De Republiek der 7 VN

Regenten en vorsten
1600-1700
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 22 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Regenten en vorsten
1600-1700

Slide 1 - Tekstslide

Waar zie je aan dat deze man rijk is? En hoe kun je op dit schilderij zien waarmee hij zijn geld verdiend heeft?
Mattheus van den Broucke, omstreeks 1672 geschilderd door Samuel van Hoogstraten

Slide 2 - Tekstslide

KA 24: de bijzonderen plaats in staatkundig opzicht en de bloei in economisch en cultureel opzicht van de Nederlandse Republiek.

Slide 3 - Tekstslide

Stapelmarkt
Moedernegotie

Slide 4 - Tekstslide

Ontstaan Moedernegotie
Gebrek aan voedsel en grondstoffen in Republiek.

Gevolg: handel met Oostzeegebied is noodzakelijk, moedernegotie

Vraag en aanbod:
Nederlandse handelaren slaan goedkoop graan op (stapelmarkt) en verkopen het duur als er een misoogst is. 

Slide 5 - Tekstslide

Handelskapitalisme
Handelskapitalisme: 

Kapitalisme waarbij handelaren een leidende rol hebben.


Slide 6 - Tekstslide

KA 25: Wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en begin wereldeconomie

Slide 7 - Tekstslide

§ 5.1 De renaissance

Migratie naar de Republiek

1584 Beleg van Gent
1585 Val van Antwerpen

Slide 8 - Tekstslide

Stapelmarkt

Slide 9 - Tekstslide

Fluitschip
  • Sneller en stabieler
  • Meer laadruimte
  • Minder personeel
  • Smal dek (minder tol bij de Sont betalen)

Slide 10 - Tekstslide

technische uitvindingen
  • fluitschip = vrachtschip
  • haringbuis = vissersboot
  • houtzaagmolen
  • windmolens

Slide 11 - Tekstslide

Cornelis de Houtman (Nederland)

Reis naar Oost-Indië 

Slide 12 - Tekstslide

Handelscompagnieën
  • Binnen enkele jaren speelden De Republiek een hoofdrol spelen in de Aziatische handel.
  • Steeds meer handelscompagnieën gingen handelen met Azië en stegen de inkoopprijzen (meer vraag) en daalden de prijzen (meer aanbod).
  • Om deze onderlinge concurrentie te stoppen werd er door de Staten- Generaal ingegrepen.
  • Alle handelscompagnieën werden verplicht samengevoegd in de VOC (1602)

Slide 13 - Tekstslide

Handelscompagnieën
  • Winsten uit de moedernegotie werden geïnvesteerd in handelscompagnieën. 
  • Handelscompagnieën voeren naar Azië 
  • De eerste handelscompagnie leed verlies, maar er was wel bewezen dat Hollanders naar Azië konden varen.
  • Met deze kennis vertrokken steeds meer schepen vanuit de Republiek naar Azië.

Slide 14 - Tekstslide

Handelscompagnieën
  • - minder risico
  • - meer geld/macht
  • delen in winst en verlies

Slide 15 - Tekstslide

  • 1602 opgericht. 
  • Doel: handelsmonopolie op de specerijenhandel 


Slide 16 - Tekstslide

De VOC had een handelsmonopolie in Azie
  • Handelsmonopolie

  1. alleenrecht om op Azie te varen (handelen) dus geen andere Nederlandse ondernemingen.
  2. Schepelingen mochten zelf ook niet handelen in specerijen
  3. VOC mocht verdragen sluiten, oorlog voeren en handelsposten stichten

Slide 17 - Tekstslide

1602: East Indian Compagnie

Slide 18 - Tekstslide

De West-Indische Compagnie

Handelsmonopolie op 
West-Afrika en Amerika
- Kapersbrieven
Zilvervloot
Plantagekolonie

Slide 19 - Tekstslide

WIC en de driehoekshandel
  • Driehoekshandel
  • Kleding, ijzer, goud naar Afrika
  • Slaven naar Amerika
  • Rietsuiker, tabak en koffie naar de Republiek

Slide 20 - Tekstslide

De wereldeconomie

De wereldeconomie


Door alle handel onstond een wereldeconomie en konden producten overal terecht komen.

Slide 21 - Tekstslide

Aan de slag:




Aan de slag: opdr. 1, 2, 4, 6



Slide 22 - Tekstslide