Bijvoeglijke bepaling/bijzin
1. Meisjes die nagelbijten, schijnen lang niet altijd zenuwachtig te zijn.Bijv. bijzin: die nagelbijten -> meisjes
2. Er zijn veel jongeren die sparen voor de allernieuwste iPhone.
Bijv. bijzin: die sparen voor de allernieuwste iPhone -> jongeren
Bijv. bepaling: allernieuwste -> iPhone
3. Met groot geduld wist de tandarts de patiënten die angstig waren, gerust te stellen.
Bijv. bijzin: die angstig waren -> patienten
Bijv. bepaling: groot -> geduld
4. Je moet voor deze opleiding, die slechts een jaar duurt, een peperdure laptop aanschaffen
Bijv. bijzin: die slechts een jaar duurt
Bijv. bep: peperdure