Week 42 Nederlands 2 G

Nederlands 2 G week 42
1 / 48
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 48 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Nederlands 2 G week 42

Slide 1 - Tekstslide

Nieuwe week & nieuwe taak

Slide 2 - Tekstslide

Afspraken in de les

Algemene afspraken m.b.t. corona!


  • Je hebt je spullen op orde. Je hebt bij je: Kern (Nederlands lesboek), een schrift, een leesboek, een agenda en pen/papier.
  • Spullen niet op orde: BV op Magister. Dit geldt ook voor je agenda!
  • Huiswerk niet op orde: HV op magister (ook als je huiswerk voor een deel af is).
  • Mobiele telefoons/tablets => afspraken met de docent.
  • Twee keer waarschuwen moet voldoende zijn! Zo niet, na de les bij de docent melden en dan maken we een afspraak hoe het in het vervolg beter kan in de les.

Slide 3 - Tekstslide

Week 42  12 oktober t/m 
16 oktober 2020

  • Week 41/42: maandag 26 oktober 2020 (via LessonUp)
  • Vervolg spelling, fictie en woordenschat
  • Woensdag 14 oktober: huis van gedichten blokuur
  • Leestoets Nederlands:  donderdag 15 oktober

Slide 4 - Tekstslide

PTD rapportperiode 0 













Herhaling taalverzorging (spelling totaal)

45 min

(1x)

NEE

104

SO

Boekentoets (2 boeken)

45 min

VK

NEE


Nr.
Toets-vorm
Leerstof/  Leerdoel
Tijd
Weging
Her-
kans
001
SO
Schrijf-
opdracht + fictie
45 min
1
Nee
002
SO
Schrijf-
opdracht + fictie
45 min
1
Nee

Slide 5 - Tekstslide

PTD rapportperiode 1 













Herhaling taalverzorging (spelling totaal)

45 min

(1x)

NEE

104

SO

Boekentoets (2 boeken)

45 min

VK

NEE


Nr.
Toets-vorm
Leerstof/  Leerdoel
Tijd
Weging
Her-
kans
101
PW
Lezen + woordenschat en theorie lezen
45 min
3
Nee
102
SO
Herhaling taalverzorging (spelling totaal)
45 min
1
Nee
104
SO
Boekentoets (2 boeken)
45 min
VK
Nee

Slide 6 - Tekstslide

Boekenlijst 2 G
  • Dit schooljaar 4 boeken
  • Niveau => zie lijst. 2/3 (boek 1 en 2). Niveau 3 (boek 3 en 4). 12 t/m 15 jaar. Lezenvoordelijst.nl
  • Wil je een ander boek lezen, overleg met je docent Nederlands.








Boek 2





Boek 3





Boek 4






Slide 7 - Tekstslide

Maar eerst...
 even ontspannen met een goed boek!

Slide 8 - Tekstslide

Leerdoelen
Deze week:

  • leer je hoe je hoofdletters en leestekens gebruikt in een zin.
  • leer je hoe de schrijver spanning creëert met het gebruik van tijd.

Slide 9 - Tekstslide

Woorden van deze week
Maak zinnen met de volgende woorden, waaruit de betekenis van het woord blijkt.
Kapitalisme
In werking treden
Vergen
Verwerken
Overweldigend

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Herhaling vorige week
Vorige week hebben we de hoofdstukken begrijpend lezen afgerond.  Ook hebben we geleerd welke perspectieven schrijvers kunnen gebruiken in hun boek. 

Slide 12 - Tekstslide

De weektaken van 41 en 42 zijn hetzelfde voor de onderdelen fictie en spelling. De antwoorden volgen in week 44.

Slide 13 - Tekstslide

Uitleg theorie
Op de volgende dia's wordt de lesstof van deze week behandeld.

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

28. Hoofdletters en leestekens (p. 114)

Slide 16 - Tekstslide

28. Hoofdletters en leestekens (p. 114)

Slide 17 - Tekstslide

28. Hoofdletters en leestekens (p. 114)

Slide 18 - Tekstslide

28. Hoofdletters en leestekens (p. 114)

Slide 19 - Tekstslide

28. Hoofdletters en leestekens (p. 114)

Slide 20 - Tekstslide

28. Hoofdletters en leestekens (p. 114)

Slide 21 - Tekstslide

28. Hoofdletters en leestekens (p. 114)

Slide 22 - Tekstslide

28. Hoofdletters en leestekens (p. 114)

Slide 23 - Tekstslide

28. Hoofdletters en leestekens (p. 114)

Slide 24 - Tekstslide

28. Hoofdletters en leestekens (p. 114)

Slide 25 - Tekstslide

28. Hoofdletters en leestekens (p. 114)

Slide 26 - Tekstslide

28. Hoofdletters en leestekens (p. 114)

Slide 27 - Tekstslide

28. Hoofdletters en leestekens (p. 114)

Slide 28 - Tekstslide

28. Hoofdletters en leestekens (p. 114)

Slide 29 - Tekstslide

28. Hoofdletters en leestekens (p. 114)

Slide 30 - Tekstslide

Lezen/maken
  • Lees de uitleg op bladzijde 114
  • Maak opdracht 1 t/m 7 bladzijde 114 t/m 117
  • Uitdaging: opdracht 8 op bladzijde 117
  • Drillster 1 t/m 4

Slide 31 - Tekstslide

Inleveren huiswerk

Slide 32 - Open vraag

Inleveren huiswerk

Slide 33 - Open vraag

22. Tijd (bladzijde 90)

Slide 34 - Tekstslide

22. Tijd (bladzijde 90)

Slide 35 - Tekstslide

22. Tijd (bladzijde 90)

Slide 36 - Tekstslide

22. Tijd (bladzijde 90)

Slide 37 - Tekstslide

Lezen/maken
  • Lees uitleg op bladzijde 90
  • Maak opdracht 1 t/m 4 bladzijde 91
  • Drillster 1 en 2

Slide 38 - Tekstslide

Inleveren huiswerk

Slide 39 - Open vraag

Inleveren huiswerk

Slide 40 - Open vraag

Inleveren huiswerk

Slide 41 - Open vraag

Evaluatie
  • Wat was het lesdoel en heb je voor jezelf het gevoel dat je lesdoel is behaald?
  • Weet je hoe je gebruik van hoofdletters en leestekens correct moet toepassen in een zin?
  • Weet je hoe een schrijver spanning creëert door het gebruik van tijd in een boek?

Slide 42 - Tekstslide

Nakijken huiswerk
Volgt in week 43. De onderdelen fictie en spelling heb ik over twee weken verdeeld i.v.m. de leestoets en de vakantie.

Slide 43 - Tekstslide

RTTI
R = Reproductie
Vragen op reproductieniveau zijn vragen waarbij de leerling zelf niets wezenlijks toe hoeft te voegen aan datgene wat hij geleerd heeft. Met deze vragen kan inzichtelijk gemaakt worden of de leerling de geleerde stof kan reproduceren. Denk bijvoorbeeld aan het kunnen reproduceren van warenkennis, gereedschapskennis, een stappenplan of de werking van apparatuur.

Slide 44 - Tekstslide

1 = Toepassingsgericht 1
Bij vragen en opdrachten op het niveau van toepassing 1 moet een leerling dat wat hij geleerd heeft kunnen toepassen in situaties die hij al geoefend heeft of in situaties die daar sterk op lijken. Op deze manier kan gekeken worden of de leerling de aangeleerde kennis – dat wil zeggen begrippen en stappenplannen – in deze situaties goed kan toepassen.

Slide 45 - Tekstslide

T2 = Toepassingsgericht 2
Vragen op het niveau van toepassing 2 gaan een stapje verder dan vragen op het niveau van toepassing 1. De leerling moet op dit niveau in nieuwe situaties of contexten zelf kunnen bepalen welke (onderdelen van) stappenplannen of methodes hij moet gebruiken. Hij moet combinaties maken en verbanden leggen.

Slide 46 - Tekstslide

I = Inzicht
De leerling krijgt geen methode, context of situatie aangeboden, maar alleen een vraagstuk. Hij moet zelf bepalen hoe hij het gaat aanpakken. De leerling heeft alleen de leerstof tot zijn beschikking om de vraag op te lossen. Hij laat zien dat hij vanuit verschillende, ook nieuwe, perspectieven kan denken.

Slide 47 - Tekstslide

Slide 48 - Tekstslide