Vwo 1: Wg + lv H3

Nederlands


H3: grammatica zinsdelen
Het lijdend voorwerp
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Nederlands


H3: grammatica zinsdelen
Het lijdend voorwerp

Slide 1 - Tekstslide

Agenda
Wat weten jullie nog?
De leerdoelen van vandaag
Het lijdend voorwerp
Oefenen

Slide 2 - Tekstslide

Hoe vind je de persoonsvorm in een zin?

Slide 3 - Open vraag

Hoe vind je het onderwerp in de zin?

Slide 4 - Open vraag

Het werkwoordelijk gezegde (wg)

Slide 5 - Woordweb

Lijdend voorwerp (lv)

Slide 6 - Woordweb

De personen, dieren of voorwerpen doen zelf iets.
Het voorwerp overkomt iets. Iemand anders moet de handeling uitvoeren.
Aardappels eten
Apen slingeren
Baby's huilen
Brieven posten
Films huren
Vogels vliegen
Jongens voetballen
Kranten lezen
Mensen dromen
Moppen tappen
Ranja drinken
Vissen zwemmen

Slide 7 - Sleepvraag

Het lijdend voorwerp
In sommige zinnen staat een lijdend voorwerp (lv).

Het lv is de persoon die iets overkomt OF het voorwerp dat iets ondergaat.

Slide 8 - Tekstslide

Hoe vind je het lv?
1. Je noteert het onderwerp en het werkwoordelijk gezegde.
2. Je stelt de vraag: wie/wat + werkwoordelijk gezegde + onderwerp?
Let op! 
- Er staat niet altijd een lv in de zin.
- Het lv begint nooit met een voorzetsel!

Slide 9 - Tekstslide

Jan maakt zijn huiswerk.
A
Jan
B
Maakt
C
Zijn huiswerk
D
Zijn

Slide 10 - Quizvraag

Mijn moeder koopt dit jaar veel cadeautjes.
A
Koopt
B
Mijn moeder
C
Dit jaar
D
Veel cadeautjes

Slide 11 - Quizvraag

Morgen koop ik bananen.
A
Morgen
B
Bananen
C
Koop
D
Ik

Slide 12 - Quizvraag

Wat vonden jullie van deze les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 13 - Poll

Het lijdend voorwerp is mij helemaal duidelijk.
Ja, ik kan aan de slag!
Nog niet helemaal..
Nee, absoluut niet.

Slide 14 - Poll

Zelfstandig werken
Maken opdr. 1 t/m 4 blz. 92/93 van je boek.
Lever de opdrachten in via Google Classroom!

Slide 15 - Tekstslide