H1 - Herhalen

Welkom in de les
Vandaag:
  • terugblik
  • practicum 4
  • maken oefenopgave
  • "speed test"
  • afsluiten les 

 


H1 - Herhalen
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom in de les
Vandaag:
  • terugblik
  • practicum 4
  • maken oefenopgave
  • "speed test"
  • afsluiten les 

 


H1 - Herhalen

Slide 1 - Tekstslide

Vragen §1.4

Slide 2 - Tekstslide

Terugblik

Slide 3 - Tekstslide

Opgave 87

Slide 4 - Tekstslide

Opgave 90

Slide 5 - Tekstslide

Als je oog niet accommodeert kan ik
A
Dichtbij goed zien
B
Veraf goed zien

Slide 6 - Quizvraag

Wat voor lens heeft een bijziend persoon nodig om een voorwerp scherp te zien?
A
Bolle lens
B
Holle lens

Slide 7 - Quizvraag

Wat voor lens heeft een verziend persoon nodig om een voorwerp scherp te zien?
A
Bolle lens
B
Holle lens

Slide 8 - Quizvraag

Een verziend persoon heeft een te
A
Zwakke lens
B
Sterke lens

Slide 9 - Quizvraag

Wat voor lens heeft een oudziend persoon nodig om een voorwerp scherp te zien?
A
Bolle lens
B
Holle lens

Slide 10 - Quizvraag

Oefenopdrachten
Maak de oefenopgave 'Construeren'.

timer
15:00

Slide 11 - Tekstslide

'Speed-test'
  • bedenk 5 proefwerkopgave en schrijf deze op een blaadje met het antwoord erbij; (10 minuten)
  • loop door de klas en zoek iemand op;
  • stel aan elkaar de vragen. Is het antwoord goed, geef een compliment. Zo niet, geef dan het goede antwoord; 
  • zoek iemand anders op en stel weer de vragen aan elkaar. (max. 20 minuten)

Slide 12 - Tekstslide

Voorbereiden op een Toets!
  • Lees de tekst van de paragraaf door;
  • Maak een lijst van de signaalwoorden/begrippen (blauw gedrukte woorden) met de betekenis;
  • Lees 'Samengevat'. Snap je het? Prima, zo niet lees de tekst (of een gedeelte) nog eens door en pak je lijst met signaalwoorden erbij totdat je alles begrijpt.
  • Maak  opgaven, misschien ook uit de groene, blauwe - of paarse route;
  • Kijk je opgaven goed na, weet wat je goed doet en nog niet goed doet.
  • Lees 'Je kunt nu'. Kun je dat? Prima, zo niet maak nog wat opgaven totdat je alles met ja kunt beantwoorden;
  • maak de 'Oefentoets'.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide