Interpunctie en zinsbouw oefenen

Schrijven
Bespreken huiswerk en oefenen met langere zinnen
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 4

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Schrijven
Bespreken huiswerk en oefenen met langere zinnen

Slide 1 - Tekstslide

Terugkerende fouten:
  • Voltooid deelwoord aan het begin van een zin
  • Zinnen beginnen met verbindingswoorden
  • Grammaticale foutjes in de bijzin
  • Wegvallen van de interpunctie bij langere zinnen

Slide 2 - Tekstslide

Het gebruiken van spreektaal
Voltooid deelwoord i.p.v. persoonsvorm verleden tijd bij opsomming over het verleden

"Ik heb in januari besloten om naar Italië te verhuizen"

"Ik had de opleiding gedaan om beter te worden in het Italiaans"

Slide 3 - Tekstslide

Zinnen beginnen met verbindingswoorden

"Ik doe deze opleiding omdat ik mijzelf uit wil dagen, maar ook omdat ik het interessant vind. En misschien wil ik naar het hbo doorstromen."

"Ook wil ik misschien doorstromen naar het hbo"






Slide 4 - Tekstslide

Grammaticale foutjes in de bijzin:

Het wegvallen van het persoonlijk voornaamwoord of persoonsvorm:
"Ik ben 18 jaar oud en woon in Rome."
"Ik voel me nu heel goed, toen juist verdrietig."

Slide 5 - Tekstslide

Wegvallen van de interpunctie bij langere zinnen

"In mijn vrije tijd ga ik graag fietsen, omdat ik van sporten hou en ook game ik veel met vrienden of alleen soms ga ik ook voetballen met vrienden als het kan."




Slide 6 - Tekstslide

Hoe voorkom je dit nou?
Probeer je zinnen kort te houden, hoe korter hoe simpeler. 
Besef je dat een bijzin ook kan functioneren als een aparte zin.

"Ik ben veel gaan sporten, omdat de dokter mij dit adviseerde"
"Ik ben veel gaan sporten. De dokter adviseerde mij dit."

Slide 7 - Tekstslide

Hoe voorkom je dit nou?
Op het niveau 3f wordt echter wel goed gekeken naar de samenhang van een tekst. Sluiten de zinnen logisch op elkaar aan? Is er een helder verband tussen de (bij)zinnen?

Interpunctie speelt hierbij een cruciale rol!

Slide 8 - Tekstslide

Interpunctie
Maakt een langere tekst leesbaar



!?.,Aa:"

Slide 9 - Tekstslide

Wanneer gebruik je een hoofdletter?

Slide 10 - Open vraag

Waar gebruik je een komma voor?

Slide 11 - Open vraag

Komma
Geeft een 'pauze' in een zin aan

'Ik wilde een serie gaan kijken, maar ik moest mijn vader nog helpen met klusjes in de tuin.'

Slide 12 - Tekstslide

Waar gebruik je een punt voor?

Slide 13 - Open vraag

Waar gebruik je een uitroepteken voor?

Slide 14 - Open vraag

Interpunctie oefenen
de onschendbaarheid van het leven betekent dat je nooit het leven van een ander mag aantasten zoals ik natuurlijk ook niet wens dat iemand een einde aan het mijne maakt overtuigingen of zienswijzen mogen nog zo uiteenlopen nooit zal dit een moord kunnen rechtvaardigen elk leven is heilig

Slide 15 - Tekstslide

Het goede antwoord!
De onschendbaarheid van het leven betekent dat je nooit het leven van een ander mag aantasten, zoals ik natuurlijk ook niet wens dat iemand een einde aan het mijne maakt. Overtuigingen of zienswijzen mogen nog zo uiteenlopen, nooit zal dit een moord kunnen rechtvaardigen. Elk leven is heilig.

Slide 16 - Tekstslide

Wanneer gebruik je een ':' dubbele punt?

Slide 17 - Open vraag

Dubbele punt:
Een dubbele punt gebruiken we vóór een opsomming, een citaat, een verklaring, aankondiging, omschrijving, toelichting, conclusie of gedachte.

Begin daar ook op tijd mee, want, zoals onze voorvaders het zagen: 'onder in het vat komt zuinigheid te laat'.

Slide 18 - Tekstslide

De puntkomma

Een puntkomma zit tussen een punt en een komma in; de puntkomma gebruik je om twee nauw aan elkaar verwante zinnen met elkaar te verbinden.

Slide 19 - Tekstslide

De puntkomma valt binnen het domein van de verschrikkelijke filosofen
“In werkelijkheid is het zo, dat hij dat, indien hij het zou zijn, beslist niet zou uitbeelden, uitdenken, uitdrukken; een Homerus zou geen Achilles, een Goethe geen Faust hebben gecreëerd, indien Homerus een Achilles en indien Goethe een Faust was geweest.” 

Slide 20 - Tekstslide

Oefenen & huiswerk
Laten we gaan oefenen met het maken van langere zinnen door middel van een wedstrijd:

Wie kan de langste, grammaticaal correcte, zin opschrijven?


Slide 21 - Tekstslide

De opdracht:
  • Je mag, maximaal, drie zinnen inleveren
  • De lengte wordt bepaald door het aantal tekens (exclusief spaties)
  • Je mag maximaal eenmaal de puntkomma gebruiken
  • De zin is ongeldig bij te veel grammaticale fouten

Slide 22 - Tekstslide

Voorbeeld
Ik ga nu naar huis.

Ik ga nu naar huis, omdat ik een belangrijke taak moet uitvoeren.

Ik ga nu naar huis, omdat ik een belangrijke taak moet uitvoeren: ik moet de kat eten gaan geven.

Ik ga nu naar huis, omdat ik een belangrijke taak moet uitvoeren: ik moet de kat eten gaan geven ; mijn kat heet Zazou en ze is een devon rex, een soort van halve naaktkat, een hele lieve kat, waar ik ontzettend veel van hou.


Slide 23 - Tekstslide