Voedingsmiddelen micro, HACCP, tellen van mo en veiligheid
Lesstof periode 2.3
Biologie leerjaar 2 N3
Voedingsmiddelen microbiologie
HACCP
Herhaling: Tellen van micro-organismen
Veiligheid op je BPV plek
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMBOStudiejaar 2
In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.
Onderdelen in deze les
Lesstof periode 2.3
Biologie leerjaar 2 N3
Voedingsmiddelen microbiologie
HACCP
Herhaling: Tellen van micro-organismen
Veiligheid op je BPV plek
Slide 1 - Tekstslide
Wat is voedingsmiddelen microbiologie?
Slide 2 - Woordweb
Voorbeelden van gewenste micro-organismen in voedingsmiddelen:
Biologie leerjaar 2 N3
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Video
Wanneer zijn micro-organismen ongewenst?
Biologie leerjaar 2 N3
Wanneer ze een risico vormen voor de consument!
Teveel micro-organismen in bv. drinkwater, voedsel of zwemwater.
Bij mensen met een verminderde weerstand (YOPI's).
Wanneer micro-organismen toxinen aanmaken.
Hoe noemen we deze groep micro-organismen?
Slide 5 - Tekstslide
Welke pathogene micro-organismen ken je nog?
Slide 6 - Woordweb
Pathogene micro-organismen
Biologie leerjaar 2 N3
Bijvoorbeeld:
Salmonella/Campylobacter in kip en kipproducten.
E. coli =dezedarmbacterie is te vindenbij een slechte hygiëne.
Staphylococcus aureus= huidbacterie die een hitte stabiel toxine produceert.
Slide 7 - Tekstslide
CONTROLE!
Biologie leerjaar 2 N3
Hiervoor gebruiken we:
Microbiologische richtwaarden
Waarde (meestal een kiemgetal) waaraan een specifiek product moet voldoen om veilig te zijn voor de consument.
Indicator organismen
De aanwezigheid van een indicator-organisme toont aan, dat het waarschijnlijk is, dat er ook verwante micro-organismen aanwezig zijn. Deze zijn meestal pathogeen.
Slide 8 - Tekstslide
Microbiologische richtwaarden in de praktijk
Biologie leerjaar 2 N3
Slide 9 - Tekstslide
Biologie leerjaar 2 N3
Voedselinfectie
Voedselvergiftiging
Ziek door het mo zelf
Ziek door toxines van mo
Diarree/koorts
Misselijkheid/braken
Na 8-24 uur
Binnen 2 uur
1 tot 3 dagen
Gemiddeld 1 dag
Salmonella/E. coli
S. aureus/B. cereus
Slide 10 - Tekstslide
Risicofactoren
Biologie leerjaar 2 N3
Import voedingsmiddelen vanuit landen met lage hygiëne
Langdurige opslag en slecht bewaren
Grote hoeveelheden aan maaltijden bereiden
Verandering in eetgewoonten (minimaal behandelde k&k maaltijden, exotische gerechten)
Gebrek aan kennis over hygiëne in keukens
Slide 11 - Tekstslide
Korte herhaling
Biologie leerjaar 2 N3
Noem een voorbeeld van een functioneel micro-organisme in een voedingsmiddel.
Noem een voorbeeld van een pathogeen micro-organisme in een voedingsmiddel.
Waarom veroorzaakt Salmonella een voedselinfectie en geen voedselvergiftiging?
Wat betekent: thermostabiel toxine?
Wat zijn risicofactoren voor een voedselinfectie of vergiftiging?
Wat is een indicator-organisme?
Wat bedoelen we met microbiologische richtwaarden?
Slide 12 - Tekstslide
Wat is ?
Biologie leerjaar 2 N3
HACCP
Het beheersen van de kritische stappen in een productieproces met betrekking tot de voedselveiligheid.
Slide 13 - Tekstslide
Biologie leerjaar 2 N3
Hazard
Gevaren! Microbiologische, Chemische en Fysische gevaren
Analysis
Analyseren, onderzoeken
Critical Control Points
kritische stappen/punten in het proces die onder controle gehouden moeten worden om gevaar te voorkomen.
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Video
Opdracht: CCP's benoemen bij je BPV plek
Biologie leerjaar 2 N3
Welke gevaren zijn er in het productieproces van je BPV plek?
Wat zijn de CCP's waar deze gevaren kunnen optreden?
Wat is jou functie binnen het controleproces? Welke analyses voer je uit?
Aan welke norm moet de controle voldoen?
Wie heeft die norm opgesteld? (Overheid/bedrijf/afnemer)
Wat zijn de consequenties bij overschrijding van de norm?
Slide 16 - Tekstslide
Biologie leerjaar 2 N3
Bedenk op welke manier de volgende dingen van invloed kunnen zijn op deze richtwaarden:
Leeftijd van de consument
Het product wordt rauw gegeten
De manier van bewaren
Weet je zelf nog factoren die van invloed zijn?
Hygiënecode
Deze bevat de kritische processtappen met (microbiologische/chemische/fysische) richtwaarden.
Slide 17 - Tekstslide
Biologie leerjaar 2 N3
Bekijk het filmpje op de volgende slide over het productieproces van filet americain en beantwoord daarna de vragen.
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Video
Biologie leerjaar 2 N3
Wat zijn de gevaren (bio/ch/fysisch) bij het maken van filet americain zoals in het filmpje?
Waar zitten de kritische stappen in het productieproces?
Op welke manier zou je dit kunnen controleren?
Welke monsters zou je kunnen nemen, en wat zou je daarin bepalen?
Welke mo zou je verwachten in dit product? (indicator-organismen)
Slide 20 - Tekstslide
Waarom tellen we micro-organismen?
Biologie leerjaar 2 N3
Bepaalde mo mogen voorkomen maar in beperkte aantallen. Dit zegt iets over de kwaliteit van een product.
Andere mo mogen niet voorkomen in het product, dit zijn pathogenen.
Er zijn 3 methoden die hiervoor gebruikt worden. 2 daarvan kennen jullie al. Welke?
Slide 21 - Tekstslide
Biologie leerjaar 2 N3
Directe telling
Het aantal levende en dode cellen tellen met behulp van een Bürker-Türk telkamer.
1.
Indirecte telling
Het aantal levende cellen (kiemen) bepalen door middel van een verdunningsreeks die wordt uitgeplaat, geïncubeerd en geteld. Vervolgens is het kiemgetal uit te rekenen in KVE/ml (vloeibaar monster) of KVE/gram (vast monster)
2.
Grensreactie
Bepaling van de aanwezigheid van een meestal pathogeen micro-organisme in een bepaalde hoeveelheid product. Er wordt dus niet geteld, maar een hoeveelheid product wordt ingezet en als het micro-organisme wordt aangetoond is het product afgekeurd. Hoe meer product hoe strenger de eis
3.
Slide 22 - Tekstslide
Kiemgetalbepaling
Biologie leerjaar 2 N3
Soorten monsters:
Lichaamsvocht
Oppervlakten, delen van machines
Lucht monsters
Levensmiddelen
(Oppervlakte)water
Grondstoffen
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Tekstslide
Betrouwbaarheid kiemgetalbepaling
Biologie leerjaar 2 N3
Alleen platen met 30-300 KVE mogen gebruikt worden in de berekening van het kiemgetal. Waarom?
Zie je de decimale verdunningsreeks terug in de aantallen KVE op de platen? Wat bedoelen we hiermee?
Voldoet de uitslag aan je verwachting?
Vergelijk evt. je resultaten met medestudenten die hetzelfde monster hebben ingezet, of voer een duplobepaling uit.
Slide 25 - Tekstslide
Directe telling
Biologie leerjaar 2 N3
Levende en dode cellen tellen
in cellen/ml
Berekening is afhankelijk van de grootte van de vakjes die je telt.
Er moeten 5-30 cellen/vakje zijn.
Celdichtheden <106 zijn niet betrouwbaar te tellen.
Slide 26 - Tekstslide
Plan van aanpak: berekenen directe telling
Biologie leerjaar 2 N3
Bereken het gemiddeld aantal cellen van de getelde vakjes
Inhoud van het vierkantje uitrekenen.
Kijk hoe vaak de inhoud van 1 vierkantje in 1 ml (=1000mm3) past.
Cellen/ml uitrekenen door het gemiddeld aantal cellen/vakje te vermenigvuldigen met het aantal vakjes/ml.
Slide 27 - Tekstslide
Oefenvraag directe telling
Biologie leerjaar 2 N3
Bereken de inhoud van beide vakjes hieronder:
Lengte van het vierkantje is 0,2 mm, breedte is 0,2 mm, diepte is 0,1 mm
Lengte van het vierkantje is 0,25mm, breedte is 0,25 mm, diepte is 0,1 mm
Stel ik heb gemiddeld 13,5 cellen/vakje geteld. Bereken nu voor beide vierkantjes hierboven het aantal cellen/ml
Slide 28 - Tekstslide
Veiligheid op het lab
Biologie leerjaar 2 N3
Slide 29 - Tekstslide
Microbiologisch lab
Biologie leerjaar 2 N3
Risico’s van werken met pathogene mo afhankelijk van:
Werkwijze medewerkers
Voorzieningen in het laboratorium
Eigenschappen van mo
Hoe schadelijker het mo, hoe strenger de voorschriften, en hoe groter de eisen aan de veiligheidsvoorzieningen.
Slide 30 - Tekstslide
Biologie leerjaar 2 N3
Klasse
Soort mo
Maatregelen
1
Onwaarschijnlijke ziekteverwekker
VMT
2
Pathogeen, weinig kans op verspreiding. Behandeling mogelijk
VMT + flowkast
3
Kunnen ernstige ziekte veroorzaken, groot gevaar voor mensen. Kans op verspreiding, maar behandeling mogelijk
VMT+flowkast+ sluis+ luchtafvoer
4
Kunnen ernstige ziekte veroorzaken, groot gevaar voor mensen. Grote kans op verspreiding, en geen effectieve behandeling mogelijk.
Niet in Nederland
Slide 31 - Tekstslide
Hoe zit het bij jouw BPV plek?
Biologie leerjaar 2 N3
Met welke micro-organismen kom je in aanraking op je BPV plek?
Zijn dit pathogenen?
Zo ja, in welke klasse vallen ze?
Welke veiligheidsvoorzieningen zijn er bij jou op de BPV plek?
Slide 32 - Tekstslide
Labregels
Biologie leerjaar 2 N3
Op welke wijze pas jij deze regels toe?
Wat is het verschil tussen VMT en GMT regels?
VMT regels: Niet besmetten van de omgeving en jezelf
GMT regels: Niet besmetten van het monster
Slide 33 - Tekstslide
Veiligheidskabinet
Biologie leerjaar 2 N3
Gefilterde lucht wordt door de werkruimte getrokken en afgevoerd
3 klassen met verschillende voorzieningen
Lucht toevoer en afvoer zijn zo gereguleerd dat er geen mo in of uit kunnen
Slide 34 - Tekstslide
Slide 35 - Video
Veiligheid op chemisch-fysische werkplekken
Biologie leerjaar 2 N3
Welke voorzieningen kom je tegen op de chemisch-fysische BPV plekken?
Welke regels zijn er specifiek voor jouw BPV plek?