4.2 klas 4

Na deze les kan je: 
  • Met welke regels beschermt de overheid de werknemers?
  • Welke zekerheden heb je op het gebied van werk & inkomen?
  • Wat is de invloed van vraag & aanbod op het loon?
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Na deze les kan je: 
  • Met welke regels beschermt de overheid de werknemers?
  • Welke zekerheden heb je op het gebied van werk & inkomen?
  • Wat is de invloed van vraag & aanbod op het loon?

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Arbeidstijdenwet
Wet waarin de regels staan over werktijden en rusttijden:
  • Hoeveel uur je mag werken per dag en hoeveel pauze je dan moet krijgen.
  • Hoeveel nachtdiensten of ploegendiensten je mag draaien.
  • Het verlof voor zorgtaken: zwangerschapsverlof of ouderschapsverlof.

Er is een speciale arbeidstijdenwet voor jongeren:
  • Schooltijd telt als werktijd.
  • Beperkt aantal uren in de avond en het weekend.
  • Regels veranderen per jaar dat je ouder wordt.

Slide 3 - Tekstslide

Algemene wet gelijke behandeling
Er mag geen onderscheid worden gemaakt op basis van bijvoorbeeld:
  1. Geslacht
  2. Afkomst
  3. Leeftijd

Slide 4 - Tekstslide

Maar ook...
In ons land heb je een wettelijk recht op deeltijdarbeid.

Werkende ouders hebben in veel gevallen recht op kinderopvangtoeslag. Daarmee kunnen zij de kosten van kinderopvang voor een deel betalen.


Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Werknemersverzekeringen 
Door ziekte of andere omstandigheden kan je tijdelijk of niet meer werken. Hiervoor zijn werknemersverzekeringen.
WW: werkeloosheidswet 
WIA uitkering bij arbeidsongeschiktheid 
WWZ: Wet Werk en Zekerheid --> Transitievergoeding: een bedrag waarmee de werknemers de overgang naar een andere baan kunnen betalen. 

Slide 7 - Tekstslide

Arbeidsovereenkomst


  1. Wat voor werk doe je
  2. Hoeveel uren je werkt
  3. Hoeveel loon je krijgt

De meeste afspraken uit je arbeidsovereenkomst staan in je

CAO (Collectieve Overeenkomst)

Slide 8 - Tekstslide

Loon = de prijs voor arbeid
Veel vraag      --> hogere prijs --> hoger loon
Weinig vraag --> lagere prijs   --> lager loon

Loon mag niet té laag zijn: daarom is er minimum(jeugd)loon

Slide 9 - Tekstslide

Oefenopgaven rekenen

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

(Nieuw - Oud) / Oud x 100
Het minimumloon stijgt dan van 
€ 937,65 naar € 1.105,35. 
Dat is € 167,70 meer.
€ 167,70 ÷ € 937,65 × 100 = 17,88 ➝ 17,9% stijging.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

a. 6,1% van 23.000 = 0,061 x 23.000 = 1.403 werklozen
b. 23.000 = … % van 28.300
23.000 ÷ 28.300 x 100 = 81,3%
c. Beroepsbevolking Singelland = 
31.600 + 1.800 = 33.400 personen
33.400 = … % van 42.000
33.400 ÷ 42.000 x 100 = 79,5%
Dus in Reestzicht is de arbeidsparticipatie het grootst.

Slide 15 - Tekstslide

Lesdoelen 4.2
  • Met welke regels beschermt de overheid de werknemers?
  • Welke zekerheden heb je op het gebied van werk & inkomen?
  • Wat is de invloed van vraag & aanbod op het loon?

Slide 16 - Tekstslide