Thema 8 Gedrag

Thema 8 - Gedrag
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieVoortgezet speciaal onderwijs

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Thema 8 - Gedrag

Slide 1 - Tekstslide

Wat is gedrag?

Slide 2 - Woordweb

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Link

Bs-1 Wat is gedrag?
Ethologie, gedrag, prikkels, handelingen (gedragselementen), respons, 

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Oorzaak
Apendeskundigen zijn het niet eens over de oorzaak van het gedrag van Bokito. Duidelijk is wel dat de aap aan mensen is gewend. Hij is kort na zijn geboorte in 1996 in Berlijn door zijn moeder verstoten en daarna door verzorgers groot gebracht. Bokito is dus aan mensen gewend als hij in 2005 in Blijdorp aankomt.

Maar wat heeft Bokito er nu toe gebracht om Yvonne te grijpen? Mócht hij haar niet, zoals een apendeskundige zegt? Volgens Blijdorp heeft Bokito de vrouw die hem zo vaak bezocht juist willen toevoegen aan zijn harem. Maar omdat ze niet aan hem heeft onderworpen, zou hij gefrustreerd zijn geraakt.
Oorzaak
Apendeskundigen zijn het niet eens over de oorzaak van het gedrag van Bokito. Duidelijk is wel dat de aap aan mensen is gewend. Hij is kort na zijn geboorte in 1996 in Berlijn door zijn moeder verstoten en daarna door verzorgers groot gebracht. Bokito is dus aan mensen gewend als hij in 2005 in Blijdorp aankomt.

Maar wat heeft Bokito er nu toe gebracht om Yvonne te grijpen? Mócht hij haar niet, zoals een apendeskundige zegt? Volgens Blijdorp heeft Bokito de vrouw die hem zo vaak bezocht juist willen toevoegen aan zijn harem. Maar omdat ze niet aan hem heeft onderworpen, zou hij gefrustreerd zijn geraakt.
Met Bokito gaat het ondertussen goed. Hij is volgens Blijdorp een goede vader voor zijn zeven kinderen. Toch zal de naam van de familieman voor altijd verbonden zijn aan 18 mei 2007. Er is zelfs een woord naar hem vernoemd. Sinds 2008 staat het woord bokitoproof in de Dikke Van Dale.

Slide 11 - Tekstslide

Wat was volgens Blijdorp de "prikkel" die zorgde voor het respons van Bokito?

Slide 12 - Open vraag

Bs-2 Gedrag beschrijven
Gedragssystemen, gedragsketen, objectief, ethogram, objectief, protocol, 

Slide 13 - Tekstslide

Handelingen met een gemeenschappelijk doel vormen samen een gedragsketen (bijv. voortplantingsgedrag)  

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Link

Slide 16 - Link

Bs- 3 Het ontstaan van gedrag
Erfelijk gedrag, aangeleerd gedrag, interne prikkels, externe prikkels, motivatie (drang), periodieke invloeden, daglengte, temperatuur, sleutelprikkel, suproanormale prikkel, 

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video


Sleutelprikkel 
Prikkel die een doorslaggevende rol speelt bij het veroorzaken van een bepaald gedrag. De rode snavelvlek bij meeuwen is de sleutelprikkel voor het pikgedrag van de jongen
Supranormale prikkel / supernormale prikkel
Prikkel die effectiever is bij het veroorzaken van een bepaald gedrag dan de normale sleutelprikkel. Voorbeeld: Een potlood met een rode vlek veroorzaakt een sterke pikgedrag bij meeuwenjongen dan de rode snavelvlek van een ouder.

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Bs-4 Aangepast gedrag
Aangeboren gedrag, leerprocessen, gewenning, proefondervindelijk (trial and error), inprenting (gevoelige periode), imitatie (nabootsing), dresseren, geconditioneerde reflex, inzicht, 

Slide 24 - Tekstslide

Onderverdeling van Gedrag

Slide 25 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Bs-5 Sociaal gedrag
Sociaal gedrag, signalen, voortplantingsgedrag, balts en paring, geritualiseerd gedrag, bronst, territoriumgedrag, dreiggedrag, overspronggedrag, rangorde, dreiggedrag, imponeergedrag, verzoeningsgedrag, staten, taakverdeling, koningin, werkbijen, darren, rolgedrag, rolpatroon, 

Slide 28 - Tekstslide

Balts is de algemene naam voor een speciaal gedrag bij dieren, bedoeld om partners aan te trekken en over te halen tot de paring. Veel diersoorten hebben in de paartijd speciale gedragingen om een partner te vinden. (Bij zoogdieren noemt men dat bronst.)

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Video

Slide 31 - Tekstslide

                                                                      Conflictgedrag
Bij ambivalent gedrag is het gedrag opgebouwd uit handelingen uit de twee gedragssystemen waar het dier tussen twijfelt.
Bij overspronggedrag is het gedrag van het dier opgebouwd uit handelingen uit een derde gedragssysteem. Bijvoorbeeld: foerageergedrag of verzorgingsgedrag
Bij omgericht gedrag richt het dier zijn gedrag tot een derde deelnemer die helemaal niets met het conflict te maken heeft.

Slide 32 - Tekstslide

Overspronggedrag bij meeuwen; bij een confrontatie ineens de slaaphouding aannemen

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Link

Bs-6 Gedrag bij de mens
Opvoeding, leervermogen, beoordelen, normen, waarden, cultuur, 

Slide 38 - Tekstslide

Aangeleerd of aangeboren?
Het is niet gemakkelijk aan te geven, welk deel van natuurlijk gedrag aangeleerd is en welk deel aangeboren. Men heeft het wel vergeleken met de vraag welk aandeel van de cake door het kookboek en welk deel door de inhoud van de keukenkast wordt geleverd. Zowel het recept als de bestanddelen zijn onmisbaar voor een smakelijke cake. Zo zijn ook zowel de erfelijke aanleg (zoals structuur en mogelijkheden van de hersenen) als de ervaringen die het dier opdoet (de leerprocessen) noodzakelijk om een functioneel gedrag te ontwikkelen. Eén van de voordelen van leren boven instinct is het feit dat leren meer mogelijkheden biedt om het gedrag te wijzigen als veranderende omstandigheden dit nodig maken. 

Slide 39 - Tekstslide