Schrijf een beschouwing van tussen de 500 en 700 woorden.
Schrijf een inleiding, kern en een slot.
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4
In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.
Onderdelen in deze les
Opdracht Middeleeuwen
(Her)lees de Beatrijs
Schrijf een beschouwing van tussen de 500 en 700 woorden.
Schrijf een inleiding, kern en een slot.
Slide 1 - Tekstslide
Centrale vraag beschouwing
In hoeverre is de Beatrijs nog actueel, en in hoeverre is de Beatrijs achterhaald vanuit 21e eeuws perspectief?
Kies een eigen invalshoek?
Slide 2 - Tekstslide
Inleiding, kern, slot
In de inleiding introduceer je de boeken; het thema; de auteurs; en je onderzoeksvraag/ of stelling.
In de kern geef je argumenten bij je vraagstelling. Maak vergelijkingen. Gebruik de inhoud van de boeken.
In het slot weeg je de argumenten/meningen tegen elkaar af en kom je tot een slotsom, het antwoord op je vraag.
Slide 3 - Tekstslide
Bronnen, citaten, etc.
Min. 1 bron naast je boeken: een recensie of een achtergrondartikel
Verwerk citaten in je beschouwing uit je bron(nen) en je 2 boeken (min 1 citaat per boek).
Betrek de middeleeuwese cultuur (als achtergrondinformatie) bij je beschouwing
De spelling moet correct zijn.
Voeg een bronnenlijst toe (volgens APA-richtinlijnen)(https://www.scribbr.nl/category/apa-stijl/).
Slide 4 - Tekstslide
Planning
Week 20: uitleg opdracht
Week 21: maken bouwplan en samen beoordelen
Week 22 schrijven (1e versie)
Week 23 inleveren (2e versie)
Slide 5 - Tekstslide
Beginnen aan de beschouwing 1
Documenteren
Zoek op internet achtergrondartikelen over de boeken. (Je kan ook gebruikmaken van de LessonUps over de middeleeuwse literatuur).
Slide 6 - Tekstslide
Beginnen aan de beschouwing 2
Brainstorm
Brainstorm individueel of samen (bijvoorbeeld door met elkaar te videobellen) over je boeken en schrijvers. Wat hebben ze gemeen? Wat zijn de verschillen? Komen er verschillende meningen in je achtergrondartikelen/ recensies voor?
Welke vragen komen er bij je op?
Slide 7 - Tekstslide
Beginnen aan de beschouwing 3
Ordenen
Orden je gedachten: wat schijf je in de inleiding? Hoeveel alinea's heb je nodig in je kern? Wat schrijf je waar? Wat wordt je centrale vraag?
Slide 8 - Tekstslide
Beginnen aan de beschrouwing 5
Schrijfplan!
Schrijf in steekwoorden op wat je in welke alinea wil schrijven.
Je kan nu ook al tussenkopjes, en misschien al een titel bedenken.
Tesktstructuur?
Wat schrijf je in je conclusie?
Slide 9 - Tekstslide
Schrijf een inleiding
In de inleiding trek je de aandacht van de lezer d.m.v. een anekdote, aanleiding, eerder artikel, achtergrondinformatie.
Zie ook p. 77, 78 van je Talent vakboek
Slide 10 - Tekstslide
Beginnen met de beschouwing
Invalshoek
Welke invalshoek kies je voor je beschouwing?
Slide 11 - Tekstslide
Sociaal vangnet of maatschappelijke positie
Er is een behoorlijk ‘sociaal vangnet’ in onze tijd.
Was dit ook al zo in de middeleeuwen? Wat moest je doen als je je als alleenstaande moeder moest redden, en wat is het verschil met nu?
Beatrijs kiest ervoor niet te gaan bedelen maar besluit haar geld te verdienen als prostituee. Hoe zou dat in onze tijd zijn gegaan? Zou ze een andere keuze hebben gemaakt?
Slide 12 - Tekstslide
Verhalen voor meer geloof/vertrouwen
Marialegenden werden door priesters in hun preken gebruikt om mensen te laten zien welke wonderlijke daden Maria kan verrichten voor hen die oprecht in haar geloven.
Welke verhalen worden er tegenwoordig nog verteld om mensen meer vertrouwen te geven in God; in de toekomst; in de maatschappij; in de politiek; in het klimaat?
Slide 13 - Tekstslide
Beatrijs en de standenmaatschappij
Beatrijs kwam uit de hogere klasse: de adel. Hierdoor was het bijvoorbeeld heel belangrijk dat er geen schande van haar werd gesproken.
Hoe zou het verhaal gelopen zijn als het verhaal zich niet in de middeleuwen, maar in deze tijd, in het egalitaire Nederland had afgespeeld?
Slide 14 - Tekstslide
(Hoofse) liefde
Wat zijn de kenmerken van de middeleeuwse liefde en wat wordt nu in de liefde belangrijk gevonden?