BEA en BEO

1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfseconomieMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Inhoud
  • Stagevoorlichting
  • Bespreken studiewijzer hoofdstuk 9
  • Herhalen start hoofdstuk 9
  • Nakijken kennisvragen 1 t/m 4 + toepassingsopdr. 1 t/m 4

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Break-even-afzet/omzet

Slide 5 - Woordweb

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

CK: €76.000,- Vk: €200,- opbr: €4.000,-
Hoeveel woningen moet ik minimaal verkopen om geen verlies te hebben?

Slide 9 - Open vraag

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

CK: € 15.800,-. VP: € 1,20 VK: € 0,40
Wat is zijn Break-even afzet?

Slide 12 - Open vraag

Uitwerking voorbeeld
De Ondernemer had aan constante kosten € 15.800,-.
Wat is zijn Break-even afzet?
   Verkoopprijs = € 1,20
   Variabele kosten = € 0,40
   Dekking voor constante kosten = € 0,80

Break-even afzet: € 15.800 : 0,80 = 19.750 stuks

Slide 13 - Tekstslide

CK: € 15.800,-. VP: € 1,20 VK: € 0,40
BEA: 19.750 stuks
Wat is zijn Break-even omzet?

Slide 14 - Open vraag

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Pruikenbedrijf ‘Trix BV’ verkoopt 1 soort pruik voor € 500,-. De variabele kosten voor het maken van één pruik bedragen € 150,-. De totale constante kosten bedragen € 70.000,-.
A: Bereken de BEA voor Trix

Slide 19 - Open vraag

Pruikenbedrijf ‘Trix BV’ verkoopt 1 soort pruik voor € 500,-. De variabele kosten voor het maken van één pruik bedragen € 150,-. De totale constante kosten bedragen € 70.000,-.
B: Bereken de BEO voor Trix

Slide 20 - Open vraag

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide