Les 3 decor en start signalement

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Decor en signalement

Welke formuleren is correct in een pv?
De collega kan de verdachte aanhouden

1. Ik zag dat mijn collega de verdachte had kunnen aanhouden.
2. Ik zag dat mijn collega de verdachte aanhield.
3. Ik zag dat mijn collega de verdachte kon gaan aanhouden.
4. Ik zag dat mijn collega de verdachte kon aanhouden.

Welke formuleren is correct in een pv?
Een man loopt naar de balie, legt een pasje op de balie en loopt het gebouw uit.

1. Ik zag dat een man een pasje op de balie legde en dat hij het gebouw verliet, toen hij naar de balie was gelopen.
2. Ik zag dat een man naar de balie liep, dat hij een pasje op de balie legde, waarna hij het gebouw uit liep.
3. Ik zag dat een man naar de balie liep, dat hij een pasje op de balie legde en dat hij het gebouw uit liep.
4. Ik zag dat een man, toen hij nar de balie was gelopen, een pasje op de balie legde en dat hij het gebouw verliet.

Welke formuleren is correct in een pv?
De collega mag de getuige een foto laten zien.

1. Ik zag dat mijn collega de getuige een foto zou laten zien.
2. Ik zag dat de getuige een foto te zien kreeg.
3. Ik zag dat mijn collega de getuige een foto mocht laten zien.
4. Ik zag dat mijn collega de getuige een foto voorhield.

Decor

Herhaling

Waar gebruik je een vast/kaal decor voor?

Voor onbeweegbare objecten

Waar gebruik je een variabel/veranderlijk decor voor?

Voor beweegbare objecten

In welke tijd schrijf je het vaste decor?

Tegenwoordige tijd

In welke tijd schrijf je het variabele decor?

In de onvoltooid verleden tijd

Opdracht in tweetallen (15 minuten):

• Beschrijf waar je auto vannacht geparkeerd stond.
  
•  - beschrijf eerst het vaste decor.
  
•  - beschrijf daarna het veranderlijke decor.
  
• Wissel je tekst uit en maak van elkaars tekst een tekening.

Signalement en goederen

Signalement

• Maak onderscheid tussen vaste en veranderende kenmerken.
  
• Beschrijf van top tot teen.

Signalement

• Van vast naar variabel;
  
• Van boven naar beneden;
  
• Tegenwoordige tijd
  
• Of o.v.t. als gebruik wordt gemaakt van r.v.w.

Vaste elementen

• geslacht;
  
• huidskleur;
  
• haardracht;
  
• postuur (lengte/ gewicht);
  
• leeftijd;
  
• overige bijzondere kenmerken (gebit).
  

Veranderende kenmerken

• Zoals:
  
• kleding onder;
  
• kleding boven;
  
• schoeisel;
  
• sieraden;
  
• tatoeages, piercings.
  
• Veranderende kenmerken (kleding) in hele zinnen (met redenen van wetenschap).

Voorbeeld

1. Ik kan de man als volgt omschrijven
2. Ik omschrijf de man als volgt:

• blanke huidskleur;
  
• blond haar tot op de schouders;
  
• slank postuur;
  
• ongeveer 30 jaar;
  
• litteken op zijn rechterwang.

Vervolg

• Ik zag dat de man een rode broek aanhad met daaronder opvallend witte gympen.

• Droeg/ aanhad niet combineren.
• Aanhad heeft de voorkeur.

Overig

• Overige kenmerken:
  
• manier van spreken (hoe weet de aangever dat?)
  
• houding/gedrag.
  

(Veranderende) kenmerken

• Kunnen afwijken van het signalement.
• Blauwe broek bleek toch groen te zijn?
• Dan moet dit benoemd worden.

Opdracht:

• Omschrijf het signalement.
• Wat is er gebeurd?
• Gebruik redenen van wetenschap.

Studenten beschrijven wat er zojuist is gebeurd. Ze gebruiken de redenen van wetenschap, ze beschrijven het decor als ze deze theorie hebben gehad en ze beschrijven het signalement op de manier zoals ze zojuist hebben geleerd.

Een paar voorbeelden worden na afloop op het scherm getoond en besproken.

Goederen

• Van groot naar klein.
• In tegenwoordige tijd.

Schade

• Met r.v.w.
• In o.v.t.
• Van groot naar klein.

Letsel

• Met r.v.w.
• In o.v.t.
• Van globaal naar specifiek.

Zijn er nog vragen over het decor of het signalement?

Pv bevindingen

Pv bevindingen

• Open Geef mij de feiten op bladzijde 39.
• Er komen zo weer een aantal vragen op het bord.
• Het antwoord op deze vragen kun je op bladzijde 39 in het boek vinden.

Wat zijn bevindingen?

Gebeurtenissen, feiten en omstandigheden die jij als opsporingsambtenaar waarneemt en handelingen die je zelf uitvoert.

Op welke manieren kan een pv bevindingen logisch geordend worden?

Bijvoorbeeld chronologisch of thematisch.

Pv bevindingen - opbouw

Pv bevindingen

• Lees Geef mij de feiten tot en met bladzijde 47.
• Wat staat er over filmisch schrijven?
• Zijn er zaken die je opvallen?
• Maak korte aantekeningen.
• Heb je vragen?
• Noteer die dan.

Wat heb je gelezen over filmisch schrijven?

Zijn er vragen over filmisch schrijven?