AF MZ/VB P2.9

• afp
• MBO
• Studiejaar 1

AF week 2.9

Theorie

Boek Anatomie en Fysiologie Thema 4  

Hoofdstuk 5: Spijsverteringsstelsel

5.10 lever en galblaas  (blz. 93)

5.11 buikholte en buikvlies  (blz. 97)

Aan het werk...

Terugblik vorige week

bespreken opdrachten ?

Wat is het eerste gedeelte van de dunne darm

1. twaalfvingerige darm (duodenum)
2. nuchtere darm (jejunum)
3. kronkeldarm ( ileum)

Wat is een functie van de dikke darm

1. Opvangen van maagzuur
2. Afscheiden enzymen
3. Opnemen verteerde voedingsstoffen
4. Opname van vitamine K

De exocriene functie van alvleesklier bestaat uit afgifte van hormonen

1. Juist
2. Onjuist

Slokdarm

Lever

Dikke darm

Galblaas

Maag

Alvleesklier

Dunne darm

5.10 Lever en galblaas (blz. 93)

Lever (hepar)

- Driehoekig orgaan

- Glad oppervlak

- Karakteristiek bruin

- Weegt +/- 1,5 KG (zwaarste orgaan)

Wat doet de lever?

1. De lever slaat glucose op
2. De lever breekt bloedplasma af
3. De lever breekt cholesterol af
4. De lever voorziet de darmen van zuurstof

Op volgorde
nr. 4, nr. 5 en nr. 8:

1. lever, maag , luchtpijp
2. maag, lever, luchtpijp
3. maag, lever, slokdarm
4. lever, maag, slokdarm

de lever maakt gal, waar wordt dit opgeslagen?

1. lever
2. twaalfvingerige darm
3. alvleesklier
4. galblaas

Dit orgaan noemen we............

1. hart
2. longen
3. maag
4. lever

Long

Lever

Nier

Hart

Maag

Bouw van de lever

- Honderdduizend leverlobjes

- Elk leverlobje is een soort minilever, die alle functies kan uitvoeren

Twee grote bloedvaten vervoeren bloed:

1: Leverslagader; zuurstofrijkbloed om de levercellen van zuurstof en voedingsstoffen te voorzien

2: Poortader; zuurstofarme bloed van het spijsverteringskanaal wordt vervoerd. = rijk aan voedingsstoffen vanuit de maag en darmen

Leverader en leverslagader

Functies lever

- Suikerstofwisseling: omzetting glucose

- Eiwitstofwisseling: aminozuren --> bouwstenen voor eiwitstofwisseling

- Vetstofwisseling: vetten gebruiken als energiebron

- Galproductie: rol bij vertering, verteringssappen beter laten inwerken

- Opslag van stoffen: voorraad, bv. bij hongergevoel heb je reserve

- Ontgiften van stoffen: filteren van giftige stoffen die vrij komen

- Warmteproductie: door hoge stofwisseling produceert lever warmte

Check:
Noem functies van de lever

Galblaas en galwegen

Gal = dikke geelgroenige vloeistof. Bestaat uit water, galzouten en bilirubine.

Galblaas:

Opslagplaats voor de gal

Geplooid zakje +/- 50 ml galvloeistof

Waar wordt gal gemaakt?

1. Galblaas
2. Gal
3. twaalfvingerige darm
4. Lever

Gal emulgeert vet 

(geen vertering)

Vraag 1:

Waar zit de galblaas?

Galblaas

Alvleesklier

12-vingerige darm

Wat is de functie van de galblaas?

5.11 Buikholte en buikvlies (blz. 97)

- Buikholte is aan binnenzijde bedekt met buikvlies (peritoneum)

- Buikvlies is sterk vlies

- Oppervlakte buikvlies is glad

Functie: 

Organen op de plaats houden (vergelijkbaar met een ballon,

waarin je een vuist maakt, organen zijn ingepakt in buikvlies).

5.11 Buikholte en buikvlies (blz. 97)

Mesenterium:

Ruimte tussen de twee buikvlieswanden

In het buikvlies liggen:

Maag, lever, galblaas, nuchtere darm, kronkeldarm, dwarse deel van de dikke darm en s-vormige deel van de dikke darm

5.11 Buikholte en buikvlies (blz. 97)

Het grote net:

Uitstulping van het buikvlies dat als een soort schort voor de darmen hangt.

Bedekt met dikke laag vetkwabjes

Functies:

- Stootkussen, bescherming tegen geweld van buitenaf

- Isolatie, om warmteverlies tegen te gaan

- Uitbreiding van infecties tegengaan

Aan het werk...

Opdrachten

Thema 4 

Hoofdstuk 5

Verwerkingsopdrachten

22 t/m 27

Evaluatie 

Volgende week maandag wel les!

Toets via Forms in Teams. 

Op di 26-01 13:15 

Succes!

wat moet je leren voor de toets ?

Hoofdstuk 4,5 en 10 

( tijdens de toets mag je boek er bij )

Arceer dus belangrijke tekst, zodat je het sneller terug vindt !