Beschouwing - Manja

1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Agenda 

1. Tekstsoort beschouwing
2. Lezen 
3. Aan de slag




Slide 2 - Tekstslide

Leerdoel
Een beschouwing, wat is dat ook weer?
Leren van een bestaande beschouwing: een iets makkelijkere dit keer...

Slide 3 - Tekstslide

Logica van de opbouw V5
Diverse tekstsoorten (zie hst 3, blz. 58) leren kennen langs de weg van de verschillende vaardigheden voor het vak Nederlands
periode 1: soort = betoog, vaardigheid = schrijven
periode 2: soort = beschouwing, vaardigheid = lezen
periode 3: soort = vertelling/verhaal, verklaring, vaardigheid = spreken

Slide 4 - Tekstslide

Blz. 59, handboek





Kenmerken: zet lezer aan het denken, opiniërend, behandelt een vraag, belicht onderwerp van meerdere kanten 

Slide 5 - Tekstslide

Contrasteer:
Bij een betoog staan een stelling + argumenten centraal.
Bij een beschouwing........

Slide 6 - Open vraag

Leren van bestaande beschouwing
Blz. 127 theorieboek lees het artikel door 

Lees eventueel de theorie op blz. 126 door.
Maak van je oefenboek vraag 1

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Antwoorden
a Dat je met een simpele app liedjes kan produceren zonder professionele studio.
b Dat er een wereld kan bestaan waarin de mens niet van gevestigde instituten afhankelijk is.
c Nieuwe technologieën kunnen leiden tot de omverwerping van gevestigde instituten.

Slide 9 - Tekstslide

Antwoorden
d Vanuit de verwondering ontstaat de hoofdgedachte. De verwondering is het startpunt van waaruit de schrijver verder gaat denken.
e De schrijver probeert zich hier voor te stellen waartoe al die nieuwe technologieën zouden kunnen leiden.

Slide 10 - Tekstslide

Soms maakt men onderscheid tussen een betogend en beschouwend essay. Wat is hiertussen het verschil?

Slide 11 - Open vraag

Is het essay 'Een iPhone...' vooral beschouwend of betogend?

Slide 12 - Open vraag

Maak vraag 5 oefenboek

Slide 13 - Tekstslide

Maak vraag 5 

Slide 14 - Tekstslide

Antwoorden 5
a Het verkeerd gebruik van het woord ‘communicatie’.
b De hoofdgedachte van de tekst is de vraag: ‘Moet communicatie altijd van twee kanten komen, of
kun je ook eenzijdig communiceren?’

Slide 15 - Tekstslide

Antwoorden 5
c Bijvoorbeeld: Cornelisse begint met de algemeen geldende opvatting dat communiceren van twee kanten moet komen. Vervolgens bekijkt ze de kwestie vanuit verschillende kanten: de oorsprong van het woord communiceren, de gevoelens die ‘eenzijdige communicatie’ bij mensen oproept, voorbeelden van ‘eenzijdige communicatie’, hoe het in andere talen zit. Ze eindigt met een aantal vragen die ze zelf nog bij het onderwerp heeft. De tekst is meer beschouwend. Cornelisse neemt niet duidelijk stelling, maar onderzoekt het taalfenomeen vanuit verschillende gezichtspunten.

Slide 16 - Tekstslide

Antwoorden 5
d Bijvoorbeeld: Deze tekst is een essay omdat de schrijfster zich verwondert over een cultureel onderwerp. De schrijfster trekt de gangbare wijsheid dat communicatie altijd van twee kanten  moet komen in twijfel, en probeert daarmee een nieuwe gedachte uit. Ze maakt de lezer deelgenoot in haar zoektocht naar het antwoord op de vraag of je ook eenzijdig kunt communiceren.

Slide 17 - Tekstslide

Leerdoel bereikt?
Opgehaald wat een beschouwing is
Een bestaande beschouwing gelezen

Slide 18 - Tekstslide

Volgende les
Vrijdag 

Lenen Erasmus' "Lof der zotheid"
Beginnen met lezen en onderzoeken




Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Agenda 

1. Tekstsoort beschouwing
2. Lezen 'Scrollen' 
3. Aan de slag




Slide 21 - Tekstslide

Aan het einde van de les kun je
Vaststellen wat de boodschap van een essay is

Logische afleidingen maken

Conclusies trekken uit een tekst op basis van informatie in de tekst. 


Slide 22 - Tekstslide

Blz. 59, handboek





Kenmerken: zet lezer aan het denken, opiniërend, behandelt een vraag, belicht onderwerp van meerdere kanten 

Slide 23 - Tekstslide

Vragen (zie blz. 10)
1. Wat is het probleem in het artikel? M.a.w. vanuit welke vraag ontstaan deze artikelen.
2. Komt de schrijver (m/v) met een oplossing? Zijn daar bezwaren aan verbonden?
3. Vind je de tekst een essay? Waarom wel/ niet?
4. Is de tekst (vooral) beschouwend of ook betogend? Leg uit. 
5. Wat is de hoofdgedachte van de tekst?
6. Welke andere vragen verwacht jij bij ieder artikel? Bedenk er minimaal twee per artikel.

Slide 24 - Tekstslide

Artikel 1
Blijven scrollen 
Artikel 2
Minder op je telefoon

Slide 25 - Tekstslide

Wat is het probleem in het artikel? M.a.w. vanuit welke vraag ontstaan deze artikelen?

Slide 26 - Open vraag

De hoofdgedachte?

Slide 27 - Open vraag

Welke andere vragen verwacht jij bij ieder artikel? Bedenk er minimaal twee per artikel.

Slide 28 - Open vraag

Leerdoel bereikt?
Vastgesteld wat de boodschap van een essay is?

Logische afleidingen gemaakt?

Conclusies getrokken uit een tekst op basis van informatie in de tekst?

Slide 29 - Tekstslide

Volgende lessen
Vrijdag 21  feb:
Lezen en luisteren naar Erasmus' "Lof der zotheid"

Na de vakantie:
verder met oefenen leesvaardigheid
renaissance/afmaken "Lof der zotheid"




Slide 30 - Tekstslide