Vwo 5 - L.O. Rivieren par 2.4

Vwo 5 Domein Leefomgeving
Paragraaf 2.4
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Vwo 5 Domein Leefomgeving
Paragraaf 2.4

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

De watertoets
De watertoets bestaat uit twee onderdelen:
-De verplichting aan initiatiefnemers van ruimtelijke plannen om de waterbeheerder vroegtijdig in de planvorming te betrekken en

-De verplichting aan initiatiefnemers van ruimtelijke plannen om in hun plan verantwoording af te leggen over de manier waarop omgegaan is met de inbreng van de waterbeheerder. Dit laatste gebeurt doorgaans in de waterparagraaf bij het betreffende plan.

Slide 3 - Tekstslide

Maak vraag 1 op p. 31
5 maatregelen noemen met doel erbij

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Link

Examenopgave 'water in Rotterdam'
pagina 38 werkboek

Eerst een filmpje..

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Examenopgave 'water in Rotterdam' (pagina 38)
Vraag a: 
-twee vragen ineen! 
-kennisvraag
-leerstof / aantekening

Slide 8 - Tekstslide

maximumscore 2
• 
In de winter valt meer neerslag 1
• 
In de zomer valt de neerslag vaker in de vorm van stortbuien 1

Slide 9 - Tekstslide

Vraag b
-beschrijf, dus twee volledige zinnen:
1:"storm op Noordzee maakt dat......."
2:"vervolgens ............. (en kunnen de rivieren buiten hun oevers treden)"

Slide 10 - Tekstslide

maximumscore 2. Uit de beschrijving moet blijken dat:
• tijdens een zware storm de waterstand op zee verhoogd is / het
zeewater door de wind de Nieuwe Waterweg in wordt gestuwd 1
• zodat het rivierwater wordt opgestuwd / waardoor de rivieren hun water
minder efficiënt op zee kunnen lozen (en er dus overstromingen
kunnen ontstaan) 1

Slide 11 - Tekstslide

En nu we toch de atlas voor ons hebben liggen.....

welke kaarten sluiten aan bij dit domein?

Slide 12 - Tekstslide

Watervraagstukken
18 Reliëf
20 t/m 25: overzichtskaarten Noord, Midden en Zuid Nederland
27 Hoogtekaart
30/31 Grondsoorten en Cultuurlandschappen
35 Rivierklei en veenlandschappen
36/37 Bodemgebruik in 1900 en 2012
40/41 Dreigend water / Waterstaatkundige werken
42/43 Ruimte voor de Rivier
44/45 Waterkwaliteit / Drinkwater

Slide 13 - Tekstslide

Stedelijke gebieden
56/57: stadswijken Utrecht
58/59: verstedelijking / groeikernen / Randstad en Groene Hart
60: Ruimtelijke Ordening
66/67: Nederland in de Wereld (sluit aan op internationale concurrentiepositie van de Randstad)

Slide 14 - Tekstslide

Vraag c
Oorzaak-gevolg, dus twee volledige zinnen:
Let op! Deze vraag gaat niet over het overstromen van een rivier, maar over wateroverlast in de stad!

Door de uitbreiding van de steden .........
Hierdoor ............ (en is er een hogere kans op wateroverlast na regenval)

Slide 15 - Tekstslide

maximumscore 2
. Uit de uitleg moet blijken dat
• het oppervlak waar water de grond in kan zakken door bebouwing
kleiner is geworden (oorzaak) 1

• waardoor na hevige regenval de riolen/watergangen het regenwater
dat anders de grond in was gezakt niet snel genoeg kunnen afvoeren (gevolg) 1

Slide 16 - Tekstslide

0

Slide 17 - Video

Welke twee gevolgen van groene daken zag je in het filmpje?

Slide 18 - Open vraag

Vraag d
Ook weer oorzaak-gevolg, dus twee volledige zinnen:

-door de groene daken ......
-hierdoor  ....... (en vermindert het overstromingsrisico in de stad)

Slide 19 - Tekstslide

Uit de uitleg moet blijken dat
• groene daken veel regenwater opnemen / een deel van het regenwater
vasthouden (oorzaak) 1
• waardoor minder water via de oppervlakte afstroomt / waardoor minder
water via het riool hoeft te worden afgevoerd (gevolg) 1

Slide 20 - Tekstslide

Drietrapsstrategie
1=vasthouden
2=bergen
3=afvoeren

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Vraag 2 op p. 31

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Link

'De zandgronden hebben de laatste jaren te maken met verdroging en dit zal in de toekomst erger worden'

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Bij zandgrond gaat de infiltratie van regenwater ........ dan bij klei
A
sneller
B
langzamer

Slide 29 - Quizvraag

IJsselmeer
-Grootste zoetwatervoorraad van Nederland
-IJsselmeerwater wordt via spuisluizen in Afsluitdijk geloosd op Waddenzee
-Om water op te sparen worden de spuisluizen in de zomer minder vaak opengezet

Slide 30 - Tekstslide

Door de zeespiegelstijging wordt het spuien van IJsselmeerwater op de Waddenzee:
A
moeilijker
B
makkelijker

Slide 31 - Quizvraag

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Link

De zuid-westelijke delta
Uitdagingen voor de toekomst:
1: bij  hogere zeespiegel en grote waterafvoer door rivieren kan er niet op zee geloosd worden. Zeker als bij noordwesterstorm de stormvloedkeringen dicht zijn

Slide 34 - Tekstslide

De zuid-westelijke delta
Uitdagingen voor de toekomst:
2: bij droogte (weinig waterafvoer door rivieren) zal bij een hogere zeespiegelstijging het zeewater via de riviermondingen het land kunnen binnendringen. Gevolg: verzilting.

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Link

Welke twee dimensies botsen met elkaar als het gaat om het kierbesluit?

Slide 37 - Open vraag

Slide 38 - Tekstslide

Alvast voor volgend jaar:
p.o. (individueel)
- 6 uitgebreide, verdiepende krantenartikelen aansluitend bij de AK-examenstof
-per artikel schrijf je in de les (toetsopstelling, in exam.net) een duiding waarin je de koppeling maakt met de inhoud van het artikel en de examenstof
-start alvast met verzamelen artikelen

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Link