Pubers & opvoeding
1 / 33
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
2 min.
Ieder gezin 3 devices: 1 groot scherm waar de presentatie op te zien is en eenieder apart device om mee te doen met de vragen
Intro
Wie ben ik?
Meenemen in wereld van jongeren en hun brein. Met o.a. deze 3 bronnen als uitgangspunt
Doelen:
- meer info over EF
- meer besef van EF bij jezelf en de ander (sterke en zwakke kanten, hoe kijkt de ander ernaar, verschilt dat, hoe vlieg ik dat aan?)
- basis om samen verder te komen
-
Ik ben een......
Ouder/ opvoeder
Leerling/ jongere
Slide 2 - Poll
2 min
Kansen
Slide 3 - Woordweb
8 min
Pubers worden vaak gezien als lastig, lui, slordig, ongeïnteresseerd, vervelend etc.
Niet alleen maar ongeïnteresseerd:
- Demonstreren klimaat
- Wapenwet Amerika
Vooruitstrevend, vernieuwend en baanbrekend:
- Topsport
- Mode
- Muziek
Slide 4 - Tekstslide
5 min
Nog niet zo heel lang geleden dacht men dat het brein af was, zo rond de leeftijd van 18. Inmiddels hebben ze ontdekt dat iig het voorste gedeelte langer nodig heeft....tot ongeveer 25 of misschien wel 30 jaar oud.
Deze prefrontale cortex speelt een grote rol bij de executieve functies. Een verzameling aan processen die onze denkprocessen sturen en gedrag aansturen.
Slide 5 - Video
2 min
Druk: Beslissingen, samenwerken, opdrachten.
Aansturen gedrag vanuit onze hersenen (prefrontale cortex)
EF zijn processen in het brein die gedrag aansturen. Soort dirigent.
EF niet te zien, wel het gedrag dat daaruit vooruit komt.
11 EF's.....ieder met een belangrijke functie.
Tot ongeveer 30 jaar ontwikkelen. Daarom op jonge leeftijd sturen van gedrag niet altijd makkelijk.
Het kennen van de EF en jouw eigen profiel helpt jou om jouw schooltijd beter door te komen.
Slide 6 - Tekstslide
5 min (24 min)
Linker rijtje denkvaardigheden
Rechter rijtje gedragsregulerende vrd
Linker rijtje denkvaardigheden
Rechter rijtje gedragsregulerende vrd
Slide 7 - Tekstslide
1. dingen onthouden bij lastige taken, taken die uit meerdere onderdelen bestaan.
Korte termijn geheugen is echt heel even onthouden en vergeten. Werkgeheugen is dingen actief terughalen en gebruiken. Niet geautomatiseerde info
Werkgeheugen
Slide 8 - Woordweb
Denk even aan jouw dagelijks leven. Waar gebruik jij je werkgeheugen bij? Wees niet te kritisch, loop door de dag en voordat je aan het ontbijt zit, heb je het werkgeheugen al heeeeel veel gebruikt.
Slide 9 - Tekstslide
2. ordenen of arrangeren volgens een systeem.
Opruimen, voorbereiden van spullen. Maar ook logisch ordenen van informatie in een werkstuk, zodat je het later terugvindt.
Een vraag voor de leerlingen:
Mijn spullen hebben een vaste plek, zodat ik er niet eerst naar hoef te zoeken.
Mijn spullen hebben een vaste plek, zodat ik er niet eerst naar hoef te zoeken.
Altijd
Meestal
Soms
Nooit
Slide 10 - Poll
Deze slide heeft geen instructies
Een vraag voor de ouders:
Mijn spullen hebben een vaste plek, zodat ik er niet eerst naar hoef te zoeken.
Mijn spullen hebben een vaste plek, zodat ik er niet eerst naar hoef te zoeken.
(Bijna) altijd
Meestal
Soms
Nooit
Slide 11 - Poll
Deze slide heeft geen instructies
Slide 12 - Tekstslide
tijd indelen, inschatten, deadlines.
Op tijd komen of te laat. Wel of niet haasten.
Slide 13 - Tekstslide
4. plan bedenken om doel te bereiken, prioriteren, volgorde bepalen.
Grotere projecten, zoals een feest. Maar ook koken, huiswerk maken .
Wat helpt jou om goed te plannen?
Slide 14 - Woordweb
Deze slide heeft geen instructies
Slide 15 - Tekstslide
5. denken over denken, evalueren, stapje terug.
Meestal een van de laatste af
Vraag aan leerlingen:
ik begrijp achteraf waarom een bepaalde opdracht of toets niet zo goed ging.
ik begrijp achteraf waarom een bepaalde opdracht of toets niet zo goed ging.
Meestal wel
Soms
Nooit
Slide 16 - Poll
Denk hierbij aan: te weinig gedaan, te veel afleiding, omstandigheden tijdens toets, verkeerd geleerd, stof anders begrepen, weinig in lessen geweest etc.
Slide 17 - Tekstslide
6. denken voor doen.
Je reactie inhouden voordat je het gaat doen. Bijvoorbeeld niet zomaar opstaan, even wachten met reageren etc
Je reactie inhouden voordat je het gaat doen. Bijvoorbeeld niet zomaar opstaan, even wachten met reageren etc
Slide 18 - Tekstslide
7. emoties reguleren om doel te behalen.
Gedurende de jaren hoeft een leraar minder tranen te drogen. Maar vooral interessant hoe er balans ontstaat, want alleen inhouden is ook niet gezond.
Gedurende de jaren hoeft een leraar minder tranen te drogen. Maar vooral interessant hoe er balans ontstaat, want alleen inhouden is ook niet gezond.
Slide 19 - Tekstslide
8. aandacht ondanks afleiding, moeheid of verveling.
Als de taak lang duurt, je een appje krijgt, je moe bent.....
Grootste afleiders
Slide 20 - Woordweb
voor de hand liggend: mobiel, internet, muziek
denk ook aan: bewegingsbehoefte, zithouding, gedachtes, moeheid, omgeving, mensen
Slide 21 - Tekstslide
9. beginnen, niet uitstellen, efficiënt.
Niet eerst 100 andere dingen die geen prioriteit hebben
Deze taak stel
ik het langste uit
ik het langste uit
Slide 22 - Woordweb
Deze slide heeft geen instructies
Slide 23 - Tekstslide
10. doorgaan ook bij tegenslag, bijstellen.
Stoppen met een spelletje. een andere manier kiezen om iets op te lossen, opnieuw beginnen. Levert vaak frustratie en ruzie op.
Slide 24 - Tekstslide
11. doel formuleren en realiseren, ernaar toe werken.
Niet opgeven.
Slide 25 - Tekstslide
Goed om jezelf te kennen. Wat werkt voor jou en wat niet. En om dit te bespreken met ouders, vrienden en docenten. Hoe kunnen zij jou helpen of juist laten?
PROCES: niet vaststaand, want je verandert door de tijd heen.
Een proces van evalueren.
Slide 26 - Tekstslide
Door jezelf te kennen, ontwikkel je je eigen strategie:
enerzijds door je eigen landkaart (wat leidt me af, wat helpt me qua planning etc)
anderszijds trucs om te compenseren. Vaak vanuit omgeving.
Slide 27 - Tekstslide
Eerder was de ouder de dirigent of de DJ. Hij/zij bediende de schuifjes (dacht aan gymtas, boekbespreking etc.)
Nu verandert de rol door het puberbrein dat aan het veranderen is. Dus voor beiden nieuw.
Zoektocht naar balans tussen begeleiden en loslaten: vergelijking leren fietsen. momenten van loslaten....druk kruispunt?
Ik weet precies hoe ik aan moet sluiten bij mijn zoon/dochter als het gaat om schoolzaken
😒🙁😐🙂😃
Slide 28 - Poll
Hier spelen een aantal zaken natuurlijk een rol: hoe zeker voel jij je als opvoeder, is het de oudste, welk beroep doet jouw zoon/dochter op je etc.
Leerlingen: dus ook voor ouders is dit een zoektocht. Zij zijn net zo goed lerende/zoekende hierin.
Slide 29 - Tekstslide
Welk beroep doet jouw zoon/dochter op je? Welke neiging heb je zelf het meeste om te doen?
Praat erover
Eigen voorbeeld: ik biedt veel meer autonomie en emotionele steun dan dat ik grenzen biedt. Niet altijd handig, want met name mijn jongste heeft enorme behoefte aan grenzen.
Praat erover
Eigen voorbeeld: ik biedt veel meer autonomie en emotionele steun dan dat ik grenzen biedt. Niet altijd handig, want met name mijn jongste heeft enorme behoefte aan grenzen.
Ik heb het meeste behoefte aan....
....duidelijkheid in wat kan en mag
...dat mijn ouders er voor me zijn
....dat ik dingen zelf mag doen
Slide 30 - Poll
Deze slide heeft geen instructies
Slide 31 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 32 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 33 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
