H4/H5: herhalen woordsoorten, uitleg pers. en bez. vnw. + huiswerk

- Herhalen woordsoorten
- Uitleg pers. en bez. vnw. + huiswerk
Check hw 
methodesite
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 2

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

- Herhalen woordsoorten
- Uitleg pers. en bez. vnw. + huiswerk
Check hw 
methodesite

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen

Grammatica:

- Je kunt alle woordsoorten benoemen.

- Je weet wat een persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord is.

Slide 2 - Tekstslide

Noem alle woordensoorten en schrijf kort de theorie op (lw, znw, bnw, ww en vz)

Slide 3 - Open vraag

Maak een zin met volgend bouwplan:
vz - lw - bnw - znw | zww| lw - bnw - znw.

Slide 4 - Open vraag

Woordsoorten - aanvullen
Neem de woordsoorten over en vul aan wat je weet:
1 Werkwoord = dingen die je kunt doen (hij/zij/wij-rijtje)
2 Lidwoord = de, het, een
3 Zelfstandig naamwoord = mensen, dieren, dingen, planten en namen
4 Bijvoeglijk naamwoord = zegt iets over een zelfst. naamwoord
5 Voorzetsel = kast- en oorlogswoorden (over, na, vanwege, op, met)

Slide 5 - Tekstslide

Joey heeft een heerlijke vakantie gehad.
Hij heeft een heerlijke vakantie gehad.

Slide 6 - Tekstslide

Wat valt je op als je beide zinnen met elkaar vergelijkt?

Slide 7 - Open vraag

Joey heeft een heerlijke vakantie gehad.
Hij heeft een heerlijke vakantie gehad.

Slide 8 - Tekstslide

Persoonlijk voornaamwoord (aantekening)

- Verwijst naar een persoon, een groep personen, voorwerp of zaak

- Kan een onderwerp of lijdend voorwerp zijn

- Woorden als hij, jullie, ik, u, zij, haar, hem etc.

- 'Het' kan ook een pers. vnw. zijn als het zelfstandig wordt gebruikt (Het is opgeknapt).

Slide 9 - Tekstslide

Bezittelijk voornaamwoord (aantekening)

- Geeft een bezit aan

- Woorden vaak bijvoeglijk gebruikt (mijn telefoon, jouw auto)

- Kan ook zelfstandig voorkomen (die fiets is de mijne)

Slide 10 - Tekstslide

Huiswerk

Gram. H4: 8, 9, 12 en 13

(start blz. 173)

Slide 11 - Tekstslide