Thema 3 woordenschat oefentoets

Thema 3 
woordenschat 
oefentoets
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
TaalBasisschoolGroep 7

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Thema 3 
woordenschat 
oefentoets

Slide 1 - Tekstslide

Zich vermommen betekent:
A
je verkleden als mama
B
je verkleden als een dier
C
je zo verkleden dat niemand je herkent
D
je zo verkleden dat iedereen jou herkent

Slide 2 - Quizvraag

wat betekent ingetogen?
A
bescheiden
B
uitbundig
C
bedroefd
D
opgelucht

Slide 3 - Quizvraag

Wat betekent beduusd?
A
stil van blijdschap
B
stil van verdriet
C
stil van verbazing
D
stil van angst

Slide 4 - Quizvraag

Hoe noem je dit water?
A
helder
B
troebel

Slide 5 - Quizvraag

Als je heel erg uitgelaten bent, dan ....

Slide 6 - Open vraag

Als je iets erg lekker vindt, dan...

Slide 7 - Open vraag

Een ander woord voor overgeven is?

Slide 8 - Open vraag

Hoe heet deze soep?

Slide 9 - Open vraag

Wat betekent het alternatief?
A
hetzelfde doen
B
het ziet er vreemd uit
C
het lekker vinden
D
een andere mogelijkheid

Slide 10 - Quizvraag

insecten

Slide 11 - Woordweb