ONO Blok 3 Over taal

Welkom!
  1. Pak je spullen (leerboek, schrift, takenkaart, agenda en etui).
  2. Zorg ervoor dat je telefoon niet te zien en te horen is. 
  3. Log in bij lessonup.app
timer
7:00
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Welkom!
  1. Pak je spullen (leerboek, schrift, takenkaart, agenda en etui).
  2. Zorg ervoor dat je telefoon niet te zien en te horen is. 
  3. Log in bij lessonup.app
timer
7:00

Slide 1 - Tekstslide

Terugblik
1. Huiswerk bespreken 
2. Wat weet je nog van de vorige les?

Slide 2 - Tekstslide

Benoem de persoonsvorm (pv) in de volgende zin:

De hond werd geborsteld.

Slide 3 - Open vraag

Benoem de persoonsvorm (pv) in de volgende zin:

Wij hebben vandaag geen Engels gehad.

Slide 4 - Open vraag

Benoem de persoonsvorm (pv) in de volgende zin:

Ik moest namelijk al mijn huiswerk nog maken.

Slide 5 - Open vraag

Benoem de werkwoordelijk gezegde (wwg) in de volgende zin:

Kunnen jullie eigenlijk goed voetballen?

Slide 6 - Open vraag

Benoem de werkwoordelijk gezegde (wwg) in de volgende zin:

De voetballers zijn het oneens met de scheidsrechter.

Slide 7 - Open vraag

Benoem de werkwoordelijk gezegde (wwg) in de volgende zin:

Alle leerlingen worden om vier uur in de aula verwacht.

Slide 8 - Open vraag

Schrijf de juiste vorm van het werkwoord in de t.t. op:

De kat van de buren... (janken) elke nacht.

Slide 9 - Open vraag

Schrijf de juiste vorm van het werkwoord in de t.t. op:

De mentor ... (spreken) iedereen in een mentorgesprekje.

Slide 10 - Open vraag

Leerdoelen:
  • Ik begrijp de betekenis van schooltaalwoorden.
  • Ik kan de betekenis van een moeilijk woord vinden door ervoor of erna te lezen.
  • Ik kan het stappenplan moeilijke woorden gebruiken.

Slide 11 - Tekstslide

Instructie
Een stukje terug of verder lezen
- synoniem: woord dat ongeveer hetzelfde betekent
- uitleg of omschrijving van het woord
- tegenstelling: woord dat het tegenovergestelde betekent

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

We gaan vandaag op schoolreis. Yoeri is absent, maar gelukkig is Tim er wel.

Wat is de betekenis van absent?

A
aanwezig
B
handig en vlug
C
afwezig
D
iemand die alles zwaar inziet

Slide 14 - Quizvraag

Ik ben een optimist. Ik zie het niet zo somber in. Yoeri zal zo wel komen.

Wat is de betekenis van optimist?

A
iemand die alles van de zonnige kant bekijkt
B
zegt dat het niet zo is
C
zegt dat het wel zo is
D
iemand die alles zwaar inziet

Slide 15 - Quizvraag

We bellen zijn moeder. Zij bevestigt dat Yoeri nog in bed ligt. Hij is dus echt ziek.

Wat is de betekenis van bevestigt?

A
handig en vlug
B
zegt dat het niet zo is
C
zegt dat het wel zo is
D
niet zo makkelijk bewegen

Slide 16 - Quizvraag

Vul het tegenovergestelde in van 'eb'.

Als de zee bij het strand laag staat, is het eb. Staat het water hoog dan is het...

Slide 17 - Open vraag

Vul het tegenovergestelde in van 'donkere'.

Op een donkere achtergrond vallen deze ... letters goed op.

Slide 18 - Open vraag

Vul het tegenovergestelde in van 'snel'.

Als je iets zoekt, lees je snel. Wil je alles goed snappen, dan lees je....

Slide 19 - Open vraag

Zelfstandige verwerking
  • Brons: blz. 130 opdr. 29, 30, 31
  • Zilver: blz. 130, opdr. 29, 30, 31
  • Goud: blz. 130, opdr. 29, 30, 31

Klaar? 
  • Kijk je werk na en streep de opdrachten af op je takenkaart.
  • Pak je leesboek uit de kast en ga rustig lezen. 
  • Oefenen  Op Niveau Online.
timer
30:00

Slide 20 - Tekstslide

Maak een zin met het woord 'actief'.

Slide 21 - Open vraag

Vooruitblik B3 Over Taal
In de volgende les gaan we verder met B3 Over Taal.

Slide 22 - Tekstslide