Medicatie kennistoets

Medicatie kennistoets
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Medicatie kennistoets

Slide 1 - Tekstslide

Het delen van medicatie is een
A
voorbehouden handeling
B
risicovolle handeling

Slide 2 - Quizvraag

Medicatieveiligheid
Waar denk je aan?

Slide 3 - Woordweb

Welke medicatiegroepen ken je?

Slide 4 - Open vraag

Welke medicatiegroepen vallen onder risicovolle medicatie

Slide 5 - Open vraag

wat is verplicht bij het toedienen van risicovolle medicatie

Slide 6 - Open vraag

kalmerende medijnen (psychofarmica) zijn onder te verdelen in:
A
slaapmiddelen (hypnotica). medicijnen tegen angst (anxiolytica)
B
Alle antwoorden
C
medicijnen tegen depressie (antidepressiva)
D
medicijnen tegen psychoses (antipsychotica)

Slide 7 - Quizvraag

Medicijnen om ontsteking te onderdrukken worden ook wel ........... genoemd
A
diuretica
B
corticosteroïden
C
cystostatica
D
anti-epileptica

Slide 8 - Quizvraag

Wat valt niet onder pijnstillers?
A
Paracetamol
B
NSAID (non-steroidal anti-inflammatory drug)
C
Opioïde
D
Antibiotica

Slide 9 - Quizvraag

Wie is eindverantwoordelijk voor het wijzigen van de medicatie in het baxterzakje?

Slide 10 - Open vraag

waarbij denk je aan bij zelfzorgmedicatie?

Slide 11 - Woordweb

Welke geneesmiddelendistributiesystemen (GDS) ken je?

Slide 12 - Open vraag

Wat is therapietrouw?

Slide 13 - Open vraag

Voor elk medicijn zijn er redenen waarom een zorgvrager het gebruikt. Hoe noem je dat?
A
contra-indicaties
B
indicaties
C
therapie
D
resistentie

Slide 14 - Quizvraag

Op voorschrift van een arts mogen medicijnen gemalen worden.
Noem enkel risico's bij het malen van medicijnen

Slide 15 - Open vraag

Welke toedieningvormen ken je?

Slide 16 - Open vraag

Medicijnen met een preventieve werking worden toegediend om het ontstaan van een ziekte te voorkomen. Dit wordt ook wel genoemd:
A
profylactische werking
B
symptoombestrijder
C
causale werking
D
substitutie

Slide 17 - Quizvraag

Waar let je op bij het gebruik van vloeistoffen, zalven, crèmes en druppels

Slide 18 - Open vraag

Er zijn verschillende soorten medicijnen die via de mond worden toegediend.
Welke ken je?

Slide 19 - Open vraag

Opioïden zijn sterke pijnstillers
en vallen onder de Opiumwet.
Welke regels zijn er omtrent het opslaan en toedienen van opioïden ?

Slide 20 - Woordweb

Welke actie onderneem je als een cliënt die antistolling medicatie gebruikt een antibiotica kuur voorgeschreven krijgt?

Slide 21 - Woordweb

Noem een aantal bijwerkingen bij het gebruikt van een opiaat

Slide 22 - Woordweb

Werking medicatiegroep


laxantia
pijnstiller
medicatie diabetes
bloeddrukverlagende medicatie
antistolling
rustgevende medicatie/slaapmedicatie


Slide 23 - Open vraag