - Quizvraag
Zij heeft beloofd dat ze dat nooit ofte nimmer meer zal doen!
A
pleonasme stijlfout
B
pleonasme versierend stijlfiguur
C
tautologie stijlfout
D
tautologie versierend stijlfiguur
Slide 8 - Quizvraag
Opdracht 6.1
Alinea 2: overdreven en overtrokken (tautologie)
Alinea 5: geleidelijke degeneratie (pleonasme)
Alinea 8: monter en opgewekt (tautologie), aangenaam en prettig (tautologie)
Alinea 9: gratis en voor niets (tautologie), wild en woest (tautologie)
Slide 9 - Tekstslide
Bespreken opdracht 5, blz. 121-123
1 nagenoeg: bijna – synoniem
2 zucht: sterke behoefte – omschrijving
3 epidemisch: als een epidemie; zich zeer snel en wijd verspreidend – woorddelen
4 funest: zeer schadelijk; slecht – omschrijving; context
5 bagatelliseren: afzwakken; behandelen als iets kleins en onbelangrijks – voorbeeld
6 ontwenning: poging om van een verslaving af te raken; het afkicken – woorddelen; omschrijving; context
7 kentering: verandering – synoniem
8 optie: mogelijkheid – omschrijving
9 rolmodel: goed voorbeeld; iemand om na te volgen –omschrijving
Slide 10 - Tekstslide
Bespreken opdracht 5, blz. 121-123
10 pedagogen: opvoedkundigen – synoniem
11 alert: oplettend – tegenstelling
12 balans: evenwicht – synoniem
13 motoriek: beweeglijkheid; manier waarop je je beweegt – synoniem; voorbeelden; context
14 degeneratie: achteruitgang – synoniem
15 flexibel: lenig; soepel – synoniem (in ‘lenigheid)
16 pose: lichaamshouding; houding – synoniem; voorbeeld
17 linguïst: taalkundige – synoniem
18 onlosmakelijk: vast verbonden; niet scheidbaar – woorddelen
19 neerslachtig: ‘down’; depressief; droef gestemd – synoniem
Slide 11 - Tekstslide
Bespreken opdracht 5, blz. 121-123
20 kwalijke: slechte – voorbeelden
21 monter: opgewekt – synoniem
22 continue: onophoudelijke – synoniem
23 betrokkenheid: aandacht die je toont voor een ander – omschrijving; context
24 vanzelfsprekend: natuurlijk; logisch; begrijpelijk – woorddelen
25 mijmeren: in gedachten verzonken zijn; vrij nadenken, zonder richting – omschrijving; context
Slide 12 - Tekstslide
coördinatie
aantasten
apathisch
rijmen met
beheersing over de spieren; afstemming op elkaar
inwerken op iets en het beschadigen
zonder gevoelens, wensen en plannen
in overeenstemming zijn of brengen met
Slide 13 - Sleepvraag
5.2, e t/m i
Maak e t/m 1 (1,5 minuut)
We bekijken de goede antwoorden
Slide 14 - Tekstslide
Bespreken opdracht 5.2, blz. 121-123
a coördinatie
b aantasten
c apathisch
d rijmen met
e benadering
f illusie
g focus
h pleiten voor
i inachtneming
– beheersing over de spieren; afstemming op elkaar
- inwerken op iets en het beschadigen
– zonder gevoelens, wensen en plannen
– in overeenstemming zijn of brengen met
– aanpak
– hoopvolle gedachte die vaak niet uitkomt
– aandachtspunt; datgene waar je de aandacht op richt
– met woorden iets of iemand verdedigen
– naleving van adviezen, regels of voorschriften
Slide 15 - Tekstslide
Maken/huiswerk
startopdracht + opdracht 1 van Woordenschat H5, blz .152-153
Slide 16 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Woordenschat H4 en 5, 6e editie 2021
Maart 2021
- Les met
14 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
woordenschat H4, les 2 6e editie
Maart 2021
- Les met
15 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Woordenschat H4 les 3
Maart 2021
- Les met
14 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
M2 - Lezen - leerdoel 2. Onbekende woorden
September 2024
- Les met
22 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
1 okt - H1 - Lezen - leerdoel 2. Onbekende woorden
September 2024
- Les met
17 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Woordenschat
Februari 2021
- Les met
16 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
HV1 - Lezen - leerdoel 2. Onbekende woorden
Oktober 2024
- Les met
20 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Nakijken woordenschat H4 + spelling H4
Maart 2022
- Les met
29 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3