D. Evalueren en reflecteren
Evalueer het proces:
- Hoe heb je ervoor gezorgd dat je de opdracht goed hebt afgestemd met je praktijkbegeleider?
- Hoe verliep de communicatie met je praktijkbegeleider?
- Welke feedback heb je van je praktijkbegeleider gekregen tijdens het werken aan de leereenheid?
Evalueer het product (doel):
- Hoe heb je aan het doel van de leereenheid gewerkt?
- In welke mate heb je het doel bereikt?
Reflecteer op de werkprocessen:
Kijk naar de werkprocessen en de inleiding van de leereenheid.
- In welke mate heb jij aan de werkprocessen gewerkt?
- Hoe heb jij je ontwikkeld?
- Welke stappen heb je ondernomen?