§5.3 - Rekenen met gelijkvormigheid

H5 Gelijkvormigheid
§5.3 - Rekenen met gelijkvormigheid
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

H5 Gelijkvormigheid
§5.3 - Rekenen met gelijkvormigheid

Slide 1 - Tekstslide

§5.3 - Rekenen met gelijkvormigheid
Leerdoel:
- rekenen met de factor in gelijkvormige figuren.

Slide 2 - Tekstslide

Sleep de afbeeldingen naar de juiste categorie
Lichtbron
Zonlicht

Slide 3 - Sleepvraag

Welke is juist?
A
B

Slide 4 - Quizvraag

Doe je laptop maar even dicht!

Slide 5 - Tekstslide

§5.3 - Rekenen met gelijkvormigheid

Slide 6 - Tekstslide

§5.3 - Rekenen met gelijkvormigheid

Slide 7 - Tekstslide

§5.3 - Rekenen met gelijkvormigheid

Slide 8 - Tekstslide

§5.3 - Rekenen met gelijkvormigheid

Slide 9 - Tekstslide

§5.3 - Rekenen met gelijkvormigheid

Slide 10 - Tekstslide

§5.3 - Rekenen met gelijkvormigheid

Slide 11 - Tekstslide

§5.3 - Rekenen met gelijkvormigheid
Maak een pijlenketting bij de gelijkvormige driekoeken PQR en STU.
Zet de lengtemaat van de driehoek waarvan meeste lengtematen bekend zijn voor de pijl.
Zet de overeenkomstige lengtemaat achter de pijl.

PQ--------------> ST



x .......
factor=oudnieuw=PQST=....
VOORBEELD

Slide 12 - Tekstslide

§5.3 - Rekenen met gelijkvormigheid
Bereken nu met de factor de lengte van de zijde die je wilt weten.
Zet voor de pijl de bekende zijde en achter de pijl de overeenkomstige onbekende zijde.


PQ--------------> ST



x .......
factor=oudnieuw=PQST=....
VOORBEELD
VOORBEELD

Slide 13 - Tekstslide

§5.3 - Rekenen met gelijkvormigheid
Bereken nu met de factor de lengte van de zijde die je wilt weten.
Zet voor de pijl de bekende zijde en achter de pijl de overeenkomstige onbekende zijde.


PQ--------------> ST



x factor
factor=oudnieuw=PQST=....
VOORBEELD
VOORBEELD

Slide 14 - Tekstslide

§5.3 - Rekenen met gelijkvormigheid
Voorbeeld:
Welke twee driehoeken zijn gelijkvormig?

Slide 15 - Tekstslide

§5.3 - Rekenen met gelijkvormigheid
Voorbeeld:
Welke twee driehoeken zijn gelijkvormig?

ABE en ACD

Slide 16 - Tekstslide

§5.3 - Rekenen met gelijkvormigheid
Voorbeeld:
- Teken de driehoeken naast elkaar

- Schrijf de bekende lengtematen erbij

Slide 17 - Tekstslide

§5.3 - Rekenen met gelijkvormigheid
Voorbeeld:
Van welke driehoek zijn de meeste
lengtematen bekend?

Slide 18 - Tekstslide

§5.3 - Rekenen met gelijkvormigheid
Voorbeeld:
Van welke driehoek zijn de meeste
lengtematen bekend?
ACD

Slide 19 - Tekstslide

§5.3 - Rekenen met gelijkvormigheid
Voorbeeld:
Van welke overeenkomstige zijden
zijn de lengtematen bekend?

Slide 20 - Tekstslide

§5.3 - Rekenen met gelijkvormigheid
Voorbeeld:
Van welke overeenkomstige zijden
zijn de lengtematen bekend?
AB = 3 m
AC = 7,5 m

Slide 21 - Tekstslide

§5.3 - Rekenen met gelijkvormigheid
Voorbeeld:
Zet de bekende lengtematen in de 
pijlenketting.
AB = 3 m
AC = 7,5 m

Slide 22 - Tekstslide

§5.3 - Rekenen met gelijkvormigheid
Voorbeeld:
Zet de bekende lengtematen in de 
pijlenketting.
AB = 3 m
AC = 7,5 m

AC --------------> AB
7,5 --------------> 3
x
x .......
x .......

Slide 23 - Tekstslide

§5.3 - Rekenen met gelijkvormigheid
Voorbeeld:
Zet de bekende lengtematen in de 
pijlenketting.
AB = 3 m
AC = 7,5 m

AC --------------> AB
7,5 --------------> 3
x .......
x .......
factor=oudnieuw=7,53=0,4

Slide 24 - Tekstslide

§5.3 - Rekenen met gelijkvormigheid
Voorbeeld:
Zet de bekende lengtematen in de 
pijlenketting.
AB = 3 m
AC = 7,5 m

AC --------------> AB
7,5 --------------> 3
x 0,4
x 0,4
factor=oudnieuw=7,53=0,4

Slide 25 - Tekstslide

§5.3 - Rekenen met gelijkvormigheid
Voorbeeld:
Bereken de lengte van zijde BE.

Slide 26 - Tekstslide

§5.3 - Rekenen met gelijkvormigheid
Voorbeeld:
Welke zijde is de overeenkomstige
zijde van BE?

Slide 27 - Tekstslide

§5.3 - Rekenen met gelijkvormigheid
Voorbeeld:
Welke zijde is de overeenkomstige
zijde van BE?

CD

Slide 28 - Tekstslide

§5.3 - Rekenen met gelijkvormigheid
Voorbeeld:
Bereken de lengte van zijde BE.


Slide 29 - Tekstslide

§5.3 - Rekenen met gelijkvormigheid
Voorbeeld:
Bereken de lengte van zijde BE.

BE = factor x CD

BE = 0,4 x 1,5 = 0,6 m


Slide 30 - Tekstslide

Aan het werk
Bekijk de studiewijzer voor de
opdrachten.

Slide 31 - Tekstslide

timer
7:30

Slide 32 - Tekstslide

Weer aan het werk
Bekijk de studiewijzer voor de
opdrachten.

Slide 33 - Tekstslide

§5.3 - Rekenen met gelijkvormigheid
Om met gelijkvormigheid te werken, moet je er altijd voor zorgen dat de figuren in dezelfde stand zijn getekend:

Slide 34 - Tekstslide

§5.3 - Rekenen met gelijkvormigheid
Pas als ze in dezelfde stand zijn getekend, kun je de factor berekenen met overeenkomstige zijden:

Slide 35 - Tekstslide

Wat is de factor van de vergroting?
A
39 : 50 = 0,78
B
65 : 50 = 1,3
C
39 : 65 = 0,6
D
75 : 39 = 1,92

Slide 36 - Quizvraag

Wat is de lengte van zijde MS?
A
75 x 0,6 = 45 cm
B
50 x 0,6 = 30 cm
C
75 : 0,6 = 125 cm
D
50 : 0,6 = 83,33 cm

Slide 37 - Quizvraag

§5.3 - Rekenen met gelijkvormigheid
Leerdoel:
- rekenen met de factor in gelijkvormige figuren.

Slide 38 - Tekstslide

Ik heb het leerdoel van deze les gehaald
😒🙁😐🙂😃

Slide 39 - Poll