Verhoudingen

28
2
7
14
odd one out
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

28
2
7
14
odd one out

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verhoudingen

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uitleg
Je ziet hiernaast 3 witte vierkantjes en 6 rode vierkantjes. Je kan zeggen dat de verhouding 3 staat tot 6 is. 
3:6

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uitleg
De verhouding witte vierkantjes en rode vierkantjes is  ==>   3:6
Om een verhouding zo duidelijk mogelijk te maken, schrijf je een verhouding zo klein mogelijk
3:6 wordt zo klein mogelijk 
1:2  
( bij een wit vierkantje horen 2 rode vierkantjes) 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke verhouding hoort bij de afbeelding?
A
1 rode vierkantjes :3 witte vierkantjes
B
2 rode vierkantjes : 3 witte vierkantjes
C
2 rode vierkantjes :5 witte vierkantjes

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de verhouding
appel : banaan
A
2:3
B
2:5
C
3:2

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Geef de verhouding tussen de grijze vierkantjes en de groende vierkantjes. Sleep de verhouding naar het plaatje
3:5
4:5
1:5

Slide 7 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

De verhouding van het aantal blauwe mappen met het aantal zwarte mappen is
2 blauwe mappen : 4 zwart mappen. Wat is de kleinste verhouding?
A
1 blauwe map staat tot 2 zwarte mappen
B
1 blauwe map staat tot 3 zwarte mappen
C
kan niet kleiner

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Om groene verf te mengen mengt de schilder 2 delen gele verf met 6 delen blauwe verf. Wat is de kleinste verhouding gele verf staat tot blauwe verf?

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Sleep de bij elkaar horende verhoudingen
 naar elkaar.
1:3
1:6
2:7
1:5
4:12
4:14
4:20
4:24

Slide 10 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een bloemist maakt een boeket met 10 tulpen. Wat is de verhouding rode tulpen : gele tulpen?
A
3:6
B
1:2
C
3:7

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vijf boeketten maken
De bloemmist gaat nu vijf dezelfde boeketten maken. De boeketten hebben de verhouding rode tulpen : gele tulpen als 3:7. 
Als ze vijf boeketten in dezelfde verhouding gaat maken heeft 
3 x 5 = 15 rode tulpen nodig
en
7 x 5 = 35 gele tulpen nodig

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dezelfde bloemist maakt 7 boeketten met dezelfde verhouding namelijk 3 rode tulpen: 7 gele tulpen. Hoeveel rode en gele tulpen heeft de bloemist nodig voor deze 7 boeketten?
A
6 rode tulpen 14 gele tulpen
B
30 rode tulpen 70 gele tulpen
C
20 rode tulpen 49 gele tulpen
D
21 rode tulpen 49 gele tulpen

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


A
A = 10 km, B = 20 km, C = 40 km
B
A = 20 km, B = 40 km, C = 60 km
C
A = 10 km, B = 20 km, C = 30 km
D
A = 20 km, B = 35 km, C = 50 km.

Slide 14 - Quizvraag

Dit is een verhouding tussen tijd en afstand.
Alles wat je met de bovenste rij doet, doe je ook met de onderste rij. Een half uur is 2 keer zo lang als een kwartier. Een uur is 2 keer zo lang als een half uur. En anderhalf uur is 3 keer zo lang als een half uur.
Wat zijn de ontbrekende antwoorden?
A
55,2 - 50% - 25%
B
44,8 - 50% - 5%
C
44,8 - 50% - 20%

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies