23/24 Les 4 - Brood en banket

Les 4 - Brood en Banket
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
VoedingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Les 4 - Brood en Banket

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen

Grond- en hulpstoffen banket

• Jij kent de functies van de grond- en hulpstoffen van banket.

• Jij kent vier verschillende banketdegen (KL)




Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Theorie Banket

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht mindmap
Maak een mindmap per banketsoort  
Online (https://bubbl.us/) of op papier

Welke informatie komt er in?
  • Geef voorbeelden van elke banketsoort
  • Grond- en hulpstoffen + functies per soort
  • Productieproces per soort

Let op: alle informatie kan je vinden in de dia's die hierna volgen.
timer
10:00

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Theorie: Banketsoorten
  • Biscuitdegen (biscuit)
  • Boterdegen (speculaas, sprits)
  • Koekdegen (ontbijtkoek)
  • Beslagen (cake en kapsel)
  • Bladerdegen (korstdeeg)
  • Schuimen (kransen)

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Theorie: grondstoffen

  • Bloem/meel
  • Suiker of glucosestroop
  • Vet

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Theorie: hulpstoffen
  • Rijsmiddelen;
  • Water;
  • Eieren;
  • Aroma’s;
  • Kleurstoffen;
  • Melkpoeder;
  • Sojabloem;
  • Decoratie;
  • Vetten.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bloem en meel
  • Zelfde functie als bij brood.
  • Weet je het nog? Of moet je het even terugzoeken?

Slide 8 - Tekstslide

Meel is de hele gemalen graankorrel zonder de kiem. Bloem is de gehele gemalen graankorrel zonder zemel en kiem.

Functies:
  • Samenhang in het deeg
  • Bindt vloeiende bestanddelen
  • Geeft stevigheid (verstijfseling zetmeel, denaturatie eiwit)
Gewenste eigenschappen bloem en/of meel afhankelijk van het product dat je wilt maken.
  • Hoeveelheid zetmeel en eiwitten kunnen variëren per bloem en/of meelsoort
  • Vochtopname kan verschillen per bloem en/of meelsoort

Gluten:
  • Elastische eiwitketens die zijn ontstaan door het mengen van bloemeiwitten en water.
  • Eiwitketels koppelen zich aan elkaar waardoor lange ketens ontstaan.
  • Door het kneden ontstaat er een netwerk, netwerk houdt gassen vast, product neemt tijdens bakken in volume toe.

Theorie: Vetstof

Verzamelnaam voor olie, vet, margarine en boter

  • Samenhang van het deeg
  • Smaak
  • Kleur
  • Brosheid
  • Voedingswaarde

Slide 9 - Tekstslide

  • Samenhang in het deeg (suiker en bloem hechten aan elkaar, omdat boter kleverig is)
  • Bakaard (boter en suiker smelten)
  • Smaak: Meer smaakstoffen --> Maillard reactie
  • Kleur: Meer kleur --> Maillard reactie
  • Brosheid: Tijdens bakken smelt boter, vormt dunne film tussen overige grondstoffen. Structuur van het product wordt losser en brosser
  • Hogere voedingswaarde --> meer voedingswaarde
Suiker productie
  1. Vanuit de Suikerbiet;
  2. Wassen en snijden;
  3. Suiker oplossen;
  4. Water verdampen;
  5. Resultaat: suiker kristallen;

Glucosestroop productie
  • Graan of aardappelen;.
Functie: 
  • Smaak
  • Kleur (maillard/karamelisatie)

Slide 10 - Tekstslide

Suiker:
  • Bieten in dunne reepjes snijden (opp. vergroten)
  • Suiker extraheren in diffusieapparaat met warm water (70 graden Celsius)
  • Diffusieapparaat: Lange tank waarin bietenschijfjes langzaam van het ene naar het andere uiteinde worden gedreven, water stroomt hier tegenin = tegenstroom
  • Water gaat na verloop van tijd steeds meer suiker bevatten = suikeroplossing
  • Vervolgens water verdampen
Glucosestroop:
  • Zetmeel winnen uit graan of aardappelen
  • Zetmeel afbreken met behulp van enzymen
  • Hieruit ontstaan glucosemoleculen
Theorie: Rijsmiddelen
Zelfrijzend bakmeel -> bloem met bakpoeder. In een vaste verhouding. 500 gram bloem : 15 gram bakpoeder

  • Chemisch middel
  • Bestaat uit een carbonaat en een zuur. 
  • Er ontstaat koolstofdioxide

Slide 11 - Tekstslide

Chemische middelen zijn scheikundige stoffen die geselecteerd zijn op hun specifieke werking zoals natriumbicarbonaat dat we kennen als baking soda.

Bakpoeder 
  • natriumbicarbonaat met een zuur en (alkalisch) mineraalzout. 
  • in contact komt met water of vocht en warm wordt, vormt het koolzuurgas (CO2; koolstofdioxide; kooldioxide) --> rijzen van deeg.
  • Deeg met bakpoeder dient na contact met vocht meteen te worden gebakken omdat het anders zijn werking verliest. 
  • Te veel bakpoeder kan ervoor zorgen dat het deeg na het bakken meteen in elkaar zakt. 
Theorie: Water
  • Kneedbaar en vormbaar

  • Verdampt -> deeg luchtig 

Slide 12 - Tekstslide

  • Zorgt voor een kneedbaar en vormbaar deeg
  • Verdampt in de oven, zorgt voor een luchtig deeg
Theorie: Eieren
  • Vasthouden van lucht
  • Volume van het beslag
  • Smaak
  • Structuur
  • Kleur

Slide 13 - Tekstslide

  • Houden lucht vast --> volume vermeerdering
  • Geven smaak en kleur (Maillard reactie)
  • Structuur (denaturatie van eiwitten, kan werken als emulgator)
Theorie: Aroma's

  • Geur
  • Smaak
  • Kleur

Bijvoorbeeld vanillearoma

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Theorie: Melkpoeder
  • Droge bestanddelen uit de melk
  • Buiten de koelkast lang houdbaar

Zorgt voor smaak, kleur, structuur etc.

Slide 15 - Tekstslide

Droge bestanddelen uit melk:
  • Melk eiwitten
  • Melkvetten
  • Melksuikers
  • Melkzouten (kleine hoeveelheid)
Zorgt voor smaak, kleur, structuur etc.

Lang houdbaar door lage wateractiviteit
Theorie: Decoratie
Het is natuurlijk niet echt een grond- of hulpstof, maar het is wel onmisbaar binnen de banket. 

Functie: opmaak, ter verfraaiing. 

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies