ruwijzer bevat nog te veel koolstof--> is bros--> nog
meer bewerken b.v. tot staal
Slide 25 - Tekstslide
aluminium uit aluminiumerts(=bauxiet)
aluminium heeft een kleine dichtheid en toch redelijk sterk --> veel toegepast
het erts bauxiet +_ 50 % aluminiumoxide
dat laat je smelten
dan via elektrolyse ontleden en aluminum aftappen
(zie plaatje)
Slide 26 - Tekstslide
Slide 27 - Tekstslide
Slide 28 - Tekstslide
Practicum Proef 1
Dichtheid bepalen van:
Aluminium
Koper
IJzer
Messing
Slide 29 - Tekstslide
Wat is dichtheid?
De dichtheid, of soortelijke massa van een stof is in de natuur- en scheikunde de massa (in gram) van 1 cm3 van een stof.
Dit betekend dat ieder voorwerp met een volume van 1 cm3 van
dezelfde stof altijd de zelfde massa heeft.
Slide 30 - Tekstslide
Als je lichte en zware materialen met elkaar gaat vergelijken gelden de volgende regels:
Bij een gelijk volume weegt een licht materiaal minder dan een zwaar materiaal.
Bij gelijke massa heeft een licht materiaal meer volume dan een zwaar materiaal.
Denk bij beide bovenstaande maar aan lood en veren!
Slide 31 - Tekstslide
Er zijn twee grootheden nodig voor het berekenen van de dichtheid. Weet je welke dat zijn?
A
lengte en breedte
B
massa en volume
C
massa en gewicht
D
massa en lengte
Slide 32 - Quizvraag
Hoe bepaal je de massa?
De massa bepaal je met behulp van een weegschaal of een balans.
De massa wordt gemeten in gram of in kilogram.
Weet je nog hoe je die moet omrekenen?
Slide 33 - Tekstslide
1492,56 g =
A
149,256 kg
B
1,49256 kg
C
142,56 kg
D
0,149256 kg
Slide 34 - Quizvraag
Gaan we nu kijken naar het volume. Wat is een ander woord voor volume?
A
oppervlakte
B
maat
C
inhoud
D
grootte
Slide 35 - Quizvraag
Twee manieren om het volume te bepalen
Manier 1: meten
Voor deze manier heb je een meetlat nodig. Meten kan alleen als het een rechthoekig voorwerp is.
Je meet dan de lengte van het voorwerp, de breedte en de hoogte.
De formule die je voor het berekenen van het volume moet gebruiken ken je uit de wiskunde.
Slide 36 - Tekstslide
De formule voor het berekenen van het volume van een voorwerp is:
A
V = l x b x m
B
V = b x h x s
C
V = l x h x d
D
V = l x b x h
Slide 37 - Quizvraag
Twee manieren om het volume te bepalen
Manier 2: de onderdompelmethode
Deze manier van meten gebruik je bij het bepalen van het volume van
een voorwerp met onregelmatige vormen, bijvoorbeeld een kiezelsteen.
Je hebt een maatcilinder met een bepaalde hoeveelheid water. Deze hoeveelheid lees je precies af. Vervolgens laat je voorzichtig het voorwerp in het water glijden.
Het niveau van het water stijgt hierdoor. het verschil in waterstand is
precies gelijk aan het volume van het voorwerp
Slide 38 - Tekstslide
Volume
Volume kun je bepalen met de onderdompelmethode
Slide 39 - Tekstslide
Dichtheid berekenen
Je weet nu dat je de massa van een voorwerp en het volume ervan moet weten om de dichtheid te kunnen uitrekenen.
de formule die we hier voor gebruiken is:
Dichtheid = massa of in symbolen 𝜌 = m
volume V
Dichtheid =
massa
of in symbolen
𝜌 =
m
volume
V
Dichtheid =
massa
of in symbolen
𝜌 =
m
volume
V
Dichtheid =
massa
of in symbolen
𝜌 =
m
v
olume
V
𝜌 =
m
V
Slide 40 - Tekstslide
Practicum Proef 1
Uitvoeren in 2-tallen
Meenemen naar lok. 101: Liniaal / Geodriehoek, rekenmachine, Binas-boekje
Slide 41 - Tekstslide
Practicum Proef 1
Nabespreken practicum
Slide 42 - Tekstslide
HUISWERK:
Maken opdracht 14 t/m 33
Slide 43 - Tekstslide
Schrijf op wat naar jouw mening de 2 belangrijkste dingen zijn die je deze les geleerd hebt.