Hv2a oefenen voor grammaticatoets

Welkom
- Ga rustig op je plaats zitten.
- Leg je laptop (dicht) op tafel
- Pak je leesboek, ga lekker 10 minuten lezen in je leesboek.
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom
- Ga rustig op je plaats zitten.
- Leg je laptop (dicht) op tafel
- Pak je leesboek, ga lekker 10 minuten lezen in je leesboek.

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
- Je kunt het werkwoordelijk en naamwoordelijk gezegde in een zin benoemen.
- Je kunt bepalen welke zinsdelen het lijdend en meewerkend voorwerp in een zin zijn.

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?
- Oefenen in LessonUp (10')
- Extra oefenen: opdrachten in Numo gezegde en Lijdend & meewerkend voorwerp (10')
- Afsluiting (5')

Slide 3 - Tekstslide

Schrijf minimaal vijf koppelwerkwoorden op.

Slide 4 - Open vraag

Zin: De abonnees van de ochtendkrant blijven de hele week klagen over het late tijdstip van bezorging. Bedenk of je hier te maken hebt met een WWG of NWG. Schrijf het gezegde van deze zin.

Slide 5 - Open vraag

Zin: Ons plan voor de klassenavond van volgende week hebben we aan de mentor gegeven.
Wat voor zinsdeel is 'aan de mentor'?

A
lijdend voorwerp
B
onderwerp
C
meewerkend voorwerp
D
bijwoordelijke bepaling

Slide 6 - Quizvraag

Zin: Ons plan voor de klassenavond van volgende week hebben we aan de mentor gegeven.
Wat voor zinsdeel is 'ons plan voor de klassenavond van volgende week'?

A
lijdend voorwerp
B
onderwerp
C
meewerkend voorwerp
D
bijwoordelijke bepaling

Slide 7 - Quizvraag

Zin: Gelukkig is de stoel naast mij leeg.
Schrijf van bovenstaande zin het gezegde. Geef aan of het om een werkwoordelijk of naamwoordelijk gezegde gaat.

Slide 8 - Open vraag

Extra oefenen
- Extra oefenen: opdrachten in Numo (gezegde en lijdend & meewerkend voorwerp, taken staan klaar).


Slide 9 - Tekstslide

Huiswerk vrijdag 25 oktober 3e uur
- Extra oefenen: opdrachten in Numo (gezegde en lijdend & meewerkend voorwerp).
- Neem je laptop en je leesboek mee.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Welkom
- Ga rustig op je plaats zitten.
- Leg je laptop (dicht) op tafel
- Pak je leesboek, ga lekker 10 minuten lezen in je leesboek.

Slide 12 - Tekstslide

Leerdoelen
- Je kunt het werkwoordelijk en naamwoordelijk gezegde in een zin benoemen.
- Je kunt bepalen welke zinsdelen het lijdend en meewerkend voorwerp in een zin zijn.
- Je weet wat bijwoordelijke bepalingen zijn en hoe je kunt bepalen welke zinsdelen bijwoordelijke bepalingen zijn. 

Slide 13 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?
- Vragen over de toetsstof ?(10')
- Oefenen in Numo (15')
- Afsluiting (5')

Slide 14 - Tekstslide

Vragen over de toetsstof

Slide 15 - Tekstslide

Aan de slag
Oefenen in Numo met taken:
- Gezegde
- Lijdend en meewerkend voorwerp.
Ben je klaar? Ga je door met de andere taken: bijwoordelijke bepaling, voorzetselvoorwerp, bijvoeglijk naamwoord, zelfstandig naamwoord & lidwoord, voornaamwoorden, telwoord,  voorzetsel & bijwoord en zin& zinsdeel.
Deze taken zullen tot en met 7 november openstaan waarmee je kunt oefenen voor de toets.

Slide 16 - Tekstslide

Maandag 4 november 3e uur 
Oefentoets

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Zin: De Nieuwe markt van Gouda was zaterdag gevuld met tienduizend stroopwafelliefhebbers. Noteer van deze zin het naamwoordelijk of werkwoordelijk gezegde?

Slide 19 - Open vraag

Zin: Vandaag eet ik pindakaas op brood.
Noteer het lijdend voorwerp van deze zin.

Slide 20 - Open vraag

Zin: Gisteren reed ik op mijn nieuwe fiets in twintig minuten naar mijn werk.
Hoeveel bijwoordelijke bepalingen bevat deze zin?
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 21 - Quizvraag

Zin: Wij hebben gisteren acht kilometer gewandeld. Noteer de bijwoordelijke bepaling van deze zin.

Slide 22 - Open vraag

Zin: Dat meisje wordt later tandarts.
Noteer van deze zin het een naamwoordelijk of het werkwoordelijk gezegde. Doe het zo: nwg: of wwg:

Slide 23 - Open vraag

Wat is het onderwerp van de volgende zin: Welke games lijken nu het meest populair?
A
Lijken
B
Welke games
C
Populair
D
Games

Slide 24 - Quizvraag

Wat is het LIJDEND VOORWERP van de onderstaande zin? Staat er geen LV in de zin, zet je een x.
Virgil van Dijk is uitgegroeid tot een van de allerbeste voetballers.

Slide 25 - Open vraag

Wat is het MEEWERKEND VOORWERP van de onderstaande zin? Staat er geen MV in de zin, zet je een x.
Virgil van Dijk is uitgegroeid tot een van de allerbeste voetballers.

Slide 26 - Open vraag

Uit hoeveel zinsdelen bestaat de onderstaande zin?
De komende vakantie wordt door veel mensen thuis doorgebracht.
A
3
B
4
C
5
D
6

Slide 27 - Quizvraag

Ontleed de onderstaande zin in vaste volgorde:
pv, on, wwg/nwg, lv, mv, bwb. Indien het een samengestelde zin is, ontleed beide delen dan onder elkaar.
Ze gaan met elkaar gourmetten of ze nemen verschillende gerechten mee voor elkaar.

Slide 28 - Open vraag

Ontleed de onderstaande zin in vaste volgorde:
pv, on, wwg/nwg, lv, mv, bwb. Indien het een samengestelde zin is, ontleed beide delen dan onder elkaar.
De ouders van de volleybalsters kwamen de tevreden en vermoeide speelsters ophalen

Slide 29 - Open vraag