T3P8: Bloedgroepen

• Biologie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Bloedgroepen

Op je tafel:

Gesloten laptop

Schrift voor aantekeningen

Eventueel je boek

Planning

1. Korte terugblik

2. Uitleg paragraaf 8

3. Zelf aan de slag

Wat is de functie van het lymfevatenstelsel?

Welke cellen bevinden zich veel in de lymfeknopen?

Hoe werken witte bloedcellen?

Leerdoelen

1. Je kunt beschrijven waarin de bloedgroepen van elkaar verschillen.

Wat zijn bloedgroepen?

Denk hier eens kort over na met degene naast je. 

Antigenen in het bloed

De rode bloedcellen bevatten antigenen. Deze noemen we:

Antigeen A

Antigeen B

Deze antigenen bepalen welke bloedgroep jij hebt.

Bloedgroepen

Bloedgroep A: bevat antigeen A

Bloedgroep B: bevat antigeen B

Bloedgroep AB: bevat antigenen A en B

Bloedgroep 0: heeft geen antigenen

Stel:

Je hebt bloedgroep A. Welke antigenen heb jij?

Witte bloedcellen herkennen deze antigenen als lichaamseigen stoffen.

Stel er komt nu bloedgroep B in jouw bloedbaan. Welke antigenen komen er dan in je bloed?

Antistoffen

Als jij bloedgroep A hebt, maak jij antistoffen tegen bloedgroep B. Andersom is dit hetzelfde.

Als jij bloedgroep AB hebt, maak jij geen antistoffen aan, want je hebt beide antigenen.

Als jij bloedgroep 0 hebt, maak je antistoffen tegen bloedgroep A en B aan.

Zou jij bloed doneren?

Welke bloedgroep kan van elke andere groep bloed ontvangen?

1. Bloedgroep A
2. Bloedgroep B
3. Bloedgroep AB
4. Bloedgroep 0

Welke bloedgroep kan aan iedereen geven, maar zelf alleen van dezelfde groep ontvangen?

1. Bloedgroep A
2. Bloedgroep B
3. Bloedgroep AB
4. Bloedgroep 0

Zelf aan de slag

Maak de opdrachten van paragraaf 8. Je hebt tot het einde van de les. Dit is huiswerk.

Klaar? Maak de Test Jezelf